Buitenland

Bidden voor ayatollah Khamenei? „Moeilijk”

„Dood aan de dictator”, scandeerden demonstrerende Iraniërs woensdag op de Dam. De christelijke Bahereh was erbij, maar zweeg. „Ik wil van Khamenei af, maar deze leus gaat te ver.”

5 January 2018 11:52Gewijzigd op 16 November 2020 12:20
V.l.n.r. Afshin, Bahereh, Mehdi, Masoud en zijn vrouw. De Iraanse christenen putten uit Jeremia 49 hoop voor hun geboorteland. beeld Bram van de Biezen
V.l.n.r. Afshin, Bahereh, Mehdi, Masoud en zijn vrouw. De Iraanse christenen putten uit Jeremia 49 hoop voor hun geboorteland. beeld Bram van de Biezen

Kun je morgenavond naar Harderwijk komen? vroeg Masoud, voorganger van de Perzische Koreskerk in Apeldoorn woensdag in antwoord op een interviewverzoek. „Dan neem ik enkele landgenoten mee.” Het resulteerde donderdagavond bij Christengemeente Sefanja in een boeiend gesprek over de demonstraties in Iran.

Aanwezig zijn Afshin en zijn vrouw uit Woudenberg, Bahereh uit Groningen, Mehdi uit Gouda en natuurlijk Masoud. De laatste heeft zijn Nederlandse vrouw meegebracht. Zij vertaalt waar nodig uit het Farsi. De vrouw van Afshin wil niet op de foto. „Veiligheid.” Voordat het interview begint, bidden de Iraniërs met elkaar.

„Wij zijn allemaal opgegroeid in oorlog en stress”, zegt Afshin. „Nadat in 1979 Khomeini de macht greep, kwamen al snel de problemen voor het Iraanse volk.” Masoud ziet dit als het begin van de eindtijd. „Kort daarna ontstonden in landen in de regio vergelijkbare moeilijkheden.”

Allen sommen moeiteloos voorbeelden op uit hun eigen leven. Afshin liep eens in een T-shirt over straat. „Ineens bleken de bebaarde mannen achter mij van de geheime politie te zijn. Ze verfden mijn armen groen om- dat ik korte mouwen had.”

Zijn vrouw, die als journaliste heeft gewerkt, vertelt over haar studietijd. „Mannen en vrouwen kregen gescheiden onderwijs. Als je met elkaar sprak, werd je zo van de universiteit gestuurd.”

In het handelen van de politie blijkt enorme willekeur en tegenstrijdigheid. In winkelcentra is plaats voor cosmeticazaken (omdat het belasting oplevert). Maar o wee als een vrouw met gelakte nagels de straat op gaat.

Dergelijke pesterijen zijn nog wel te verdragen. Maar dat geldt niet voor wat Afshin meemaakte. „Ik ben christen geworden. Degene die mij heeft gedoopt, werd opgepakt. De politie belde mij om te zeggen dat ik gearresteerd zou worden, waarop ik mij meldde. Naar de cel hoefde ik niet. In plaats daarvan kreeg ik te horen: „Jij hebt toch een kleine zoon? Hoe is het met hem?” Heel intimiderend. Ik begon over mijn hele lijf te trillen.”

Allen zijn min of meer gevlucht omdat ze christen zijn geworden. Maar de lange arm van Teheran reikt tot in Nederland. Masoud: „In mijn kerk komen spionnen van het regime. Ze proberen mensen die nog maar pas christen zijn geworden te verleiden en verdeeldheid te zaaien. Hoe ik dat weet? Ze vallen door de mand, bijvoorbeeld doordat ze zichzelf verspreken. Iemand die zich voordoet als Groninger, ontmasker jij toch ook door zijn dialect?”

Afshin: „We maakten mee dat een Iraniër die bij ons kwam zich uitgaf als journalist van CNN Amerika. Een andere Iraniër zei dat hij vijf jaar in een Iraanse cel had gezeten. Achteraf bleek dit niet te kloppen.” Masoud: „Vanuit Iran herken ik de werkwijze van de geheime dienst. Maar aangifte doen levert niets op. Het is vaak ook niet te bewijzen.”

Regelmatig tonen Bahereh en de vrouw van Afshin filmpjes van de demonstraties. Allen zijn het Iraanse regime liever vandaag nog kwijt dan morgen. Maar dood aan de dictator? Bahereh was woensdag bij een demonstratie van Iraniërs op de Dam. Toen deze kreet klonk, voelde ze zich ongemakkelijk. „Ik wil van Khamenei af, maar deze leus gaat te ver. Nadat ik christen was geworden, duurde het nog zes jaar voordat ik zoiets niet meer zei. Dergelijke leuzen moest ik als kind elke dag op school roepen. Toen waren Amerika, Israël en allen die anders dachten dan Khamenei de vijand.”

Bidden ze ook voor het hun vijandige regime? Dat is moeilijk, vindt Bahereh. Masoud: „Ik doe het wel samen met mijn vrouw. Maar niet als we via Skype een kerkdienst hebben en Iraniërs in allerlei landen meeluisteren. Voor mensen uit onze cultuur die geen of nog maar pas christen zijn, vergt dat te veel uitleg. Al snel zullen ze denken dat je op de hand van de regering bent.”

Mehdi laat het minst van zich horen. Maar telkens als het over de Koreskerk en Iraanse christenen gaat, veert hij op. Hij leest de profetie over Elam (Iran) uit Jeremia 49 voor. Mehdi legt uit dat dit gedeelte de hoop is van Iraanse christenen. God gaat het voor het zeggen krijgen in Iran. Iraniërs in de diaspora zullen hun landgenoten het Evangelie brengen – alle aanwezigen doen dat via Telegram en Facebook. „Amen”, zeggen allen.

Masoud ziet deze belofte in vervulling gaan. „Het aantal Iraniërs dat christen is geworden, stijgt explosief. Schattingen lopen op tot wel 3,5 miljoen.”

Mehdi: „Laten we afsluiten met gebed.” Masoud: „Vraag ook aan uw lezers of ze voor het Iraanse volk willen bidden.” Afshin: „Juist nu. In deze dagen, waarin Iraniërs het slechtste van de islam zien, zijn ze ontvankelijk voor het Evangelie.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer