JBGG 16+-najaarsconferentie: Leg je vinger bij Bijbelse beloften
„Als je een leger engelen om je heen zou hebben, zou je dan nog bang zijn?” Met deze vraag begon ds. A. T. Vergunst vrijdagavond zijn lezing op de 16+- najaarsconferentie van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG).
Op kampeerboerderij Koole in het Zuid-Hollandse plaatsje Noorden waren ruim 45 jongeren bij elkaar om na te denken over het thema ”Geef je over”, aan de hand van de geschiedenis van Jakob bij Pniël uit Genesis 32.
„Bij Bethel heeft God Jakob beloofd dat Hij bij hem zou blijven en hem zou beschermen. De engelen die Jakob op de ladder zag, gingen van beneden naar boven en weer naar beneden. Ze waren dus al op de aarde, bij Jakob. Toch is Jakob bang voor de komst van zijn broer Ezau. Hoe kan dat?” vroeg ds. Vergunst. „Oordeel niet te snel over Jakob. De geschiedenis van zijn worsteling met God bij Pniël staat in de Bijbel om ons iets duidelijk maken.”
Jakob heeft overdag én ’s nachts met God geworsteld, legde ds. Vergunst uit. „Overdag begon Jakob de worsteling, figuurlijk gezien, door zijn eigen plan te trekken. Hij vocht tegen de leiding van God. Want hoewel God beloofd had bij Jakob te zijn en hem zelfs engelen had gegeven, bleef hij bang voor Ezau. Hij stuurde dieren om Ezau gunstig te stemmen en vertrouwde daarmee niet op God.”
’s Nachts begon God de worsteling met Jakob. Ds. Vergunst legde uit hoe uitzonderlijk die was. „Bijna twaalf uur lang hebben God en Jakob intensief geworsteld. In het pikdonker. God had Jakob met één vinger tegen de grond kunnen drukken, maar Hij liet het toe dat Jakob tegen Hem vocht.”
Dit gevecht is het verhaal van Jakobs leven. „Jakob wilde God altijd een handje helpen, in plaats van Hem de leiding te geven.”
Aan het einde van de nacht, als het bijna licht wordt, verandert de worsteling, vertelde de predikant. „Jakob vecht niet meer tégen God, maar hij worstelt nu om Gods zegen. Hij zegt: „Ik zal U niet laten gaan, tenzij dat Gij mij zegent.” Daarin erkent hij God als zijn meerdere. Jakob geeft zich over. Op die plaats wilde God hem hebben.”
Ds. Vergunst gaf de jongeren een indringende les mee. „Vechten tegen God is verlies, maar je onderwerpen aan God is winst. We worstelen allemaal tegen God. Tegen Zijn wil, Zijn kennis, Zijn roeping. We worstelen om Gods leiding in ons leven te aanvaarden. Om onze wil onder die van Hem te zetten. Het liefst heb je het leven zelf in de hand. Maar alleen door overgave aan God kun je de strijd verliezen, en tegelijkertijd winnen. Jakob leeft in ons aller hart. Laat het een troost zijn dat God Jakobs God wil zijn. Van een mens vol ongeloof. Van een bedrieger die worstelt tegen God. Laat dat een bemoediging zijn”, zei ds. Vergunst. „God gaat de strijd met ons aan. Niet om ons te vernietigen”, stelde hij. „Maar om de mensheid terug te winnen. God is een genadig strijder. Hij geeft niet op, omdat Hij geen lust heeft aan onze dood.”
De predikant spoorde de jongeren aan om net als Jakob te pleiten op Gods beloften. „God had Jakob beloofd bij hem te blijven. Nu zegt Jakob: „Ik zal U niet laten gaan, tenzij dat Gij mij zegent.” Dat mag jij ook doen. Je vinger bij Gods beloften leggen.”