Opinie

Maak onvrede met overheid kenbaar via christen-politici

Als christenen hun moeite met overheidsbesluiten willen uiten, moeten ze een weg zoeken tussen ”de overheid als Gods dienares” en ”Daniël die alleen tot God bleef bidden en niet tot de koning”.

Drs. W. P. Emaus
3 November 2022 07:50
„Onze christen-politici in de Eerste en Tweede Kamer brengen op een waardige maar wel indringende wijze de zorgen van boeren en vissers onder de aandacht van het parlement.” Foto: Kamerlid Bisschop (SGP) tijdens een debat over het stikstofbeleid. beeld ANP, Bart Maat
„Onze christen-politici in de Eerste en Tweede Kamer brengen op een waardige maar wel indringende wijze de zorgen van boeren en vissers onder de aandacht van het parlement.” Foto: Kamerlid Bisschop (SGP) tijdens een debat over het stikstofbeleid. beeld ANP, Bart Maat

Wat verstaan we precies onder ”burgerlijke ongehoorzaamheid”? Ik houd de definitie van dr. J. Douma aan: „Onder burgerlijke ongehoorzaamheid kunnen we verstaan dat demonstratieve optreden dat bewust de wet schendt om op dwingende –zij het geweldloos bedoelde– wijze verandering in een wet of maatregel van de overheid tot stand te brengen.”

Deze omschrijving plaatst burgerlijke ongehoorzaamheid tussen legale protestvormen, zoals petities en demonstraties, aan de ene kant en politiek geweld aan de andere kant. Burgerlijke ongehoorzaamheid wordt ook wel getypeerd als ”wanorde binnen de orde en orde binnen de wanorde”. Dit om aan te geven dat men niet de gehele politieke situatie omver wil werpen, maar een ónderdeel daarvan dat men ziet als een ernstige bedreiging voor de democratische samenleving.

Obadja

Na deze definitiebepaling enkele Bijbelse lijnen: Volgens Romeinen 13 is de overheid een dienares van God (vers 4). Dus niet: zou een dienares moeten zijn. De grondhouding van Paulus is helder: de overheid staat in dienst van God en dáárom moeten we haar gehoorzamen. In dezelfde lijn beweegt Petrus zich in 1 Petrus 2:17-25. Dit zijn wel teksten die dwars tegen ons moderne levensgevoel ingaan. Dien je als werknemer ook een harde en lastige werkgever te gehoorzamen? Petrus’ antwoord is duidelijk: ja.

En dan die andere lijn, die staat in het kader van het (s)preekverbod van Petrus en Johannes: „Men moet God meer gehoorzaam zijn dan de mensen” (Handelingen 5:29). Ook het Oude Testament biedt daar voorbeelden van: de Godvrezende vroedvrouwen doodden de jongetjes van Israël niet (Exodus 1:17), Obadja verborg profeten (1 Koningen 18:4) en Daniël bleef driemaal per dag bidden (Daniël 6:11). Maar kun je deze voorbeelden onder de definitie van burgerlijke ongehoorzaamheid scharen? Ze hadden in ieder geval geen demonstratief karakter, dus vallen strikt genomen niet onder deze definitie. Wel geven deze voorbeelden blijk van het gehoorzamen van God boven een afgodisch gebod.

Legale wegen

Dr. Douma heeft juist met dat demonstratieve karakter van burgerlijke ongehoorzaamheid grote moeite. Hij schrijft: „Naar mijn overtuiging moeten christenen zich verre houden van elke illegale activiteit in de manier van hun protesteren. Zij hebben het recht en de plicht alle legale wegen af te lopen, om langs die weg verandering in een wet of maatregel van de overheid tot stand te brengen.”

Maar wat zijn dan die „legale wegen”? Het past de kerk in ieder geval niet om naar de wapens te grijpen (zie onder andere Johannes 18:36). Bij de stijl van het Koninkrijk van God hoort lijden en niet dreigen. Dat heeft de lijdende kerk in het oosten wellicht beter begrepen dan wij… Maar hoe kunnen christenen hun grote moeite met bepaalde onderdelen van de wet dan wel kenbaar maken? Door massaal de straat op te gaan en het verkeer plat te leggen, met alle ergernis van dien? Dan kunnen we beter gebruikmaken van de legale middelen, zoals een petitie of een vreedzame betoging (bijvoorbeeld de Mars voor het Leven). Bovendien hebben we onze christen-politici in de Eerste en Tweede Kamer, die momenteel op een waardige maar wel indringende wijze de zorgen van boeren en vissers onder de aandacht van het parlement brengen.

Plakkaat van Verlatinghe

Laten we niet vergeten dat ons land zijn ontstaan en bestaan niet ‘slechts’ aan burgerlijke ongehoorzaamheid dankt, maar juist aan het ”recht van opstand”. En dat gaat veel verder dan het eerste: bij een opstand gaat het om het verwijderen van de overheid als zodanig. Ondanks Calvijns grote reserves met betrekking tot het recht van opstand (gevaar van anarchie, zoals bij de wederdopers) geeft hij toch de mogelijkheid dat volksmagistraten de willekeur van de koning aan banden moeten leggen (Institutie, boek IV, 20, 31). Bij Calvijn is er dus alleen recht van verzet bij deze lagere magistraten en niet bij particuliere onderdanen (om anarchie te voorkomen).

Zo werd in het Plakkaat van Verlatinghe in 1581 Filips II als heer der Nederlanden afgezworen. In de inleidende paragraaf hiervan wordt gesteld dat de onderdanen niet door God zijn geschapen voor de vorst, maar dat de vorst er is ter wille van zijn onderdanen, zonder wie hij geen vorst is. Romeinen 13 verbiedt dus niet om de overheden in hun gezagsuitoefening te controleren.

Juist de lagere overheden hebben hierin een grote verantwoordelijkheid! Via deze lagere overheden kunnen ook nu bezwaren en protesten van burgers op een legale wijze geuit worden.

Het is niet verboden om tegen de wettige regering „in verzet te komen als het geldende recht de weg daartoe opent en dat verzet geleid wordt via de daarvoor nodige politieke organen. Alle gezag moeten we respecteren, maar we moeten geen enkel gezag verabsoluteren. En we mogen dankbaar zijn dat er een spreiding van macht is die tirannie belet of, als ze toch de kop opsteekt, aan banden legt. We hebben er onze vrijheid in de zestiende eeuw aan te danken” (dr. Douma). Denk in dit verband aan ons volkslied, waarin, naast het eren van de koning, ook staat: „De tirannie verdrijven, die mij mijn hart doorwondt”!

Maar toch: zit er in de burgerlijke en geweldloze ongehoorzaamheid niet een subtiele vorm van anarchie, die de grote politieke problemen van onze tijd eerder verergert dan oplost? Kan zo’n houding onderdeel zijn van een heilig leven voor Gods aangezicht of zit hier wellicht een doperse scheiding tussen het geestelijke en het natuurlijke achter? ’s Zondags degelijk in de kerk en in de week makkelijk op het werk?

Gebed voor overheid

Het Bijbels-gereformeerde denken ziet het in ieder geval anders: álle terreinen van het leven vallen onder het gezaghebbende Woord van God (het theocratische beginsel). Het leven met Christus heeft ook heilzame gevolgen voor het staan in kerk en staat en voor je houding op straat. En dus ook voor onze houding naar „allen die over mij gesteld zijn (…) aangezien het God belieft ons door hun hand te regeren” (Heidelbergse Catechismus, Zondag 38).

Deze noties vragen van ons doorvertaling naar prediking, catechese en pastoraat, zodat het gehele leven van zondagmorgen vroeg tot zaterdagavond laat komt te staan in het licht van Gods heilig gebod. Gebed voor de overheid en, via onze (volks)vertegenwoordigers, gesprek met de overheid.

De auteur is predikant van de hervormde gemeente De Bron te Urk. Dit artikel is een samenvatting van zijn lezing voor het (interkerkelijk) Urker predikantenberaad.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer