Gevoel of verstand, al eeuwenlang een dilemma
Nogal wat mensen vinden dat je bij het nemen van belangrijke beslissingen niet op je gevoel moet vertrouwen. Want gevoel is wiebelig. Het verstand zou een steviger fundament geven. Maar er zit verandering in de lucht en de herwaardering van het gevoel lijkt onstuitbaar. Modern? Integendeel.
Het zijn zomaar wat uitspraken.
„Je bent echt veel te gevoelig.”
„Met hem is niet te praten, die heeft het altijd over hoe iets voelt.”
„Een beslissing nemen op basis van je gevoel? Dat is bouwen op drijfzand.”
Gevoelige mensen zijn leuk, niet zelden ook aardig en prettig in de omgang, maar zaken kun je er niet mee doen. Want gevoel wiebelt. De ene dag hoog in de wolken, de andere dag diep in de kolken.
Met een gevoelig kind moet je voorzichtig zijn. Voor je het weet is het overstuur.
En een gevoelige volwassene? Tsja, daar zal in jeugd of opvoeding wel iets verkeerd zijn gegaan.
Gevoel is voor velen synoniem met instabiliteit. Je kunt er simpelweg niet op bouwen.
Verstand daarentegen, ja, daar kun je wél op bouwen. Een verstandige vrouw wordt zeer gewaardeerd. Een verstandige man niet minder. En verstandige mensen nemen natuurlijk ook altijd verstandige beslissingen. Beredeneerd, goed overdacht. Allerlei wisselende gevoelens schakelen ze uit en dan nemen ze, puur rationeel, de juiste beslissing. Zou het?
Boot of rots
Waar gevoel voor velen een boot is die schommelt op het water van de omstandigheden, is verstand een solide fundament verankerd in een onwrikbare rotsbodem.
Maar de wind draait. Steeds meer, steeds verder. Want uit onderzoeken blijkt steeds duidelijker dat verstand en gevoel geen tegenstanders hoeven te zijn maar elkaar juist goed kunnen aanvullen. Zelfs in het bedrijfsleven, waar mensen graag prat gaan op de stabiele ratio die hen drijft, is er al tijden een herwaardering aan de gang voor het gevoel. Juist empathische en intuïtieve leiders boeken de beste resultaten, zo blijkt.
En als een leidinggevende helemaal geen empathie heeft met zijn medewerkers, blijkt dat niet zelden een recept voor problemen. Want hoe kun je leidinggeven aan mensen in wie je je totaal niet kunt verplaatsen? En hoe kun je de juiste beslissingen nemen als je geen intuïtie hebt en dus niet aanvoelt hoe mensen op die beslissingen zullen reageren?
Alarmbellen
De Vlaamse Amsterdammer Nikolaas Sintobin, jezuïet en internetpastor, heeft een boek geschreven over gevoelens als basis voor het nemen van beslissingen onder de veelzeggende titel ”Vertrouw op je gevoel”. De ondertitel van het boek luidt: ”Keuzes leren maken met Ignatius van Loyola”. En bij het horen van die naam zullen bij veel protestanten nogal wat alarmbellen gaan rinkelen. Want Ignatius van Loyola (1491-1556), een Spaanse edelman, was de stichter van de jezuïetenorde. En daar verwacht een protestants mens niet al te veel goeds van. Maar dat wil niet zeggen dat we er niets van kunnen leren.
Het gaat Ignatius om de onderscheiding der geesten. Iets wat Sintobin in zijn boek samenvat met het trefwoord ”onderscheiding”. Dat lijkt een onschuldige verandering gezien de oorspronkelijke term, maar hij geeft wel heel goed het verschil aan tussen wat rooms-katholieken en protestanten verstaan onder het uit de Bijbel afkomstige begrip onderscheiding der geesten.
De term ”onderscheiding der geesten” komt in het Nieuwe Testament slechts eenmaal voor, en wel in 1 Korinthe 12:10. In dat Bijbelgedeelte schrijft Paulus over de gaven van de Heilige Geest. Daaronder rekent hij ook de gave van de onderscheiding der geesten. De kanttekenaren schrijven bij dit onderdeel: „Dat is de gave om de oprechte en valse leraars te onderkennen en de gemeente voor de valse te waarschuwen.” Ze verwijzen daarbij naar 1 Johannes 4:1: „Geliefden, gelooft niet een iegelijke geest, maar beproeft de geesten of zij uit God zijn (…).”
Vrije wil
Samenvattend zou je kunnen stellen dat de meeste reformatoren de onderscheiding der geesten vooral belangrijk vonden in het onderscheiden van een juiste en een verkeerde uitleg van de Heilige Schrift. Of ze daarmee helemaal dachten in de lijn van iemand als Augustinus, is de vraag. Het lijkt erop dat hij het begrip toch breder van toepassing achtte. Het is in ieder geval duidelijk dat de reformatoren het begrip onderscheiding der geesten veel minder van doorwerking achtten in het nemen van alledaagse beslissingen dan in rooms-katholieke kringen gebruikelijk was.
Ongetwijfeld heeft dit te maken met een verschil in het denken over de vrije wil. De rooms-katholieke traditie leert dat de mens in staat is te kunnen kiezen tussen goed en kwaad, terwijl het bestaan van die vrije wil in de protestantse traditie juist wordt ontkend. Een mens is immers geneigd tot alle kwaad en zal vanuit zichzelf nooit het goede kiezen. Kiezen voor het goede is alleen en voor de volle 100 procent mogelijk dankzij Gods genade.
Psychologie
Feit is dat vooral Ignatius van Loyola de term bij uitstek gebruikt heeft in het kunnen onderscheiden van goede en kwade zaken. Of, duidelijker gezegd: het is volgens hem een gave die christenen hebben bij het onderscheiden tussen kwade geesten die hen aanzetten tot het kwaad of Gods goede Geest Die aanzet tot het goede.
Volgens het boek ”Vertrouw op je gevoel” had Ignatius van Loyola „een verbazingwekkende kennis van de menselijke psychologie.” Hij heeft de term onderscheiding overigens niet uitgevonden, maar „in zekere zin” gesystematiseerd. En over dat door Ignatius uitgewerkte systeem schrijft Nikolaas Sintobin in zijn boek. En dan wel op zo’n manier dat, zoals hij het zelf noemt, het begrip onderscheiding alle mensen kan inspireren, zowel christenen als niet-christenen.
Die onderscheiding is dan vooral een hulpmiddel bij het maken van moeilijke keuzes. Die moeten, volgens Loyola, niet alleen genomen worden op grond van de ratio, het verstand, maar juist ook op grond van het gevoel. Zo beschrijft Sintobin een keuzeproces steeds weer als een afweging tussen A en B. En de belangrijke vraag is wat het blijvende gevoel is als ik A kies of wat als ik B kies. De keuze die blijvende rust en vertrouwen in het hart geeft, is dan de juiste. Zeker als een christen de keuze biddend heeft overwogen. Dan mag hij of zij er, volgens Ignatius van Loyola, op vertrouwen dat het Gods Geest is Die de juiste keuze in het hart heeft gelegd.
Nu zijn tegen zo’n opvatting tal van theologische argumenten in te brengen. Kan ieder mens immers zomaar vertrouwen op zijn gevoel? En leert de Bijbel niet ook dat er niets bedrieglijkers is dan het hart van een mens? „Arglistig is het hart, meer dan enig ding, ja dodelijk is het, wie zal het kennen?” (Jer. 17:9). En de profeet vervolgt dan dat alleen God het hart doorgrondt en de nieren proeft „en dat om een iegelijk te geven naar zijn wegen, naar de vrucht zijner handelingen.” Gevoelens die voortkomen uit het hart, bedriegen een mens dus niet zelden.
Kwaliteit
Dat het verstand, de ratio, er in reformatorische kringen zo veel beter opstaat dan het gevoel, is eigenlijk bijzonder. Kunnen gevoelens een mens bedriegen, het verstand is door de zondeval immers ook verduisterd. In die zin mogen gevoel en verstand op Bijbelse gronden niet tegen elkaar worden uitgespeeld. Ze zijn na de zondeval allebei niet meer in de conditie zoals God ze bij de schepping heeft bedoeld. Maar daarom is het een daarom nog niet van mindere kwaliteit dan het andere.
Wie zich dat realiseert, zal in het boek van Sintobin veel lezen wat aanspreekt. Want het is een feit dat gevoelens en het je goed realiseren wat je voelt, van groot belang zijn in het leven van alledag. Wat dat realiseren betreft: niet zelden zijn mensen zo gericht op hun verstand dat ze zich niet eens bewust zijn van wat ze voelen.
Volgens Ignatius van Loyola is het de taak van het verstand om de informatie die het hart aanreikt te verwerken. „Luisteren naar wat zich afspeelt op het niveau van je affectieve bedding, je gevoelens onder woorden brengen en ze ernstig nemen, is iets wat je kunt leren. Oefening baart kunst” (pag. 69).
Het verstand en het gevoel horen bij elkaar en helpen elkaar. Daar is niets on-Bijbels aan. Het is een prachtige omschrijving van dit subtiele proces en laat direct ook zien dat gevoel niet inferieur is ten opzichte van het verstand. Alleen al het proberen om gevoelens onder woorden te brengen, is in dat opzicht heilzaam. Want gevoelens laten zich soms slechts uiterst moeilijk in woorden vatten.
Psychotherapie of coaching kan helpen om bij je gevoel te komen, zoals het dan vaak wat zweverig wordt genoemd. Maar dat proces om van je hoofd af te dalen naar je hart ís helemaal niet zweverig. Het is niet anders dan noodzakelijk om als mens in een zeker evenwicht te kunnen leven.
Ook voor leidinggevenden of onderwijzers is het heel belangrijk dat ze zich oefenen in luisteren. Niet alleen maar afgaan op gedrag, maar proberen erachter te komen welk gevoel er achter het gedrag zit van een werknemer die zich steeds weer ziek meldt of een leerling die in de klas uiterst irritant is.
Koppelen
Kan een mens vertrouwen op zijn gevoel? Die vraag is, zoals ook Sintobin indirect schrijft, te simpel. Want gevoel alleen is soms ongrijpbaar, wisselend en onduidelijk. Maar wie gevoel en verstand op een goede manier kan koppelen, zal daar ongetwijfeld de vruchten van plukken. Zeker oudere mensen, met veel levenservaring, hebben niet zelden een schat aan gevoelsmatige ervaringen die ze kunnen doorgeven aan anderen. In die ervaringen is zowel de inbreng van het gevoel als het verstand als het ware verenigd.
Maar ook hier komt het er weer op aan dat zo’n adviseur, wie dat dan ook is, empathisch en intuïtief is, zodat hij goed kan luisteren naar en zich kan inleven in anderen.
En zo sluit de cirkel van het belang van het onderkennen van gevoelens. En van het belang van de term onderscheiding, die Ignatius van Loyola zo veel eeuwen geleden al, onderwees. En hij is bepaald niet de enige. Luisteren naar je gevoel is dan ook eerder ouderwets dan dat het als modern gelabeld kan worden.
Boekgegevens
Vertrouw op je gevoel, Nikolaas Sintobin; uitg. KokBoekencentrum; 160 blz.; € 19,99