Het geloof als geldautomaat
Geloof en je zult gezond, vermogend en gelukkig zijn. Dat is de boodschap van het welvaartsevangelie. En als het tegenzit? Dan heb je niet genoeg geloof. Joyce Meyer, de Amerikaanse tv-predikante die jarenlang dit evangelie verkondigde, spreekt het nu tegen.
In een recente videoboodschap neemt Meyer afstand van de geluksboodschap die ze jarenlang bracht. „Elke keer dat iemand problemen had, was het (volgens haar, WBK) omdat hij niet genoeg geloof had. Als je ziek werd, had je niet genoeg geloof. Als je kind stierf, had je niet genoeg geloof.”
Inmiddels is ze ervan overtuigd dat dit niet juist is. Volgens de immens populaire televisiepredikante –met twee miljoen volgers op Instagram– leert de Bijbel nergens dat gelovigen nooit problemen krijgen. „Het maakt me niet uit hoe groot je geloof is; dat kan niet voorkomen dat je in je leven problemen zult ondervinden. (…) Geloof is iets dat God geeft, dat je nodig hebt en dat je vrij maakt. Geloof is een enorme kracht, maar geen automaat.”
Daarmee breekt Joyce Meyer feitelijk met de kern van het welvaartsevangelie dat ze jarenlang door haar preken, televisieoptredens en ongeveer tachtig boeken heeft verkondigd. En dat haar ook rijk heeft gemaakt. Haar organisatie, Joyce Meyer Ministries, heeft wereldwijd negen kantoren – allemaal gebouwen met allure waar per kantoor tientallen medewerkers een goed betaalde baan hebben.
Recht
Joyce Meyer is een van de boegbeelden van de beweging die zich sterk maakt voor het welvaartsevangelie. Wat dat inhoudt, heeft een werkgroep van het Lausanne Comité voor Wereldevangelisatie ooit omschreven als „de leer dat gelovigen recht hebben op de zegeningen van gezondheid en rijkdom en dat zij deze zegeningen kunnen ontvangen door het positief belijden van hun geloof en door zaad te zaaien in de vorm van het trouw betalen van tienden en giften.”
Predikers van deze boodschap zeggen dat „gelovigen hier op aarde al de hemel kunnen beleven, mits ze oprecht en krachtig geloven”, aldus T. D. Jakes, evangelicaal bisschop van een megakerk in Dallas (Texas). In een van zijn preken zei hij: „Geloof in God zorgt voor een mooie, lieve vrouw, een goede baan, een Mercedes in je garage en vooral voor genezing als je ziek bent. Geloof is de bron van al het goede en schone.”
Joel Osteen, voorganger van de Lakewood Church in Houston –met 52.000 leden de grootste kerkelijke gemeente in Amerika– zegt: „Rijkdom en geluk zijn vruchten van het geloof. Wie arm is, moet daar maar eens goed over nadenken.”
Ongeveer 20 procent van de Amerikaanse evangelicals hangt het aan. Uit diverse onderzoeken blijkt dat deze gedachte vooral aanslaat bij niet-blanken. Uit een onderzoek van Pew Research Institute in 2017 blijkt dat 37 procent van de evangelicals met een Afro-Amerikaanse achtergrond het welvaartsevangelie aanhangen.
Twee vooraanstaande vertegenwoordigers van deze beweging, de predikanten Paula White en Wayne T. Jackson, spraken twee jaar geleden een gebed uit bij de inauguratie van Donald Trump. Zij hebben nog steeds goede contacten met het Witte Huis, waarmee overigens niet is gezegd dat de president zelf het gedachtegoed van deze welvaartsevangelisten omarmt.
De wortels van deze stroming gaan deels terug naar de negentiende eeuw, toen in Amerika de beweging van het positieve denken opkwam. Leidend idee daarvan was dat mensen door een optimistische benadering de werkelijkheid positief kunnen beïnvloeden. Daarnaast had het gedachtegoed van de pinksterbeweging invloed op de stroming, vooral de opvatting dat de bijzondere gaven van de Heilige Geest (genezing, tongentaal) binnen handbereik liggen als men maar krachtig genoeg bidt. Beide elementen sloten aan bij het individualisme en het geloof in de persoonlijke vooruitgang dat veel Amerikanen eigen is.
Explosie
Na de Tweede Wereldoorlog groeide de aanhang van het succesevangelie enorm door evangelisatiecampagnes, Bijbelscholen en tv-prediking. Het optreden van charismatische predikers tijdens tournees en via de media zorgde voor een explosie van de aanhang van het welvaartsevangelie. De grootste groep aanhangers ervan is te vinden in de Zuidelijke Staten van de VS, waar het aandeel niet-blanken groter is dan in de noordelijker staten. In hun doorgaans armoedige omstandigheden biedt de boodschap van ”geloof, dan is succes verzekerd” hun perspectief.
Vanuit de gevestigde protestantse kerken en zeker ook de kring van conservatieve evangelicals is er altijd forse kritiek op de predikers van het welvaartsevangelie geweest. „De weelde waarin de meeste verkondigers van het succesevangelie zich baden, roept weerzin op. De meesten bewonen enorme landhuizen, beschikken over privévakantieverblijven en reizen met hun eigen vliegtuig. Maar belangrijker is dat in hun prediking de boodschap van verlossing van de zonden door het bloed van Jezus Christus totaal ontbreekt. Feitelijk spreken zij alleen maar over het hier en nu. Dat je een Verlosser nodig hebt om de grens van de tijd naar de eeuwigheid over te gaan, daar hoor je ze niet over”, schrijft de ook in Nederland bekende John Piper.
Inzicht
Nieuw is dat de laatste jaren verschillende verkondigers van het welvaartsevangelie zelf tot het inzicht komen dat hun boodschap niet overeenstemt met het Evangelie van de Heere Jezus Zelf. Eerder dan Joyce Meyer verklaarde Benny Hinn al dat hij te ver was gegaan met zijn prediking dat welvaart en geluk alles te maken hebben met de mate van het geloof.
Hinn –geboren in Israël maar vooral actief in Amerika– maakte van tijd tot tijd ”wonderkruistochten”, die opzien baarden omdat er tijdens die reizen spectaculaire genezingen plaatsvonden. Vorig jaar verklaarde hij tot het inzicht te zijn gekomen dat de Bijbel het niet heeft over dure auto’s, privévliegtuigen en luxe villa’s. „De God van de Bijbel belooft Zijn kinderen niet dat ze een superluxe leven hebben. Hij heeft alleen gezegd dat ze geen gebrek zullen lijden.”
Een jaar eerder was zijn neef, Costin Hinn, tot het inzicht gekomen dat zijn oom een vals evangelie bracht. De vrouw van deze jonge prediker wees hem op 1 Korinthe 12, waar Paulus de retorische vraag stelt of alle gelovigen bijzondere gaven zullen bezitten. Daardoor ging hij twijfelen aan de wonderkruistochten van zijn oom. Nog weer later zag hij dat de kern van het Evangelie ontbrak in de prediking van zijn oom.
Costin Hinn, predikant in een kleine plaats in de staat Californië, zegt: „Met het welvaartsevangelie worden duizenden mensen misleid. Er wordt veel geld uit hun zak geklopt. Het verhaal is immers dat ze veel moeten geven – dan zal het wel goed komen met hun leven. Zo komen talloze mensen in de ellende terecht; vaak lieden die het toch al moeilijk hebben.”
Als tegenwicht tegen het welvaartsevangelie hebben conservatieve evangelicals vorig jaar de documentaire ”American Gospel: Christ alone” uitgebracht. Daarin wordt stelling genomen tegen de succesboodschap. De centrale gedachte is: het Evangelie van Jezus Christus heeft niets van doen met „de mix van het christelijk geloof en de Amerikaanse droom.” De enorme weelde van de welvaartspredikers wordt uitgebreid aan de kaak gesteld. „Zij misbruiken de goedgelovigheid van hun volgelingen om zelf een uiterst comfortabel leven te leiden.”
Uitmelken
Schrijnend is om te zien hoe de predikers arme gelovigen (financieel) uitmelken en ze dan aan hun lot overlaten. „Ze noemen zich verkondigers van een goede boodschap, maar ze trekken een spoor van vernieling door de samenleving. Het is niet anders dan satanswerk”, zeggen de makers in een persboodschap.
In de documentaire wordt niet alleen krachtig gewaarschuwd tegen het welvaartsevangelie, maar orthodoxe theologen als Michael Horton en Matt Chandler leggen ook uit waar het Bijbels Evangelie wel voor staat. „Vooral jongeren willen we laten zien dat er een veel betere weg is dan het verleidelijke succesevangelie”, zeggen de initiatiefnemers.
John Piper over het welvaartsevangelie
De evangelicale theoloog John Piper publiceerde anderhalf jaar geleden een kort memo waarin hij vijf bezwaren tegen het welvaartsevangelie besprak. Een verkorte weergave:
Het vestigt de aandacht op de gaven van God, maar heeft geen aandacht voor de Gever Zelf. Terwijl de Bijbel leert dat de gelovige zich eerst en vooral verheugt in zijn God en pas daarna in de gaven die hij van Hem ontvangt. Het succesevangelie zingt niet zoals Asaf: „Wien heb ik nevens U in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde. Bezwijkt mijn vlees en mijn hart, zo is God de Rotssteen mijns harten en mijn Deel in eeuwigheid” (Psalm 73:25 en 26).
Het welvaartsevangelie weet niet van kruisdragen in het leven van de gelovige. Petrus leert niet dat een christen van het ene succes naar het andere gaat. Nee, hij zegt: „Want hiertoe zijt gij geroepen, dewijl ook Christus voor ons geleden heeft, ons een voorbeeld nalatende, opdat gij Zijn voetstappen zoudt navolgen.” Christus gaf een voorbeeld hoe Zijn volgelingen het kruis van moeiten, zorgen en verdriet moeten dragen.
Paulus schrijft niet dat rijkdom en eer voor hem het grootste geluk zijn. Hij heeft dat alles om Christus’ wil „schade en drek” leren achten. Zijn vreugde is het werk voor Christus te mogen doen. „Maar ik acht op geen ding, noch houd mijn leven dierbaar voor mijzelven, opdat ik mijn loop met blijdschap moge volbrengen, en den dienst, welken ik van den Heere Jezus ontvangen heb, om te betuigen het Evangelie der genade Gods” (Handelingen 20:24).
Genade overstijgt aardse rijkdom. Paulus noemt in zijn brieven de gelovigen in Macedonië als voorbeeld. „Voorts maken wij u bekend, broeders, de genade Gods die in de gemeenten van Macedónië gegeven is; dat in veel beproeving der verdrukking de overvloed hunner blijdschap en hun zeer diepe armoede overvloedig geweest is tot den rijkdom hunner goeddadigheid” (2 Korinthe 8:1 en 2).
Ten slotte weet het welvaartevangelie absoluut geen raad met hetgeen Paulus schrijft aan de gemeente van Filipppi: „Volgens mijn ernstige verwachting en hoop, dat ik in geen zaak zal beschaamd worden, maar dat in alle vrijmoedigheid, gelijk allen tijd, alzo ook nu, Christus zal grootgemaakt worden in mijn lichaam, hetzij door het leven, hetzij door den dood. Want het leven is mij Christus, en het sterven is mij gewin” (Filippenzen 1:20 en 21). Dat sterven winst kan opleveren, hebben de predikers van het welvaartsevangelie niet begrepen.