Geestelijke betekenis
Exodus 17:5
„Toen zeide de Heere tot Mozes: Ga heen voor het aangezicht des volks en neem met u uit de oudsten van Israël; en neem uw staf in uw hand, waarmee gij de rivier sloegt, en ga heen.”
Uit deze woorden leren wij dat de rotssteen waarop Mozes sloeg een geestelijke betekenis heeft en Christus heeft voorgesteld. Ook het water dat uit de rotssteen vloeide, heeft een geestelijke betekenis, waarom het een geestelijke drank wordt genoemd. Dat is een drank die iets geestelijks verbeeldt en afgeschaduwd heeft. Hierom wordt onze Zaligmaker hier en daar in het Oude Testament reeds een Rotssteen genoemd, wanneer Hij als een Beschermer en Verlosser van Zijn volk beschreven wordt. Mozes zegt in Deuteronomium 32:3b en 4a: „Geeft onze God grootheid, Hij is de Rotssteen.” Als we aanmerken dat hij in dit hele lied van Christus spreekt en van Zijn heerlijkheid zingt, zo zien we gemakkelijk dat ook dit spreken op Christus moet toegepast worden. Nog duidelijker wordt er in het 15e vers gezegd: „Als nu Jeschurun vet werd, zo sloeg hij achteruit; en hij liet God varen Die hem gemaakt heeft, en versmaadde de Rotssteen van zijn heil.” En in het 18e vers: „De Rotssteen, Die u gegenereerd heeft, hebt gij vergeten; en gij hebt in vergetelheid gesteld de God, Die u gebaard heeft.” Daarop ziet Jesaja terug in hoofdstuk 26:4b: „In de Heere Heere is een eeuwige Rotssteen.”
Een rotssteen is iets wat hard, duurzaam en onbeweeglijk is, waarbij zij die er hun toevlucht toe nemen, veiligheid vinden. Maar anderen, die er met het hoofd tegenaan lopen, bezeren zichzelf.
Johann Jakob Rambach, theoloog in Giessen (”Voorbeeld en tegenbeeld”, 1763)