Oorlog Oekraïne zorgt voor nieuw schaakspel in Syrië
De Turkse president Recep Tayyip Erdogan nam bepaald geen blad voor de mond toen hij zich keerde tegen een eventueel NAVO-lidmaatschap van Finland en Zweden. Volgens Erdogan waren „deze Scandinavische landen een soort van hotel voor terroristische organisaties. Terroristen zitten hier zelfs in het parlement.”
Erdogan had het uiteraard over leden van de Koerdische PKK die in deze beide landen verblijven. In het Zweedse parlement zitten zes parlementariërs die een Koerdische achtergrond hebben.
De Turkse president speelt zoals wel vaker hoog politiek spel, waar hij trouwens een meester in is. Oekraïne kon rekenen op de steun van Erdogan tot blijdschap van de Amerikaanse president Joe Biden. Het Turkse veto tegen Finland en Zweden werd daarentegen welwillend ontvangen in Moskou.
Erdogan realiseert zich natuurlijk heel goed dat hij niet de hele NAVO tegen zich in het harnas kan jagen. Deze situatie stelt hem echter in staat om van het Westen en dan met name de Verenigde Staten concessies af te dwingen die eerder niet voor mogelijk werden gehouden. En wel in Syrië.
Zowel Iran als Turkije zagen in de oorlog in Oekraïne een kans om hun invloed in Syrië uit te breiden. Wat hen uiteindelijk tot concurrenten zal maken. Tienduizenden Russische soldaten schijnen Syrië reeds verruild te hebben voor het front in Oekraïne. Naar verluidt zouden Russische militaire bases in Syrië zijn overgedragen aan de Iraanse Revolutionaire Garde en de Libanese Hezbollah.
De diplomatieke contacten tussen Iran en Syrië zijn de afgelopen maanden geïntensiveerd. Zo vloog de Syrische president Bashar al-Assad bijvoorbeeld naar Teheran. De Turkse president Erdogan weet dat het Westen dit een zorgwekkende ontwikkeling vindt. Hij heeft zo zijn eigen plannen in Syrië, maar het Westen was hier bepaald niet van gecharmeerd. Dit zou echter kunnen veranderen als het Turkse veto tegen het Finse en Zweedse NAVO-lidmaatschap van tafel verdwijnt.
Turkije wil in het noorden van Syrië een bufferzone die onder Turkse controle dient te komen. Hij wil hier allereerst de pakweg 3,6 miljoen Syriërs dumpen die in Turkije verblijven. Dit idee deed in Damascus de alarmbellen rinkelen. Het Syrische ministerie van Buitenlandse Zaken liet weten dat „het belangrijkste doel hiervan kolonialisme was” en sprak over een Turkse „demonische waanvoorstelling.”
Door de oorlog in Oekraïne veranderde het politieke schaakspel in het Midden-Oosten. Arabische landen weten nog niet hoe ze op deze nieuwe situatie moeten reageren. Het was hun afkeer tegen de Turkse expansie in Syrië waardoor er weer een voorzichtige toenadering tot stand kwam met het regime in Damascus. Hun hoop hierbij was dat Syrië zich geleidelijk zou onttrekken aan de Iraanse invloed. Momenteel gebeurt echter plotseling het tegenovergestelde.
Alles wijst erop dat de oorlog in Syrië wederom in een nieuwe fase is terechtgekomen. In een eerder stadium stonden Rusland en de Verenigde Staten er lijnrecht tegenover elkaar. Onder president Donald Trump begon de Amerikaanse militaire terugtrekking en leek Rusland vrij spel te krijgen in dit land. Nu beleven we echter een Russische exit.