Predikant en kritiek: een levenslange les in tact en wijsheid
Kritiek op de predikant lijkt onvermijdelijk. Maar hoe gaat hij daarmee om? Wees eerlijk en duidelijk, naar jezelf én naar de critici, stelt dr. Joel Beeke.
Dit is een boek voor de bekritiseerde predikant én voor de criticus, zo schrijft Sinclair B. Ferguson in zijn inleiding. Hij kent Beeke vanaf begin jaren tachtig, toen zij studeerden op Westminster Theological Seminary (VS).
Het boek is een coproductie met Nick Thompson, maar het leeuwendeel is afkomstig van Beeke, rector en hoogleraar systematische theologie aan het Puritan Reformed Theological Seminary in Grand Rapids (VS). De inhoud weerspiegelt veel van Beekes ervaring, schrijft hij, humoristisch opmerkend dat dit uiteindelijk een boek is dat hij kon schrijven, omdat hij in veertig jaar pastorale ervaring meer dan voldoende ervaring heeft opgedaan met kritiek.
Beeke gaat uitvoerig in op het fenomeen kritiek in Oude en Nieuwe Testament, vanaf de kritiek van de slang op de Schepper tot Christus, Die meer dan iemand geleden heeft onder tegenstand en kritiek. Christus bleef echter zachtmoedig en vriendelijk, aldus Beeke, wat geen teken van zwakte was, maar van innerlijke sterkte.
Aan de hand van veel citaten van puriteinen wijst Beeke op de noodzaak van het nederig ontvangen van kritiek. Onderzoek je hart en zoek raad bij anderen, niet opdat zij vertellen wat je graag wilt horen maar wat je nódig hebt. Kritiek komt meestal op de meest slechte momenten, en dat is voor voorgangers de maandagmorgen. Beeke: wacht met het reageren op negatieve e-mails tot dinsdagmorgen. En als je reageert, doe dat telefonisch (of met een videocall) en niet per mail, want „een persoonlijke ontmoeting is het beste.”
Kritiek op predikanten lijkt onvermijdelijk. De realiteit is dat voorgangers zondaars zijn. Word daarom niet direct boos en opstandig en leer om je blinde vlekken te zien. Voorgangers hebben kritiek nodig, opdat zij zichzelf onderzoeken en verootmoedigen. Hoe dichter iemand geestelijk bij de voorganger staat, des te serieuzer moet hij de kritiek nemen. „Critici zijn gaven van de hand van God.”
Afbrekend
Er is echter ook negatieve, afbrekende kritiek. Deze zegt meer over de criticus dan over de voorganger, aldus Beeke. Soms is zwijgen de beste reactie op kritiek, zodat je je niet verlaagt tot het niveau van de criticus. Laat je léven het goede antwoord zijn, stelt Beeke, en zoek vooral een zuiver en blijmoedig geweten. Vlucht niet in rechtvaardiging of zelfverdediging, die kritiek alleen maar nieuwe brandstof geeft. Antwoord altijd vriendelijk en genadevol, maar schroom ook niet je duidelijk uit te spreken tegen onrecht, onwaarheid en valse beschuldigingen.
De schrijver voert ten slotte een pleidooi voor een kerkelijke cultuur die openstaat voor „constructieve” kritiek. Lok deze kritiek zelfs uit en schep platforms waarop gemeenteleden hun zorgen kunnen uiten en stel je ook als kerkelijke leider kwetsbaar op. Kritiek wordt op die manier bij Beeke een zelfreinigend vermogen in de kerk waar alle geledingen hun winst mee kunnen doen.
Pastors and their Critics. A Guide to Coping with Criticism in the Ministry; Joel R. Beeke and Nick Thompson; P&R Publishing; 177 blz.; $ 15,99.