„Ik denk dat we in deze paar uur in staat zijn geweest veel informatie te vergaren. De belangrijkste dingen die ik moest zien, heb ik gezien en de uitleg was heel helder”, zei Grossi tegen de Russische media die het IAEA-team vergezelden tijdens het bezoek aan de kerncentrale. De reis ernaartoe liep vertraging op door beschietingen. „Een paar keer maakten we ons door zwaar mitrailleurvuur en artilleriegeschut ernstige zorgen.”

Grossi vertelde ook dat de IAEA-delegatie nog even aanwezig zal blijven. „Zeg dat maar tegen de wereld”, liet hij weten in een video die werd verspreid door RIA Novosti. Volgens het Russische staatspersbureau blijft een deel van de missie tot 3 september. Energoatom, het Oekraïense staatsenergiebedrijf, zei dat vijf inspecteurs op het complex blijven gestationeerd. Een aantal anderen is naar de stad Zaporizja gegaan, op 120 kilometer over de weg.

Een medewerker van Rosatom, het Russische atoomenergiebedrijf, leidde de IAEA-mensen donderdag rond in de kerncentrale, die draaiende wordt gehouden door Oekraïens personeel. „Zij doen hun werk onder moeilijke omstandigheden, professioneel en met toewijding”, aldus Grossi.

Na terugkeer in de zone waar Oekraïense troepen de dienst uitmaken, zei Grossi tegen journalisten dat de gebouwen op het nucleaire complex in Enerhodar door verschillende beschietingen schade hebben opgelopen. „We hebben niet de precieze informatie om dat goed te kunnen beoordelen, maar het is iets dat niet kan blijven doorgaan.” De komende dagen zullen zijn medewerkers de situatie ter plekke verder analyseren. „Er is nog genoeg werk te doen.”

Vlak voordat de IAEA’ers arriveerden, werd een reactor voor de tweede keer in tien dagen automatisch stilgelegd nadat een projectiel een noodaggregaat had geraakt. Daardoor is momenteel, ook wegens onderhoud en reparatie, nog maar een van de zes reactoren operationeel. Energoatom-directeur Petro Kotin liet weten dat de technici met man en macht bezig zijn de uitgevallen installatie weer op te starten.