Kerk & religie

„Engelse cultuur is afvallig en ex-christelijk”

„Engeland is niet seculier, maar ex-christelijk, beter gezegd: afvallig.” De Engelse ethicus prof. dr. Oliver O’Donovan uit Oxford wil weer wijzen op de bijbelse oorsprong van de overheid en God opnieuw ter sprake brengen in de cultuur. Maar hij ziet zichzelf als een eenling. „Helaas geeft de islam een krachtiger antwoord.”

K. van der Zwaag
10 December 2004 10:47Gewijzigd op 14 November 2020 01:59
APELDOORN – De Oxfordse ethicus prof. dr. Oliver O’Donnovan, gisteren te gast bij de Theologische Universiteit in Apeldoorn (TUA), is kritisch over de ontwikkeling van de Britse cultuur. „Wanneer je God terugdringt naar het privé leven, stort ook het p
APELDOORN – De Oxfordse ethicus prof. dr. Oliver O’Donnovan, gisteren te gast bij de Theologische Universiteit in Apeldoorn (TUA), is kritisch over de ontwikkeling van de Britse cultuur. „Wanneer je God terugdringt naar het privé leven, stort ook het p

Hij was donderdag een dag te gast bij de Theologische Universiteit van de Christelijke Gereformeerde Kerken in Apeldoorn (TUA). Prof. O’Donovan (1945) heeft diverse boeken over ethiek geschreven, waarvan de bekendste zijn ”Resurrection and Moral Order; an Outline for Evangelical Ethics” (1986) en ”The Desire of the Nations; Rediscovering the Roots of Political Theology” (1996). Hij behoort tot het evangelicale deel van de Anglicaanse Kerk. Door de jaren heen heeft hij zich beziggehouden met de bijbelse fundering van de ethiek. In beide genoemde boeken neemt de bijbelse argumentatie een grote plaats in. Maar hoe? Heeft de Bijbel een directe of een indirecte rol te vervullen in de ethiek?

Het is typerend voor prof. O’Donovan dat hij de relatie tussen de Bijbel en de ethiek als „complex” typeert. „De termen direct en indirect schieten tekort als we de relatie tussen de Schrift en de ethiek zorgvuldig proberen te omschrijven. De Bijbel is een boek waarin Gods plan met de wereld geopenbaard wordt. Hij is het getuigenis van Zijn machtige daden in de geschiedenis.

De kennis van de Bijbel wordt echter doorgegeven door de gemeenschap, en wel een gemeenschap van mensen die rationeel en in persoonlijke verantwoordelijkheid denken. De mens zie ik als een wezen dat moreel en vrij handelt, niet autonoom maar ook niet onder dwang. De mens is geroepen antwoord te geven op het Woord van God als de Schepper en Verlosser. Dat geeft de relatie met God iets dynamisch.”

De Bijbel is het Woord van de levende God, maar het is geen orakel of een plattegrond die precies aangeeft waar de mens staat, aldus prof. O’Donovan. „De Bijbel zie ik meer als een licht dat over onze levenssituatie valt. Je kunt niet zeggen dat wij met onze vragen naar de Bijbel gaan om dan van de Bijbel het antwoord te ontvangen, liefst ook nog een passend antwoord. Het is zelfs te simplistisch om te zeggen dat we onze situatie precies kunnen kennen en of wij precies weten of bepaalde zaken als goed of kwaad op te vatten zijn. We hebben de Schrift juist nodig om te beseffen hoe complex onze situatie is.”

Prof. O’Donovan neemt als voorbeeld de oorlog tegen Irak. „Het is een zaak die Engeland erg verdeelt. Er zijn groepen in Engeland die zeggen dat de oorlog volkomen goed is en er zijn er ook die deze volstrekt fout vinden. De Bijbel leert ons bescheidenheid in ons oordeel. Mensen zijn tegenwoordig geneigd krachtige standpunten in te nemen zonder het kader te onderzoeken. De Bijbel is van fundamenteel belang voor de ethiek en heeft gezag, omdat God de Bijbel gebruikt om Zijn plan van verlossing aan mensen bekend te maken. Christenen zijn mensen van het Boek, dat gezag heeft.”

Onfeilbaar gezag?

„Nee, dat niet, omdat je dan menselijke criteria van foutloosheid aan de Bijbel ophangt. In die zin ben ik geen fundamentalist. Je mag de Bijbel niet naar je eigen beeld van foutloosheid scheppen. Daarvoor is het geestelijk gezag van de Bijbel niet bedoeld.”

In ”Resurrection and Moral Order” houdt prof. O’Donovan zich sterk bezig met de relatie tussen schepping en herschepping, die in de anglicaanse traditie -die in dit opzicht in het spoor van de rooms-katholieke traditie gaat- gezien wordt in kaders van voltooiing. De schepping wordt niet slechts benaderd als gevallen schepping die in de verzoening gered moet worden, maar als onvoltooid project, dat -vaak ook evolutionair gedacht- is aangelegd op Gods genade in de komst en het werk van Jezus Christus. Er is in deze wereld een ethische orde, die in onze tijd steeds meer onder druk komt te staan, zo stelt prof. O’Donovan vast. Hij heeft grote zorgen over de cultuur waarin hij leeft. „Ik zie mijn eigen cultuur niet zozeer als seculier, daarvoor is zij te afvallig. Je kunt niet zeggen dat onze cultuur niet-christelijk is, zij is ex-christelijk, net zoals je van een gescheiden vrouw zegt dat zij een ex-vrouw is. De band is verbroken. Er is een klimaat van bitterheid en verwerping gekomen. Groot-Brittannië is een diep en diep ex-christelijk land, dat momenteel krachtig zijn christelijke wortels van zich verwerpt.”

Toch is er binnen de Anglicaanse Kerk een soort van opwekking gaande, zo stelt de Oxfordse ethicus vast. „Je ziet steeds meer groepen die een soort van huisgemeente vormen die weinig binding toont met de traditionele kerkelijke structuren. De gemeenschappen die nu ontstaan, zijn levend en lokaal georganiseerd en kunnen soms heel groot zijn. Dat zie je niet alleen bij de zwarte kerkelijke immigrantengemeenschappen die sterk groeien, maar ook bij blanke Engelse kerken. De scheidslijn in de kerken in Engeland loopt niet meer tussen rooms-katholiek of protestants, anglicaans of baptistisch, maar betreft onenigheid over de soort muziek in de eredienst. De meer informele charismatische gemeenten maken gebruik van rockmuziek en de traditionelere kerkgemeenschappen van klassieke muziek. Er is niets wat de kerken zozeer verdeelt als dit punt.”

In ”The Desire of the Nations” schetst O’Donovan de contouren van een ”politieke theologie”. „Ik ben de enige in Engeland die gelooft dat de regering een gave van God is”, zegt hij lachend. „De ideeën van de Franse Revolutie zijn in Engeland algemeen geaccepteerd en behoren tot de clichés van de liberale cultuur. De essentie van het christelijk politieke denken is voor mij het doen van gerechtigheid.” God eren in het publieke leven, is dat een brug te ver? Nee, antwoordt de Oxfordse hoogleraar resoluut. „Je kunt geen recht uitoefenen als je God niet een juiste plaats geeft in het publieke leven. Wanneer je God terugdringt naar het privé-leven, stort ook het publieke leven in elkaar. De Britse regering kan voor een tijd nog de christelijke vorm van de traditie instandhouden, maar dat is slechts tijdelijk. Je ziet dat de islam in Engeland nu de leegte opvult. De islam is een godsdienst van de wet en verbreidt zijn opvattingen met een kracht en overtuiging waarmee het huidige christendom niet kan wedijveren. De cultuur van Engeland is gebaseerd op de ideologie van de democratie, maar na honderd jaar is die dood. Deze ideologie kent geen overtuigde discipelen, de islam wel. Het christendom kan alleen dan een vernieuwende beweging zijn als het geloof en leven weer met elkaar verbindt en ook een duidelijke rol speelt in het publieke leven.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer