Afghaanse christen jaar na val Kabul: De wereld lijkt ons te zijn vergeten
De ogen van de wereld zijn gericht op de oorlog in Oekraïne. Maar vergeet ons niet, zegt de Afghaanse christen Luke A.
Het zijn beangstigende weken voor christenen in Afghanistan als de taliban in 2021 een snelle opmars maken. „Als we eenmaal aan de macht zijn, weten we jullie te vinden”, is de dreigende boodschap die sommigen van hen krijgen. Velen vluchten richting de hoofdstad Kabul, totdat ook die in augustus in handen valt van de streng islamitische groepering.
„Sindsdien houd ik me met haast niet anders bezig dan crisishulp”, zegt Luke A. Hij is een spilfiguur binnen het Afghan House Church Network (AHCN), een netwerk van zo’n 3000 christenen verspreid over meerdere provincies in Afghanistan. In korte tijd moet Luke voor 450 van hen een veilig onderkomen regelen. Omdat ze bekend staan als christen, zijn ze in acuut gevaar. Sommigen duiken onder in Afghanistan zelf, anderen in omliggende landen.
Met enige aarzeling deelt Luke –vanaf een geheime locatie buiten Afghanistan– informatie over de huidige situatie van christenen in zijn geboorteland. Niet alleen hij, maar ook het AHCN is kwetsbaar. Daarom heeft hij al in geen maanden met media gesproken. Maar een jaar na de machtsovername wil hij een uitzondering maken. De penibele situatie in Afghanistan is namelijk totaal ondergesneeuwd door de oorlog in Oekraïne, stelt Luke. „De wereld lijkt ons vergeten te zijn.”
Marteling
Dat geldt niet voor het nieuwe bewind in het Islamitisch Emiraat Afghanistan. De taliban voeren invallen uit in woonwijken, op zoek naar politieke en religieuze tegenstanders. Luke: „De huizen van enkele christenen uit ons netwerk zijn doorzocht. Ze vielen midden in de nacht binnen, op zoek naar Bijbels en aanwijzingen voor contacten met het buitenland.”
Ook op straat loert het gevaar. Niet alleen in Kabul, maar in alle grote steden zetten de taliban checkpoints op, weet de Afghaan. „Auto’s worden tegengehouden en doorzocht. Ze nemen telefoons af en gaan door al je gegevens, op zoek naar verdachte berichten en contacten. Dat is nog steeds aan de orde van de dag.”
Een aantal personen uit zijn netwerk heeft gevangen gezeten omdat de taliban het vermoeden hadden dat ze christen waren, zegt Luke, die voor zijn vlucht naar het buitenland ook zelf in een Afghaanse gevangenis heeft gezeten vanwege zijn geloof. „Ze zijn verschrikkelijk gemarteld. Een van hen zelfs dagelijks. Inmiddels zijn ze weer vrij. Er was geen bewijs.”
Afghaanse christenen die er niet in zijn geslaagd te ontsnappen, leven in constante angst en mijden het sociale leven, aldus Luke.
Dat er nog steeds jacht gemaakt wordt op christenen, hoort ook de Iraanse Nederlander Farshid Seyed Medhi. Hij is werkzaam bij 222 Ministries en staat in contact met christelijke leiders in Afghanistan. Volgens hem vluchten er nog altijd christenen van stad tot stad omdat de taliban hen op de hielen zitten.
Hoewel de situatie nog steeds zeer gevaarlijk blijkt te zijn, is de acute dreiging zoals die was rond de machtswisseling enigszins afgenomen. De taliban hebben volgens Farshid nu veel meer zaken aan hun hoofd: het regeren van een land, grote economische zorgen en onlangs een aardbeving. Maar als ze de zaakjes op orde hebben, zal de vervolging weer in alle hevigheid losbarsten, meent hij.
Farshid benadrukt dat niet alleen gebed voor Afghaanse christenen nodig is, maar ook voor westerse regeringen. Zodat die er alles aan zullen doen „om Afghanistan terug te geven aan de bevolking.” Want het zijn die landen die volgens hem Afghanistan „hebben achtergelaten” in de handen van de taliban.
Evacuatie
Een deel van de Afghaanse christenen wil het land verlaten. Binnen het netwerk van Farshid gaat het om enkele honderden mensen. Eenvoudig is dat echter niet. Ook Luke van AHCN loopt tegen de nodige problemen aan bij de evacuatie van christenen naar het buitenland. Zo’n 500 christenen uit zijn netwerk zoeken actief naar mogelijkheden om het land te ontvluchten, geeft hij aan.
Ondanks de levensgevaarlijke omstandigheden waarin de Afghaanse kerk zich bevindt, kiest een deel bewust om te blijven, zegt Luke. Voor sommigen is het eenvoudigweg te moeilijk om hun geboortegrond te verlaten. Anderen benadrukken het belang van de christelijke aanwezigheid in het land.
Net zoals Luke zijn haast alle christenen in Afghanistan bekeerling vanuit de islam. In de ogen van de taliban en lokale imams zijn ze daarmee afvalligen. Volgens de islamitische wetgeving zoals de taliban die voorstaan strafbaar met de dood. Overigens zijn ook andere –ook islamitische– minderheden het doelwit van de islamitische beweging.
Tot zijn grote dankbaarheid is nog niemand uit zijn netwerk door de handen van de taliban om het leven gekomen. Wel heeft Luke zulke berichten gehoord vanuit andere netwerken. Hoewel hij niet in staat is geweest de berichten te verifiëren, wil hij die mogelijkheid beslist niet uitsluiten. „De taliban hebben uiteindelijk de uitbanning van het christendom op het oog. Daar zijn ze heel open over geweest.”
Samenkomst
Het is voor Afghaanse christenen dan ook onmogelijk om openlijk samen te komen. Luke: „Ze komen in kleine groepjes in het geheim bij elkaar. Het verschil met voorgaande jaren is dat het niet meer structureel plaatsvindt. De samenkomsten zijn bewust niet strak georganiseerd. De ene keer komen de gelovigen door de week samen, de andere keer pas weer na een maand.”
Ondanks de moeilijke omstandigheden is Luke hoopvol. Een tekst die hem bemoedigt, is Psalm 125 vers 2: zoals de bergen zijn rondom Jeruzalem, zo is de Heere rondom Zijn volk. „We blijven geloven dat God ons beschermt. We hebben Zijn aanwezigheid bemerkt. Dat er nog niemand uit ons netwerk is omgekomen, hebben we aan Hem alleen te danken. De Bijbel zegt ons niet op wagens of paarden te vertrouwen, maar op God Almachtig. Onze hoop is gevestigd op Christus, en Hij leeft.”