Negatief spreken over journalisten past in een trend om het met de waarheid niet al te nauw te nemen. Dat kan kwalijke gevolgen hebben. Het is belangrijk dat we op een eerlijke en respectvolle wijze met elkaar omgaan.
Journalistiek is een eervol beroep. Het zou niet nodig hoeven zijn om dat te zeggen. Net als het niet nodig hoeft te zijn om te zeggen dat artsen, leerkrachten en politieagenten waardering en respect verdienen. Toch kunnen we niet om de conclusie heen dat journalisten in ons land meer dan vroeger te maken krijgen met geweld en intimidatie. Afgelopen zaterdag gooide Geert Wilders nog eens olie op het vuur door journalisten in een tweet „tuig van de richel” te noemen, ook al voegde hij daar „uitzonderingen daargelaten” aan toe.
Het is niet voor het eerst dat de media onder vuur liggen. Donald Trump sprak over fake news en ook sommige Nederlandse politici volgden dat spoor. De trend is overigens breder. Niet alleen de integriteit van journalisten, ook de integriteit van wetenschappers wordt nogal eens in twijfel getrokken. Ze behoren tot de elite en verkondigen hun eigen waarheid, zo wordt gezegd.
Natuurlijk, journalisten moeten het zich aantrekken wanneer aan hun functioneren wordt getwijfeld. Echter, het verhaal over journalisten als vertegenwoordigers van de linkse kerk heeft nu al heel lang geklonken. Het doet, zeker tegenwoordig, meer kwaad dan goed. En het past ook in een klimaat waarin waarheid wordt opgevat al iets wat relatief is: jij jouw waarheid, ik mijn waarheid.
Rusland
Een samenleving kan alleen goed tot bloei komen als er zorgvuldig met waarheid wordt omgesprongen en mensen op een respectvolle wijze over elkaar spreken. Denkt u zich eens in hoe het zou zijn als u in Turkije of Rusland zou wonen, of in een ander land waarin de vrijheid van de pers onder druk staat. Zeker, journalisten zijn niet onfeilbaar en er zijn ook allerlei vormen aan te wijzen van slechte journalistiek, maar dat betekent niet dat we het zonder de pers zouden kunnen stellen.
We hebben journalisten nodig om te zorgen voor een betrouwbare informatievoorziening. We hebben hen ook nodig om tegenmachten te organiseren, wanneer bedrijven of overheden hun boekje te buiten gaan of desinformatie verspreiden. Om tot een goede en betrouwbare waarheidsvinding te komen, hebben journalisten allerlei procedures ontwikkeld, zoals bijvoorbeeld check en double check of hoor en wederhoor. En ook zien ze, als het goed is, op elkaars werk toe en controleren ze elkaar.
Vooroordelen
Geen enkele journalist is zonder vooroordelen. Net als alle andere mensen nemen ze politieke en levensbeschouwelijke standpunten in en maken ze onderdeel uit van een bepaalde maatschappelijke groep. Echter, je hebt als journalist ook de plicht om eerlijk en transparant te werk te gaan, en je eigen standpunten kritisch te onderzoeken en zo nodig bij te stellen. Dat geldt voor iedere journalist, of je nu werkt bij de NOS, het Reformatorisch Dagblad of Elsevier Weekblad.
Laten we niet lichtzinnig omgaan met het recht op vrije nieuwsgaring. Persvrijheid is een belangrijke verworvenheid van onze democratie. Dat schept verplichtingen. We leven in een vrij en veilig land waar we onbekommerd voor onze overtuiging kunnen uitkomen. Dat is mede aan het werk van journalisten te danken. Slecht spreken over de pers miskent dat journalisten vaak secuur en vol overgave hun werk doen, soms zelfs met gevaar voor eigen leven. Ze verdienen daarom onze support en onze waardering, ook als ze dingen zeggen die ons niet zo goed uitkomen.
Journalisten op generaliserende wijze zwartmaken en praten over een elite die haar eigen zakken vult, is niet zomaar een spelletje. Je kunt er een klimaat van polarisatie en wantrouwen mee scheppen, een klimaat ook waarin intimidatie en geweld tegen journalisten vanzelfsprekender worden. Ook al roep je misschien in directe zin niet tot geweld op of keur je geweld zelfs af. Woorden die mensen spreken, kunnen grote consequenties hebben. Hoe klein onze tong ook is, we kunnen er veel kwaad mee aanrichten, zo schreef Jacobus al.
Elkaar aanspreken
Willen we dat het goed gaat met ons land, en met de gemeenschappen waarvan we deel uitmaken, dan zullen we steeds zorgvuldig onze woorden moeten wegen. Het is goed om elkaar aan te spreken op verkeerd gedrag. Ook kunnen we journalisten erop aanspreken als ze broddelwerk verrichten. Maar zorg er tegelijkertijd voor dat je zorgvuldig omgaat met de reputaties van betrokkenen. Spreek geen vals getuigenis over elkaar. Dat voorkomt polarisatie en bevordert het goede samenleven.
Prof. dr. ir. Jan van der Stoep is bijzonder hoogleraar christelijke filosofie aan Wageningen University & Research en binnenkort ook aan de Theologische Universiteit Kampen.