„Telefoonterreur verdwijnt niet door vernieuwde wet”
Burgers kunnen voortaan ongestoord eten. Of koffiedrinken. De nieuwe telecomwet verbiedt bedrijven om mensen in het wilde weg te bellen. Goede doelen mogen iets meer. Vraag is of de irritatie echt verdwijnt.
Bedrijven, loterijen en organisaties bellen graag en veel. Meestal op een fout moment. De herziene Telecomwet, die donderdag ingaat, moet de ergernis over telemarketing tackelen.
Het bel-me-nietregister maakt plaats voor een ”opt-in-systeem”. Bedrijven en organisaties moeten vóóraf toestemming van een burger hebben om te bellen. Koude acquisitie, ongevraagd telefonisch ronselen, is niet toegestaan. Bestaande relaties bellen mag nog wel, maar tot drie jaar na de laatste transactie. Anonieme nummers gebruiken is strikt verboden. Op straffe van een boete.
Voor goede doelen verandert er niet zoveel. Door een amendement mogen zij donateurs, vrijwilligers én sympathisanten blijven bellen.
Christelijke organisaties zijn huiverig om met telemarketing giften en donateurs binnen te harken. „Wij geloven daar niet in”, verklaart Bart de Leeuw van hulporganisatie ZOA. „Je kunt iemand pas geld vragen als je een relatie hebt.”
Dankzij de nieuwe wet verdwijnt de verplichting het bel-me-nietregister tijdens een telefoontje aan te bieden. De Leeuw is daar blij om. „Na een mooi gesprek kan zo’n zakelijke mededeling afbreuk doen aan het contact.”
Waterdicht is het huidige bel-me-nietregister overigens allerminst. „Volgens de wet werkt het, maar in de beleving van burgers niet. Zij worden, ondanks registratie, nog steeds gebeld door energiebedrijven.”
Ook Woord en Daad pakt niet de telefoon voor extra giften of donateurs. „Wij zijn terughoudend”, legt relatiebeheerder Gerwin van Muijlwijk uit. „We benaderen mensen niet opdringerig, omdat we weten dat het ergernis kan oproepen.” Mocht de Woord en Daad geld mislopen, dan neemt de hulporganisatie dat voor lief. „Wij koesteren onze donateurs.”
De Bond tegen Vloeken benadert potentiële donateurs niet meer telefonisch. „Omdat een telefoontje vaak net op een verkeerd, irritant moment komt”, zegt directeur Kees van Dijk. De Bond en ZOA werven liever op evenementen. Of via andere leden.
Callcenter Christal –700.000 telefoontjes per jaar– belt voor tachtig goede doelen, waarvan driekwart uit christelijke hoek. Voor hen verandert er niets, zegt directeur Frank Swinkels. „Geen enkel christelijk goed doel werft ongevraagd.”
Swinkels verwacht dat de irritatie door de aangepaste telecomwet niet afneemt. „Mensen denken dat ze voortaan niet meer worden gebeld, maar organisaties mogen bestaande donateurs gewoon blijven bellen.”
Telefoonirritatie door goede doelen valt volgens Swinkels reuze mee. „Wij krijgen 300 klachten op 700.000 telefoongesprekken. Als iemand telefonisch wordt uitgekafferd, is het altijd door een energiebedrijf.”
Kerken
De vernieuwde telecomwet is onduidelijk, stelt de callcenterdirecteur. Als een kerk een lid benadert dat drie jaar lang niets van zich heeft laten horen, mag dat? Ja, als lid is er een relatie. Nee, want de laatste interactie is langer dan drie jaar geleden. „Toch bellen”, stelt Swinkels, „want als leden draag je gezamenlijk de kerk.”
De Bond tegen Vloeken heeft in coronatijd wel 80-plussers gebeld in de strijd tegen eenzaamheid. Daarbij komen giften echter „absoluut niet” ter sprake, benadrukt directeur Van Dijk, die tegelijk aangeeft een extra gift niet af te slaan. „Zo zijn we dan ook wel weer.”