Opinie

Verre naaste heeft inzet Nederlandse regering nog harder nodig

Onze overheid is geroepen om de bestaande ontwikkelingshulp te handhaven en zelfs uit te breiden. Kwetsbare landen hebben dringend acute (nood)hulp nodig en op termijn een beter zorgsysteem.

Chris Stoffer en Henri Krooneman
1 April 2020 10:01Gewijzigd op 17 November 2020 07:28Leestijd 4 minuten
In kwetsbare landen kunnen de gevolgen van een grootschalige uitbraak van het coronavirus vele malen ernstiger zijn dan in Nederland. Foto: kinderen krijgen bij het Mbagathi Hospital in de Keniaanse hoofdstad Nairobi uitgelegd hoe ze hun handen moeten was
In kwetsbare landen kunnen de gevolgen van een grootschalige uitbraak van het coronavirus vele malen ernstiger zijn dan in Nederland. Foto: kinderen krijgen bij het Mbagathi Hospital in de Keniaanse hoofdstad Nairobi uitgelegd hoe ze hun handen moeten was

Het levensgevaarlijke coronavirus heeft de hele wereld in zijn greep en eist overal duizenden slachtoffers. Vernamen we in eerste instantie alarmerende berichten over een mysterieus virus in China, al gauw bleken besmettingshaarden zich via Italië in heel Europa te hebben genesteld. Sindsdien zijn ook in ons land steeds verdergaande maatregelen genomen om meer besmettingen te voorkomen.

Het is hartverscheurend als je de hand van je ernstig zieke of dementerende man of vrouw niet meer kunt vasthouden. En wat is het aangrijpend dat de gemeente niet meer kan samenkomen in Gods huis om Zijn vermanend en troostrijk Woord te horen.

De gevolgen van het coronavirus zijn voorlopig niet te overzien. Dat geldt voor ons land, maar ook op mondiaal niveau. Vrijwel al het wereldwijde weg-, lucht- en scheepvaartverkeer is tot stilstand gekomen. Landen gaan compleet of gedeeltelijk ”op slot”. Grenzen worden gesloten, net als bedrijven, kantoren, scholen en winkels. Economieën krimpen. In allerijl worden omvangrijke steunprogramma’s opgetuigd.

Zeker: de veerkracht, vindingrijkheid en saamhorigheid die je op veel plaatsen ziet opbloeien, zijn bemoedigend. Maar dat zijn wel lichtstralen tegen een diepdonkere achtergrond. Ons zorgpersoneel en ons zorgsysteem worden zwaar op de proef gesteld. Zijn er genoeg intensivecarebedden en beademingsapparaten? Kunnen we aan genoeg mondkapjes en andere beschermingsmiddelen komen voor artsen en verplegend personeel? Deze zaken hebben de volle aandacht van de regering. Maar het virus laat ons wel zien hoe kwetsbaar en afhankelijk we zijn.

Overvol

We moeten dus vol blijven inzetten op het indammen van de ziekte in Nederland. Tegelijk geldt, en dat is de kern van dit betoog, dat we onze naaste, ook de verre naaste, niet mogen vergeten. Nederland is gezegend met een zeer hoogwaardig zorgsysteem. Onze ziekenhuizen en artsen behoren tot de beste ter wereld. Hoe anders is dit in bijvoorbeeld ontwikkelingslanden, waar adequate zorg en een stabiele voedselvoorziening ontbreken. Dat geldt trouwens ook voor een vluchtelingenkamp als Moria op Lesbos, waar maar liefst 20.000 mensen dicht op elkaar opgesloten zitten, terwijl dat kamp slechts plaats heeft voor zo’n 3000 mensen.

Triest feit is dat in sommige landen de gevolgen van een grootschalige uitbraak van het coronavirus vele malen ernstiger kunnen zijn dan in Nederland. Een land als Oeganda heeft amper één intensivecarebed per miljoen inwoners. Malawi heeft er slechts enkele tientallen op 18 miljoen inwoners. Zelfs Zuid-Afrika, het land met waarschijnlijk het beste zorgsysteem op het Afrikaanse continent, telt hoogstens een paar duizend ic-bedden op meer dan 50 miljoen inwoners. Tel daarbij op de vaak gebrekkige weerstand en hygiëne, alsmede het gebrek aan mogelijkheden om afstand van elkaar te houden, gezien het ontbreken van een effectieve (online)campagne of het moeten wonen in een overvolle sloppenwijk, en er ontstaat een zeer zorgwekkend beeld. Het is voorstelbaar dat het percentage besmettingen in zulke landen nog veel hoger zal liggen dan in Nederland. En van de coronapatiënten kan ook nog eens een veel groter aandeel in levensgevaar terechtkomen.

Veel deskundigen laten dan ook de alarmbellen rinkelen. Als we nu niet handelen, dreigt immers een enorme tragedie. Precies om deze reden heeft de SGP deze week, samen met veel andere partijen, de regering verzocht om de hulp voor en ondersteuning van arme landen, juist ook in de huidige omstandigheden, te handhaven. Sterker nog, om deze steun uit te breiden inzake gezondheidszorg en voedselhulp. Dit vraagt een mondiale inzet.

Op korte termijn moet die steun gericht zijn op acute (nood)hulp: bedden, medicijnen, apparatuur, testcapaciteit. Op lange termijn moet het zorgsysteem in arme of kwetsbare landen structureel verbeteren. Alleen dat biedt echte hoop: „Hoop is de mogelijkheid voor verandering zien en op basis van die waarneming handelen.”

Barmhartigheid

Onze steun voor de verre naaste mag uiteraard niets afdoen aan onze aandacht en zorg voor mensen in Nederland. Ook onze volksgezondheid is afhankelijk van het antwoord op de vraag of andere (ontwikkelings)landen in staat zijn de ziekte te bestrijden. Een grootschalige uitbraak elders kan, op korte of lange termijn, als een boemerang bij ons terugkomen. Maar bovenal gaat het hier simpelweg om het zoeken van het goede, vanuit een Bijbels begrip als barmhartigheid. Voor onszelf én de medemens elders.

Het goede zoeken, dat is ”de handen uit de mouwen”, maar ook ”op de knieën”. Dat is Gods aangezicht zoeken, biddend om genezing naar lichaam én ziel. Om Zijn nabijheid, ook in en door het lijden heen. En om terugkeer, als volk en als wereldbevolking, tot een God Die „wacht om genadig te zijn” (Jesaja 30:18).

Chris Stoffer is Kamerlid, Henri Krooneman beleidsmedewerker voor de Tweede Kamerfractie van de SGP.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer