Economie

Groei veroorzaakt problemen, maar helpt ook om ze op te lossen

De economische groei zwakt af. Het gaat minder goed, heet het dan. Is dat erg? Waarom moet er altijd sprake zijn van groei? Die vraag hoor je mensen nogal eens stellen.

Arie de Rooij
2 November 2019 15:51Gewijzigd op 17 November 2020 06:48
beeld ANP, Remko de Waal
beeld ANP, Remko de Waal

Naar verwachting zal de toename van het bruto binnenlands product (bbp), de maatstaf voor de groei, in Nederland dit jaar zo’n 1,8 procent bedragen. Het betekent dat de waarde van de goederen en diensten die we met elkaar produceren, met dat percentage aandikt. We kunnen ook zeggen dat we met z’n allen 1,8 procent meer verdienen, 1,8 procent rijker worden.

Groei hoort onlosmakelijk bij een markteconomie. In die samenleving streeft iedereen naar vooruitgang, naar meer en beter, naar meer omzet, meer winst, meer inkomen, meer …; het idee van de homo economicus, de mens die vooral gericht is op het bevredigen van zijn eigen behoeften. Geen groei betekent stagnatie of achteruitboeren. En zeg nu eerlijk, dat wil niemand.

Er zijn jaren dat de gezamenlijke welvaart inderdaad krimpt. We spreken dan van een recessie. Die situatie beleefden we onder invloed van de financiële crisis van 2008. In de jaren daarna liet het bbp een min of slechts een mager plusje aantekenen. Bezuinigen was het credo. Als de nationale koek kleiner wordt, valt er minder te verdelen en dienen overheid en burgers de tering naar de nering te zetten.

Groei daarentegen, de mogelijkheid om wat extra’s te doen, kan functioneren als smeermiddel om maatschappelijke problemen aan te pakken, om wensen van groepen in te willigen, om onvrede te voorkomen. Trouwens, bij aanwas van de bevolking, is alleen al daarom expansie van de economie nodig, met een zelfde tempo, om het bbp per hoofd op hetzelfde niveau te handhaven.

En wat dacht u van uitgaven als die voor AOW en de zorg? Die zullen in de toekomst, door de vergrijzing, flink uitdijen. Stel dat de economische groei stilvalt, dan moeten we die geldstromen financieren uit een gelijkblijvende pot. U begrijpt, dat dwingt onvermijdelijk tot korten op andere posten.

Maar hoe zit het dan met milieu en klimaat? Die zijn toch niet gebaat bij een voortdenderende groei? De toename van de wereldbevolking lijkt de voornaamste ‘boosdoener’. Die leidt immers tot meer uitstoot van CO2, meer stikstof, meer fijnstof, meer PFAS, meer afval, meer verbuik van grondstoffen en noem maar op.

In 1798 voorspelde de Brit Thomas Malthus al –hij was econoom en anglicaans predikant– dat er hongersnood zou komen doordat de bevolkingsgroei veel groter was dan het vermogen van de aarde om al haar bewoners te voeden. En in de jaren zeventig van de vorige eeuw waarschuwde de Club van Rome voor ”De grenzen aan de groei”, zoals haar opzienbarende rapport heette, voor uitputting van grondstoffen en een fatale belasting van het milieu. We zijn tot dusver steeds erin geslaagd een catastrofe af te wenden, met behulp van vooral technologische vernieuwing. Die maakte het bijvoorbeeld mogelijk de voedselvoorziening drastisch uit te breiden.

Ook in de strijd tegen de klimaatcrisis, de meest ernstige dreiging in onze tijd, kan en moet innovatie een belangrijke rol spelen, zoals met productiemethoden die de CO2-emissie terugdringen. Maar die noodzakelijke technologische revolutie gedijt niet bij een krimpende economie. Bij groei zal die beter uit de verf komen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer