Wee het land...
„Als je een clownsfiguur als leider aanstelt krijg je er een circus bij cadeau”, aldus het hoofdredactioneel commentaar in Trouw vorige week donderdag. Het betrof Boris Johnson, chef feesten Downing Street 10, alias de grappende, grollende, Britse premier die in zijn studentikoze bestaan is blijven hangen.
Ondertussen buitelt Boris al enige weken, met een vrije val in de peilingen. Slechts 15 procent van de kiezers vertrouwt hem nog. De spanningen aan de Russisch-Oekraïense grens bieden een welkome afleidingsmanoeuvre. Mogelijk loodsen ze de aandacht weg van een vernietigend rapport over ”falend leiderschap”.
Ruzies over en weer komt meer regeringsleiders uit. Krijgsmansretoriek zwelt aan. Juist herlas ik twee spraakmakende pamfletten, het ene van de marxistische Franse filosoof Badiou, het andere van emeritus hoogleraar psychiatrie en psychotherapie Frank Koerselman. Badiou ziet veel tijdgenoten onvolwassen blijven, Koerselman mist vaderlijke autoriteit. Ook hij ziet mannen die hun puberale egocentrisme niet te boven komen. Ze missen zelfkritiek en zelfbeheersing. Erger nog is het ”dominante type”, dat energiek en ondernemend is, nergens voor terugschrikt, maar uiteindelijk donkere motieven heeft. Alles dient eigen naam en faam. Dwarsliggers worden afgestraft.
Volgens Koerselman azen juist mensen –vaak mannen– met narcistische trek op leiderschap. De grootsprekende tongen genieten van de kritiekloze adoratie van hun volgelingen. Machtswellust, achterdocht en wantrouwen kunnen tot een giftige cocktail met wrede trekjes en erger worden. Wee het land welks koning –leider– zich als een puber gedraagt, waarschuwt de Prediker.
Hoopte de wereld soms nog op verbroedering tussen de volken tijdens de in China begonnen Olympische Winterspelen, tot nu vielen alleen de kameraden Xi en Poetin elkaar in de armen. Een nieuw bondgenootschap lijkt in de maak, uit op banale belangen en antwoord op NAVO-bewegingen. Politiek? Het bezorgt je een hoofd zo puntig als de kop van een raket.
Over en weer worden er inmiddels legers gemobiliseerd en in staat van paraatheid gebracht. Waren het maar soldaten van het grote Leger van het Heil, strijdend met geestelijke wapens onder dé Vredevorst, dan wisten we dat de tijd gekomen is dat zwaarden tot ploegijzers worden omgesmeed en bogen breken en speren in stukken gaan, aldus Psalm 46. Maar vooralsnog ziet het er dreigend gevaarlijk uit in een wereld waarin grote mannen met vuur spelen. Was Mutti Merkel er nog maar, de verbindende probleemoplosser.