Deze vraag is recent weer actueel geworden nadat een Westlandse ondernemer duizenden euro’s naheffing moest betalen omdat hij zijn personeel gratis gezonde lunches aanbiedt. De ondernemer liet iedere dag een chef-kok een groentelunch verzorgen. De rechter liet de naheffing in stand.

De loonbelasting kent een aantal gerichte vrijstellingen en een vrije ruimte. Daarbinnen kan een werkgever aan zijn personeel onbelaste vergoedingen en verstrekkingen geven. Indien de vrije ruimte wordt overschreden en ook geen sprake is van een gerichte vrijstelling, wordt het meerdere belast met een eindheffing van 80 procent. En dat is precies waar de Westlandse onderneming mee is geconfronteerd.

Een belangrijk verschil is er tussen de verstrekking van een maaltijd en het geven van andere kleine consumpties. Gratis fruit en koffie aan het personeel is loon in natura. Dit voordeel aan de werknemer wordt echter op nihil gesteld worden. Dus volgt daarop geen heffing.

Voor de verstrekking van een maaltijd op de werkplek geldt een vast bedrag. Een maaltijd wordt gewaardeerd op 3,35 euro (2021).

Stel dat een werkgever fruit ter beschikking stelt aan een werknemer voor een bedrag van een euro per dag. Daarnaast geniet de werknemer dagelijks een groentelunch ter waarde van 12,50 euro zonder dat hij zijn werkgever hoeft te betalen. De waarde van het fruit wordt dan op nihil gewaardeerd. Wanneer de werknemer 200 dagen per jaar werkt, wordt de verstrekking van de lunch gewaardeerd op 3,35 euro maal 200 dagen, wat uitkomt op 670 euro. De eindheffing bedraagt dan 536 euro, gesteld dat verder geen vrije ruimte beschikbaar is.

De bewuste ondernemer liet het er niet bij zitten. Want een gezonde lunch, afgestemd met een diëtiste is toch eigenlijk een Arbovoorziening?

Laten we nu binnen de loonbelasting inderdaad een gerichte vrijstelling hebben voor Arbovoorzieningen. De rechter oordeelde echter dat gezonde lunches geen voorzieningen zijn die voortvloeien uit het beleid voor arbeidsomstandighedenbeleid. Kortom, de gezonde lunch is niet gelijk aan de ergonomische bureaustoel.

Inmiddels heeft staatssecretaris Vijlbrief op Kamervragen over dit onderwerp gereageerd. Ook hij lijkt vooralsnog niet mee te willen werken aan het welzijnsideaal van de ondernemer ten aanzien van zijn werknemers. In de beantwoording van de Kamervragen wordt simpelweg de werking van de vrijstellingen en vrije ruimte binnen de loonbelasting toegelicht. De staatssecretaris benadrukt dat de werkelijk verstrekking in genoemd voorbeeld 13,50 euro bedraagt. Met alle regelingen en vrije ruimte pakt de verstrekking voor de loonbelasting (en dus de eindheffing) een stuk lager uit. Volgens Vijlbrief wordt de ondernemer daarom voldoende gefaciliteerd. De verstrekte groentesoep wordt dan ook net zo heet gegeten als opgediend.

De auteur is manager belastingadviseur bij Visser & Visser.