Taalrubriek: Boter aan de galg
„Ik heb hem nog zo gewaarschuwd, maar het was boter aan de galg”, kun je iemand horen zeggen. Hiermee bedoelt hij dat hij tevergeefs zo veel moeite heeft gedaan. Wat hij ook probeerde, het haalde niets uit. Boter en een galg: het doet denken aan een galgenmaal, maar verder is het op het oog een onlogische combinatie. Waar komt deze uitdrukking vandaan?
F. A. Stoett (1863-1936) schrijft erover in zijn boek Nederlandse spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925). Hij denkt dat men er niets anders mee heeft willen uitdrukken dan ”al strijkt men daar aan noch zo veel boter, zy is en blijft een galg”. Wanneer je boter, iets fijns en iets lekkers, aan een galg smeert, is dat pure verspilling. Het verandert niets aan de galg, die blijft gruwelijk, dus je verspilt alleen je boter.
Stoett noemt hierbij ook het Middelnederlandse gezegde ”Den wech der hellen mit honich besmeren”. Ook al smeer je de weg naar de hel in met heerlijke honing, hij voert alsnog naar die verschrikkelijke plek. Dus ook die moeite kun je je beter besparen.
Professor Jozef Vercoullie was Werkend Lid der Koninklijke Vlaamsche Academie en schreef in een artikel met de titel ”Etymologisch kleingoed” dat de uitdrukking aanvankelijk anders luidde. De oorspronkelijke versie zou zijn: „’t Is boter tegen de galg”, wat je op kunt vatten als ”een drankje tegen het hoesten”. Het gaat hier echter niet om een drankje, maar om een zalfje dat van boter gemaakt is. Helaas kan een zalfje de gevolgen van een terechtstelling aan de galg niet genezen. Wie opgehangen was, was dood, dus het smeren van een zalfje hielp dan niet meer.
Volgens Vercoullie werd deze herkomst later niet meer begrepen. Daardoor ontstond de variant waarbij boter aan de galg wordt gesmeerd.
Het Woordenboek der Nederlandsche taal komt met andere verklaringen. Een daarvan is dat er met de galg een voorwerp wordt bedoeld dat men gebruikte om boter mee te karnen. Maar hoe is de uitdrukking ”boter aan de galg smeren” dan ontstaan? Daar heeft het WNT geen antwoord op.
In een tweede verklaring noemen de schrijvers van het WNT de aanverwante uitdrukking ”Hij ziet eruit alsof hij van de galg gedropen is”. Dit betekent zoiets als: de desbetreffende persoon ziet er slecht uit, als een misdadiger.
Mogelijk betekende het gezegde oorspronkelijk dat boter door de veroordeelde gebruikt werd om van de galg af te glijden. Hoewel het plan vernuftig was, werkte het niet. Jammer van de boter.
Tweewekelijkse rubriek waarin de achtergrond van bekende en minder bekende uitdrukkingen wordt onderzocht.