„Afghaan stort liever van een vliegtuig dan in de macht van taliban te komen”
De beelden van wanhopige Afghanen die zich op het vliegveld van Kabul vastklampen aan een vliegtuig gaan hem door merg en been. „Ik zie nu geen licht voor Afghanistan”, zegt Zia Azimi (45), die zo’n twintig jaar geleden vanuit dat land naar Nederland vluchtte.
„Ik heb er pijn in mijn buik van dat de taliban de macht in Afghanistan overnam”, zegt de Afghaan. In zijn rijtjeswoning in Apeldoorn pakt de veertiger, moslim en vader van vier kinderen, er maandagavond zijn telefoon bij.
Hij laat twee onder elkaar geplaatste foto’s van een vrouwelijke tv-verslaggeefster zien. Op het ene plaatje ziet de vrouw er westers uit, op de andere afbeelding draagt dezelfde journaliste een nauwsluitende hoofddoek. „Zo gaan vrouwen er onder het bewind van de taliban voortaan uitzien”, sombert Azimi. Hij is afkomstig uit Herat, een van de grootste steden van Afghanistan. Er wonen relatief veel hogeropgeleiden.
Baard
Zelf ontvluchtte hij Afghanistan om onder de dwingelandij van de taliban uit te komen. „Er was geen vrijheid. De taliban schond vrouwenrechten. Meisjes mochten niet naar school. Mannen moesten verplicht een baard dragen. De vrijheid van meningsuiting was ingeperkt”, zegt Azimi, die samen met zijn vrouw een winkel runt.
Nu de extremistisch-islamitische beweging het roer in het bergland weer in handen heeft, maakt Azimi zich grote zorgen. Hij vreest dat de klok tientallen jaren wordt teruggedraaid. „We moeten afwachten hoe de taliban zich gaat opstellen. Tegenover de internationale gemeenschap zegt de taliban milder te zijn geworden. Maar dat is de vraag. Ik hoor al berichten dat vrouwen op hogere scholen niet meer welkom zijn en dat ze niet mogen werken bij overheidsinstellingen.”
Gemarteld
Grote zorgen maakt Azimi zich over zijn neef die zich sinds de machtsovername van de taliban schuilhoudt. Die neef vluchtte in het verleden eveneens naar Nederland om onder het talibanjuk uit te komen. Hij verbleef een paar jaar in Nederland, maar keerde terug naar Afghanistan. „Ik heb per telefoon contact met hem”, zegt Azimi. „Hij heeft het heel moeilijk. De taliban kunnen hem beschouwen als een verrader. Mijn neef hoort dat de taliban van deur tot deur gaan. Hij is bang dat hij gepakt en gemarteld wordt. Hij vraagt mij om zijn zaak onder de aandacht te brengen bij de Nederlandse Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Ik denk dat hij niet in Afghanistan kan blijven wonen. Anders zal hij een keer worden gepakt.”
Hoe volgt u het nieuws over Afghanistan?
Azimi, die aan de Technische Universiteit Eindhoven afstudeerde als bouwkundige: „Ik bekijk iedere tien minuten het nieuws. De omwenteling in Afghanistan houdt me sterk bezig. Zozeer dat ik me moeilijker kan concentreren. Ik krijg veel mee via Telegram. Dat sociale medium brengt me sneller op de hoogte dan internationale media.”
Hoe keek u naar de beelden van Afghanen die zich vastklampten aan een vertrekkend vliegtuig, kennelijk in de hoop zo te kunnen vluchten?
„Die beelden doen me erg pijn. Ik moest ervan huilen. Je klimt niet op een vliegtuig dat in beweging is. Maar mensen hingen tóch aan een vliegtuig en vielen er vanaf. Deze Afghanen zijn bereid om dood te gaan. Ze storten liever van een vliegtuig dan dat ze in handen van de taliban vallen, want ze zijn bang dat hen dan nog ergere dingen overkomen.”
Wellicht één lichtpuntje ziet Azimi in de ellende: de overname van Afghanistan door de taliban lijkt tot nu zonder veel bloedvergieten te verlopen. „Ik heb geen beelden van opgeknoopte mensen gezien.”
De snelle opmars van de taliban heeft velen verrast. U ook?
„Ja, de verovering ging erg snel. De taliban zal zijn gesteund vanuit Pakistan. Het verhaal gaat dat sommige leden van de Afghaanse regering samenwerkten met de taliban en militairen van het regeringsleger de opdracht gaven zich terug te trekken.
De taliban lijkt ook betere bewapening te hebben dan het Afghaanse leger. Ik hoorde dat een talibansoldaat met hulp van een moderne nachtkijker makkelijk een Afghaanse soldaat kon uitschakelen. ”
De Afghaanse regering was corrupt en daarom bij veel Afghanen gehaat, benadrukt Azimi. „President Ghani van Afghanistan is gevlucht, met veel geld. Waarom zo snel?
Feit is dat veel Afghanen ontevreden waren over de regering. Zeker in plattelandsdorpen ervoeren mensen een grote afstand tot de regering in Kabul. Die slaagde er niet in de verschillende etnische bevolkingsgroepen te vertegenwoordigen.”
Het westen probeerde een democratisch bestel in Afghanistan van de grond te krijgen, met oog voor bijvoorbeeld vrouwenrechten. Was dat een naïef streven?
„Het gaat niet lukken om het westerse model van democratie in een land als Afghanistan in enkele decennia in te voeren.
Vergeet niet dat Europa er eeuwen over deed om bijvoorbeeld meer rechten voor vrouwen geregeld te krijgen.
Mensen in Afghaanse steden zullen blij zijn geweest met meer democratie. Maar de massa in de dorpen wil daar niet van weten. Mensen op het Afghaanse platteland willen vaak helemaal niet dat man en vrouw gelijk behandeld worden.”
De Afghaanse plattelanders beschouwen westerse denkbeelden over democratie als goddeloos?
„Ja, dat denk ik wel. De taliban zullen zo’n denkbeeld over het westen als wapen inzetten om mensen van het Afghaanse platteland achter zich te krijgen. De taliban redeneert: We moeten vechten tegen de Afghaanse overheid, want die is door westerse inmenging goddeloos geworden.”
Afghanistan kent een geschiedenis van elkaar bestrijdende stammen. Voorziet u de komende tijd chaos?
„Het zal voor nogal wat Afghanen lastig zijn om onder het regime van de taliban te wonen. Dus vroeg of laat komen mensen in opstand. Al hangt veel af van de vraag of de taliban er in zullen slagen de diverse etnische bevolkingsgroepen te betrekken bij de landsregering.
Ik heb wel begrepen dat Afghanen in het noorden van het land zich inmiddels groeperen. Zo vocht zo’n 25 jaar geleden Achmed Sjah Massoed als een van de leiders van de Noordelijke Alliantie tegen de taliban. Zijn zoon speelt nu mogelijk een grote rol in het verzet tegen de taliban.”
Bestaat het gevaar dat Afghanistan een broeinest wordt van islamitische jihadisten?
Azimi: „Ja, ik ben bang dat fanatieke jihadisten van bijvoorbeeld IS in Afghanistan zich voorbereiden op terreuracties.”