Russische patriarch Kirill: Bron conflict ligt in het Westen en Russofobie overspoelt de wereld
De Russische-orthodoxe patriarch Kirill negeert oproepen om zich tegen de oorlog in Oekraïne te keren en haalt fel uit naar het Westen.
De kerkleider van de Russisch-Orthodoxe Kerk is inmiddels van meerdere kanten opgeroepen de inval te veroordelen en om zich in te zetten voor het beëindigen van het oorlogsgeweld. Zo verstuurde de Wereldraad van Kerken zo’n twee weken geleden een brief aan Kirill. Daarin riep dr. Ioan Sauca, algemeen secretaris van de Wereldraad, de patriarch ertoe op om „zijn stem te verheffen” om een einde aan de oorlog te maken.
Eind vorige week reageerde Kirill met een brief die hetzelfde verhaal vertelt waarmee Poetin zijn daden probeert te rechtvaardigen. Het conflict „is niet van vandaag”, schrijft de patriarch. „Het is mijn stellige overtuiging dat deze strijd niet geïnitieerd is door de bevolking van Rusland en Oekraïne, die verbonden zijn door een gezamenlijk geloof.”
De bron van het conflict ligt volgens Kirill elders, namelijk „in de relatie tussen het Westen en Rusland. Rond 1990 was Rusland beloofd dat zijn veiligheid en waardigheid gerespecteerd zouden worden. Maar naarmate de tijd verstreek, kwamen de krachten die Rusland als hun vijand beschouwen steeds dichter bij haar grenzen. Jaar na jaar, maand na maand, bleven de NAVO-lidmaten hun militaire aanwezigheid uitbouwen, daarbij de bezorgdheid negerend dat deze wapens op een dag tegen Rusland gebruikt kunnen worden.”
Vijanden
Volgens Kirill probeerden deze „politieke krachten” bewust om de broedervolken van Rusland en Oekraïne tot vijanden van elkaar te maken. „Zij spaarden daarbij geen middelen om Oekraïne te overspoelen met wapens en instructeurs voor het leger.”
Ook de leider van het patriarchaat van Constantinopel, patriarch Bartholomeüs, zou „ditzelfde doel najagen.” In 2018 verbrak de Russisch-Orthodoxe Kerk de banden met het oecumenisch patriarchaat van Constantinopel. Aanleiding hiervoor was de erkenning vanuit Constantinopel van de zelfstandigheid van de Oekraïens-Orthodoxe Kerk.
De patriarch stelt dat de westerse sancties vooral het Russische volk raken en dat „Russofobie” de wereld overspoelt. Hij sluit zijn brief af met de wens dat de Wereldraad van Kerken „een platform zal blijven voor onbevooroordeelde dialoog, vrij van politieke voorkeuren en eenzijdige benaderingen.”
Amsterdam
Zaterdag besloten de geestelijken van de Russisch-orthodoxe parochie in Amsterdam –vier priesters en een diaken– het patriarchaat van Moskou te verlaten. Zij hebben een verzoek gericht aan het oecumenisch patriarchaat van Constantinopel om daarin te worden opgenomen.
Aanleiding voor hun stap was de druk die zij ervoeren vanuit de aartsbisschop van Nederland, Elisey, en vanuit de Russische staat, nadat de parochie had besloten de naam van patriarch Kirill niet langer te noemen in de liturgie. Die beslissing viel vanwege de houding van Kirill ten opzichte van de oorlog. De kerk kreeg vervolgens onaangekondigd de aartsbisschop op bezoek, die in zijn preek aandrong op excuses van de geestelijken vanwege hun beslissing.
De parochie sloot al eerder vorige week de deuren, nadat de kerk dinsdag beklad werd met het omstreden pro-Russische Z-symbool. Dat teken wordt gebruikt door voorstanders van de invasie in Oekraïne, en is bijvoorbeeld terug te vinden op legervoertuigen van Rusland.
De Russisch-Orthodoxe Kerk telt in Nederland negen parochies. Er zijn er ook die Kirill wel blijven noemen, zoals de parochie van Deventer. Dat is „in de hoop dat God hem ertoe brengt deze oorlog te veroordelen”, zegt aartspriester Van der Voort in het Nederlands Dagblad. De parochie heeft een verklaring op de site geplaatst waarin geestelijken van de kerk oproepen tot beëindiging van de oorlog.