Column: Computersoftware helpt theologen
Eerder deze maand deed prof. dr. W. van Vlastuin in het RD verslag van zijn bezoek aan een conferentie in New Haven (VS) over de bekende theoloog Jonathan Edwards. In zijn tweede artikel schreef hij over een onderzoek van Michal Choinski uit Polen, die met behulp van moderne digitale technieken de teksten van Edwards bestudeerde. Het verslag trok mijn aandacht omdat ik toen net een boek uithad over ”digital humanities”, oftewel: digitale geesteswetenschappen. In dat boek werden soortgelijke onderzoeken gepresenteerd, maar dan over teksten uit de literatuur, zoals de werken van Charles Dickens. Ik ontdekte dat er in Utrecht zelfs een Centre for Digital Humanities is.
Er stond in het boek geen enkel voorbeeld uit de theologie, maar al lezend bedacht ik dat je dezelfde technieken ook voor die wetenschappelijke disciplines zou kunnen gebruiken. Die gedachte werd meteen bevestigd door het verslag over het Edwards-onderzoek.
De theologie valt volgens de meeste indelingen onder de geesteswetenschappen. Die houden zich bezig met alles wat de menselijke geest voortbrengt, zoals taal, kunst, geschiedenis, rechten, filosofie, politiek. Voor een christen is theologie maar ten dele een vakgebied dat zich bezighoudt met wat de menselijke geest voortbrengt, want Gods Woord is geen menselijk product. Maar liturgieën en belijdenissen zijn dat weer wel. Het toepassen van digitale technieken is bij andere wetenschappen al langer gewoon. De natuurwetenschappen laten bij experimenten enorme hoeveelheden meetgegevens bewerken door computers. Ook in de sociale wetenschappen worden uitslagen van enquêtes en andere vormen van data met behulp van digitale technieken onderzocht. Er is software die ook interviewteksten aankan en waarmee je allerlei interessante verbanden kunt onderzoeken. Teksten zijn er in de geesteswetenschappen ook volop. Deze wetenschappen onderzoeken nu ook zulke teksten met de computer.
Wellicht roept dit de vraag op: hoe te denken over wat we voor het gemak maar ”digitale theologie” zullen noemen? Misschien zijn er lezers die denken: teksten van Edwards, vooruit, maar de Bijbel fileren met digitale technieken, is dat geoorloofd? Toch liggen ook hier mogelijkheden tot verantwoord gebruik van techniek. Menig predikant zal bij de voorbereiding van preken gebruik maken van bijbelstudiesoftware. Zij zullen daarvoor waarschijnlijk een programma gekocht hebben en sommige van die programma’s zijn best prijzig. Er is ook software die gratis te krijgen is. Het gemakkelijk op internet te vinden programma E-sword is daar een voorbeeld van. Voor leken als ik is dat meer dan voldoende om soms prachtige ontdekkingen in het Woord te doen. Je kunt zoeken op Nederlandse termen, maar ook op nummers die overeenkomen met de woorden in de grondtaal (Hebreeuws en Grieks). Met dat laatste zie je soms dat een woord door een tekst heen steeds terugkeert, terwijl dat in de vertaling niet meer te zien is omdat het steeds iets anders vertaald is.
Natuurlijk zitten er ook gevaren aan het gebruik van software in de theologie. De software slaat een tekst plat tot getallen. Als je niet verder komt dan het opdoen van weetjes over de tekst, kom je geen stap dichter bij de Heere van de tekst. Maar gebruik je de computergegenereerde inzichten, dan is er gerede kans dat de tekst ineens op een nieuwe manier gaat oplichten. Laten we bij alle zorgen rond het gebruik van informatie- en communicatietechnieken niet uit het oog verliezen dat er ook veel is om met dankbaarheid te benutten. De mogelijkheid van misbruik hoeft goed gebruik niet in de weg te staan.
Later zag ik dat Van Vlastuin zelf het onderzoek heeft mee-begeleid van Michael Keller, zoon van de bekende predikant Tim Keller. Hij onderzocht preken van Edwards met software. Keller vond dat Edwards beeldender taal ging gebruiken toen hij voor indianen preekte. Hij paste zich qua taalgebruik aan, een uitkomst die voor Tim Keller van waarde was, omdat hij voor het verwende yuppenpubliek in Manhattan preekt. Een mooi voorbeeld van de waarde van digitale theologie.
De auteur is bijzonder hoogleraar reformatorische wijsbegeerte aan de Technische Universiteit Delft.