Kerk & religie

Amerikanen koesteren historie Pilgrim Fathers

Amerikanen, ook seculiere, koesteren de geschiedenis van de Pilgrim Fathers. Wie kan bewijzen van hen af te stammen, is een echte Amerikaan. Alles wordt gedaan om het puriteinse verleden levend te houden.

1 August 2020 15:13Gewijzigd op 17 November 2020 07:47
Plimoth Plantation in Plymouth, Massachusetts. In dit openluchtmuseum is het eerste dorp van de Pilgrim Fathers nagebouwd. beeld Wikimedia
Plimoth Plantation in Plymouth, Massachusetts. In dit openluchtmuseum is het eerste dorp van de Pilgrim Fathers nagebouwd. beeld Wikimedia

Wat hebben de oud-presidenten George W. Bush en Barack Obama gemeen? Dat ze beiden dezelfde voorouders hebben: Thomas en Anne Blossom. Het echtpaar kwam uit Engeland, woonde in Leiden en maakte deel uit van de Pilgrim Fathers die in 1620 met de Mayflower op de kusten van Amerika aankwamen. De twee voormalige presidenten zijn er trots op. Beiden hebben meer dan eens in toespraken gewezen op hun voorouders die vanwege hun geloof de wijk namen naar de Nieuwe Wereld. En zij zijn niet de enige presidenten van wie de roots teruggaan tot de Pilgrim Fathers. Zeker zes van hen stammen van deze puriteinen af.

Welgestelde Amerikanen geven soms veel geld uit om hun stamboom te laten uitzoeken in de hoop uiteindelijk terecht te komen bij de puriteinse pioniers. Want dan behoor je tot de echte Amerikanen. Dat laatste is natuurlijk onterecht; voordat de Europeanen in Amerika kwamen, waren er al de indianen. Dat zijn de echte ”natives”.

Aandacht voor deze verdrongen groep is er zeker ook in Plimoth Plantation, het openluchtmuseum in de plaats Plymouth in de staat Massachusetts. In dit prachtige openluchtmuseum is het eerste dorp van de Pilgrim Fathers nagebouwd, maar staan ook hutten van de Wampanoag, de indianenstam die de Pilgrim Fathers hielp de eerste moeilijke jaren door te komen. Verre nakomelingen, gekleed in dierenvellen, vertellen het verhaal van hun hulp aan de immigranten én van de ondankbaarheid die hen ten deel is gevallen.

Acteurs

De huisjes in het dorp van Plimoth Plantation worden bewoond door acteurs die een van de Pilgrim Fathers naspelen. Zo kan men in gesprek gaan met ouderling William Brewster of met William Bradford, die als gouverneur Plymouth bestuurde.

Vlak bij dit openluchtmuseum ligt een replica van de Mayflower, het schip waarmee de Pilgrim Fathers in 1620 de Atlantische Oceaan overstaken. Oorspronkelijk was deze nabootsing een geschenk van de Britten aan de VS om dank uit te drukken voor de hulp van Amerika in de Tweede Wereldoorlog. Vorig jaar is het schip na een restauratie in Engeland teruggekeerd naar Amerika. Wie over het schip dwaalt, blijft zich verbazen dat een groep van ruim honderd mensen hier zo’n twee maanden op verbleef, terwijl veel stormen de zeereizigers plaagden.

Dankdag

Naast de tastbare bewijzen van de geschiedenis van de Pilgrim Fathers zijn er in Amerika ook andere sporen van hen aanwijsbaar. Het meest bekende is de traditie om op de vierde donderdag van november Thanksgiving te houden. Deze nationale feestdag gaat terug op de eerste dankdag die de Pilgrim Fathers in 1621 hielden. Zij ontleenden dit idee aan het gebruik in Leiden om op 3 oktober dankdag te houden. Bekend is de traditie dat de Amerikaanse president een keus maakt tussen twee kalkoenen. De een krijgt gratie, de ander verdwijnt in de braadpan. President John F. Kennedy heeft dit gebruik ingesteld.

Een ander overblijfsel van de Pilgrim Fathers is de gedachte dat Amerika een speciale plaats heeft in de wereldgeschiedenis. De VS willen de gids, het lichtend voorbeeld, zijn voor de wereld. Dat was ook het ideaal van de puriteinse kolonisten. John Winthrop, die in 1630 vanuit Southampton naar Amerika vertrok, hield voor de afvaart een lezing waarin hij zijn medereizigers ertoe opriep in hun nieuwe vaderland een stad op een berg te zijn. „De ogen van de hele wereld zijn op ons gericht.” Hij wees op de grote opdracht om de wereld te tonen „hoe goed het is om God te dienen.”

In seculiere vorm is deze gedachte onder het stof vandaan gehaald in de jaren vijftig van de vorige eeuw, toen de Koude Oorlog begon. President Eisenhower zei in 1954 in de State of the Union (vergelijkbaar met de Troonrede): „Wij zijn een stad op een berg, een lichtend voorbeeld voor alle landen.” In die tijd werd de toespraak van Winthrop diverse malen herdrukt. In later jaren grepen de presidenten Reagan en Obama op deze puriteinse toespraak terug.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer