Een polderkerkje in Kijfhoek
Verloren in het natuurgebied van de Devel, tussen Zwijndrecht en Heerjansdam, ligt Kijfhoek. De buurtschap is apetrots op zijn eigen polderkerk. Het is een pláátje.
Buiten wappert een gele vlag met de tekst ”De kerk van Kijfhoek is open”. Langs het schelpenpaadje naar de kerkdeur ligt het kerkhof, omsloten door een kleine gracht. Uitgehakte letters op stenen zerken spreken van herinnering en verdriet. De mens kwam en ging, komt en gaat de weg van alle vlees. „In vrede rust hier…”. „In dankbare herinnering aan…”, een vader, een broer, een kind. Er ligt ook een graf met de tekst „Na ernstige mishandeling overleden…”. Op een granieten zerk is een bronzen plaatje aangebracht: „De Geest moet boven alle dingen zweven en geenszins eronder gebukt gaan”.
Binnen staan aan weerszijden van het middenpad oude bruine kerkbanken met groene kussens en dichte deurtjes. Op het doopvont staat: „Een Heere, één geloof, één doop.” Drie houten treetjes leiden naar de lessenaar. De Bijbel ligt open bij ”De Profetiën van Jeremia”, het achttiende hoofdstuk: „Maak u op, en ga af, in het huis des pottebakkers, en aldaar zal Ik u mijne woorden doen horen.” De paaskaars brandt, als symbool van hoop in een hopeloze wereld. Gewijde stilte kleeft aan het planken kerkgewelf.
Ongeschonden
Bij de dooptuin staat Joop Wiekeraadt, woordvoerder van Stichting Behoud Kijfhoekkerk. Met brede armzwaaien, alsof hij het hele kerkje wil omhelzen, zegt hij: „Het is één en al eenvoudigheid hier. Dit kerkje heeft eeuwenlang alles doorstaan, natuurrampen, oorlogsgeweld, brand in de buurt, verwoesting en overstroming van de polder en nog veel meer narigheid. De kerk is altijd ongeschonden blijven staan, al bijna zevenhonderd jaar.”
Tweemaal per maand houdt de protestantse gemeente Heerjansdam/Kijfhoek op zondagmiddag hier een dienst. Wiekeraadt: „Dat is een traditionele, confessionele dienst, zonder toeters of bellen, met een vleugje nostalgie. Alles is maar tijdelijk, alles gaat voorbij. In dit kerkje kom ik soms eerbiedig op adem. De Schrift zegt ervan: „De stilte zingt mij toe, o Heere.””
Mensen zoeken op zondagmiddag een rustpunt in de week, zegt Wiekeraadt. „Men waardeert deze kerkelijke eenvoud in de polder. Hier heersen sereniteit en saamhorigheid. Mensen zoeken naar geestelijke voeding, naar teerkost voor de komende week.”
Van de inwoners van Kijfhoek komt op zondag geen mens naar de dienst. „Maar op donderdagavond kuisen de buurvrouwen wel het kerkgebouw en met elkaar zorgen ze ervoor dat het kerkhof er netjes bij ligt.”
In Kijfhoek wonen zestien gezinnen, in totaal zijn dat zo’n tachtig mensen. Dit is een welgestelde buurtschap. Dat zie je zo. Wiekeraadt: „Hier wonen geen armen. De enige arme is de kerk.”
Dauwtrappen
Het kerkje kan wel negentig bezoekers bergen, maar in coronatijd zit het met dertig echt vol. De laatste keer dat het kerkje helemaal vol zat, was op hemelvaartsdag 2019. Wiekeraadt: „Om zeven ’s ochtends begon het dauwtrappen, om acht uur was er ontbijt in de kerk, om negen uur was er een korte dienst en om tien uur stond iedereen weer buiten.”
Onder de orgelgalerij ligt het gastenboek. Iemand schreef: „Bedankt voor de service, de koffie en het toilet.” Een ander: „God is ons een toevlucht en een sterkte.” En een derde: „Dit is een kerkje met zielenroerselen.”