Ds. T. C. Guijt: Dienaar zijn is een heerlijke opdracht
Katwijk heeft in de vorige eeuw twee opwekkingen gekend, zegt ds. T. C. Guijt. „Ik hoop dat er spoedig nog een komt. De hand van de Heere is niet verkort.” Maandag stond de hervormde emeritus predikant veertig jaar in het ambt.
De Vuurbaakstraat ligt in het centrum van Katwijk aan Zee, tussen de vuurtoren en de Witte Kerk, vlak bij de zee. Daar woont ds. Guijt in het ouderlijk huis, waarheen hij terugkeerde nadat hij in 2016 met emeritaat ging.
Aan de muur hangen drie beschilderde borden, twee van hervormde kerken waar hij predikant was, en één van de Andreaskerk in zijn woonplaats. Verspreid in de kamer en redelijk onopvallend hangen ook vier vrouwenportretten: drie van zussen van hem en één van zijn moeder.
De laatste was voor hem een identificatiefiguur. Ze vertelde Teunis over vroegere generaties. „God heeft op een bijzondere manier in mijn voorgeslacht gewerkt. Mijn grootmoeder was voorzitter van de vrouwenvereniging. Mensen vanuit allerlei kerkverbanden kwamen bij haar op bezoek. Ze sprak vrijmoedig met hen over wat God aan haar ziel gedaan had.”
Zijn moeder is bepalend geweest voor zijn leven. „Ze leefde de dienst van de Heere voor. Ze hield me toen ik jong was de noodzaak van geloof en bekering voor, maar ook de rijkdom van het leven met de Heere. Ik werd jaloers op het verborgen leven met de Heere, waarin de liefde tot de Heere en tot Zijn dienst centraal stond.”
Opbouwende kritiek
Zijn moeder heeft hem gestimuleerd om predikant te worden en ze trok met hem mee naar alle drie de pastorieën tot aan het einde van haar leven in 2002. „Ook tijdens mijn predikantschap heeft ze veel voor me betekend. Ze was kritisch als ik tijdens de preek dingen niet zei die ik volgens haar wel had moeten zeggen. Achteraf had ze meestal gelijk. Iedere predikant heeft iemand nodig om zich aan te toetsen. Men moet openstaan voor opbouwende kritiek.”
Een tweede identificatiefiguur in zijn leven was ds. G. Boer, die van 1965 tot 1969 predikant in Katwijk was. „Hij had een indringende boodschap, met nadruk op de bekering en een ruim aanbod van genade. Hij legde de tekst goed uit en trok daarvandaan lijnen naar het heden. Iemand van buiten de kerk, die eens naar hem luisterde, noemde hem een vakman.”
Ds. Guijt is dankbaar dat hij ds. Boer meegemaakt heeft. „Onder zijn profetische prediking werd het verlangen in mijn hart gewerkt om predikant te worden. Daarop volgden veel strijd en aanvechting, ook in die zin dat de wereld aan me trok.”
In Lunteren, een van de gemeenten die ds. Guijt diende, had eerder ds. Boer gestaan. „Ze hadden het toen ik er kwam nog vaak over hem. Ds. Boer kwam er in een moeilijke tijd. Hij zorgde voor rust en opbouw van de gemeente.”
Evenals ds. Boer probeert ook ds. Guijt de tekst recht te doen door een grondige exegese. In zijn preken legt hij, zoals de predikant het zelf zegt, „de nadruk op de verlorenheid van de mens, de noodzaak van geloof en bekering en de rijkdom van het aanbod van genade.”
Ds. Guijt werd drie keer bevestigd door ds. K. Exalto, een predikant met wie hij gedurende een groot deel van zijn leven een nauwe band had. De bevestigingstekst van veertig jaar geleden weet hij direct te noemen. Die was 2 Timotheüs 2:15: „Benaarstig u, om uzelven Gode beproefd voor te stellen, een arbeider, die niet beschaamd wordt, die het Woord der waarheid recht snijdt.” Ds. Guijt: „Ds. Exalto zei dat dienaar zijn een heerlijke maar ook een moeilijke opdracht is. Dat is mijn hele leven met me meegegaan.”
Stormen
Een andere tekst die hem bijgebleven is, is van een preek die hij deze zomer in coronatijd hield over de schipbreuk van Paulus. „De tekst was uit Handelingen 27:22, waar staat dat allen behouden zouden worden. De boodschap was dat God Zijn kerk door de stormen van het leven naar het Vaderhuis voert. Ik preekte met overgave en ervoer in het zingen van de gemeente een bijzonder antwoord en eveneens van de organist, die na de dienst speelde: ”Ruwe stormen mogen woeden”.
Ds. Guijt voelt zich bijzonder verbonden met zijn geboorte- en woonplaats. „In het begin van de twintigste eeuw deed zich hier een geestelijke opwekking voor onder ds. G. Bolkestein, die in 1915 naar Katwijk kwam. Daarna kwam er onder ds. W. L. Tukker, die hier vanaf 1959 stond, en ds. G. Boer een nieuwe opwekking in het midden van de vorige eeuw. Gelukkig is er nog veel kerkelijk leven in Katwijk, maar de secularisatie doet er zich sterk gelden. Ik hoop op een nieuwe opwekking. De hand van de Heere is niet verkort en Zijn arm is nog uitgestrekt.”
Ds. T. C. Guijt
Teunis Cornelis Guijt werd op 3 april 1951 geboren in Katwijk aan Zee. Hij studeerde theologie en werd in 1980 predikant van de hervormde gemeente van Hei- en Boeicop. Daarna stond hij in Lunteren (1985) en Giessendam-Neder-Hardinxveld (1994).
In 2016 ging ds. Guijt met emeritaat, waarna hij weer in Katwijk in het ouderlijk huis ging wonen. Sinds het overlijden van zijn zus vorig jaar, voor wie hij mantelzorger was, woont hij er alleen. Hij is niet getrouwd. Ds. Guijt doet pastoraal werk in de hervormde gemeente van Katwijk en is er voorzitter van de mannenvereniging.