Catharinakerk Doetinchem kort voor Bevrijding platgebombardeerd
Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog werd de Catharinakerk in Doetinchem door een bombardement compleet verwoest. Het was een vergissing. Een speciale plek in de kerk houdt de herinnering aan deze gebeurtenis levend.
De haan boven op de 58 meter hoge toren van de Catharinakerk glinstert in het licht van de voorjaarszon. Dat doet de haan in de kerk niet. Tijdens het bombardement van 21 maart 1945 tuimelde die naar beneden. Hij kreeg een ereplaats in de kerk, samen met andere herinneringen aan het bombardement.
Op een bord aan de muur vlak bij de haan zijn zes foto’s bevestigd die de schade van drie bombardementen –op 19, 21 en 23 maart 1945– laten zien. „Heel de binnenstad van Doetinchem lag in puin, 130 mensen vonden de dood. Van de Catharinakerk restten alleen nog maar een paar muren en een enkele pilaar”, zegt Jan Kuiperij, vrijwillige koster van de kerk.
Hij vertelt dat het bombardement op de binnenstad werd uitgevoerd door de geallieerden en zeer waarschijnlijk een gevolg was van een vergissing. Vanwege slecht zicht en een verkeerde oriëntatie lieten de bommenwerpers hun last niet vallen boven de iets zuidoostelijker gelegen Duitse stad Isselburg, maar boven de Achterhoekse stad, die daardoor zijn historische centrum verloor.
Iets verderop hangt een afbeelding van een vijftiental militairen te midden van puin voor een muur met hoge ramen. „Het is een reproductie van een schilderij, gemaakt door G. Meijerink, van Canadese militairen onder leiding van kolonel Wilson. Die stonden in de ruïne van de Catharinakerk, net na het bombardement. Het schilderij is gemaakt op basis van een toen gemaakte foto”, zegt Kuiperij.
Historische herbouw
Na de oorlog werd erover gedubd of de kerk in historische stijl opgebouwd zou worden of niet. Uiteindelijk werd besloten tot historische herbouw. In 1950 was de restauratie voltooid, maar een toren was er nog niet. Die kwam er pas in 1963, toen er meer geld beschikbaar was. De nieuwe toren kwam niet op, maar naast de kerk. Voor de buitenkant werden zo veel mogelijk oude stenen gebruikt. De toren kreeg een nieuwe haan die 1,30 meter hoog is en 50 kilogram weegt.
Kuiperij wijst naar oude graven onder een glasplaat. Ze liggen schots en scheef en vertonen scheuren en barsten. „Ze zijn beschadigd door het vallende puin van de toren. Op initiatief van Theo Rougoor, schrijver van een boek over de kerk, worden ze zo getoond. Ze vormen een tastbare illustratie van het bombardement.”
Hij wijst naar een luidklokje aan de muur. „Dat is de voorluidklok, die boven in de kerk hing. Het klokje werd geluid voorafgaand aan het luiden van de torenklok, zodat de mensen wisten dat de klok zou gaan slaan en ze het aantal slagen konden meetellen. Dat klokje is na het bombardement door iemand meegenomen. Het belandde op de zolder van het stadsmuseum.”
De kerk kreeg het achttiende-eeuwse klokje later in bruikleen. Het klokje heet Jan. Het opschrift luidt: ”Jan ben ic ghegoten int jaar MDLII.”
Oorlogsindustrie
Een andere luidklok die gered werd, is niet in de kerk te vinden. In 1942 haalden de Duitsers overal luidklokken uit de kerken, omdat ze die nodig hadden voor de oorlogsindustrie. De Doetinchemse burgemeester wist hen ervan te overtuigen dat de grote klok, de Van Wouklok, bijzondere historische waarde had. De klok bleef, liep tijdens het bombardement een scheur op en werd na de oorlog in de hal van de kerk gezet.
Na een restauratie kreeg de klok een ereplaats bij het stadhuis. Daar luidt hij sinds enkele jaren op 19, 21 en 23 maart, ter herinnering aan het bombardement.
Ook een plaats voor culturele activiteiten
De Catharinakerk is in gebruik bij de protestantse gemeente Doetinchem. Behalve in deze kerk belegt de gemeente zondagse erediensten in De Wingerd en in Slangenburg.
Het kerkgebouw heeft een stiltecentrum, waar bezoekers dagelijks –behalve op zondag– welkom zijn. De kerk is in het bezit van een monumentaal Flentroporgel, dat ook wordt gebruikt voor concerten.
De kerk heeft een multifunctioneel karakter. Stichting Catharina Cultureel, die zich inzet voor de instandhouding en de exploitatie van de kerk, organiseert doordeweeks activiteiten en verhuurt de kerk aan derden.
Een van die activiteiten is de dodenherdenking op 4 mei. In de kerk worden de toespraken gehouden. Daarna volgt er een stille tocht vanuit de kerk naar het oorlogsmonument in het Mark Tennantplantsoen.