Column (Wim van Egdom): Ja, ik ga het allemaal anders doen, straks
Het lekkerste van het verblijf in een hotel? Dat is voor mij toch het ontbijt. Dat klinkt misschien gek omdat het maar zo’n klein onderdeel is van de vakantie, maar het is wel zo. Het is fantastisch om in de ochtenden zo uit je kamer naar een zaal te kunnen lopen waar de tafel is gedekt en de geur van warme croissantjes en verse koffie je neusgaten prikkelt. Je hoeft niets klaar te maken, het is er allemaal al. Bolletjes, gebakken eitjes, roerei, verse koffie, geperst sinaasappelsap, warme croissantjes. Thuis beperken veel van mijn ontbijten zich tot enkele koppen sterke koffie. Want die brandstof heb ik altijd wel nodig om op gang te komen.
Maar een eitje bakken op de ochtend waarop je toch weer hard moet rennen om op tijd op het werk te komen? Ik moet er niet aan denken. De idee maakt me al bijna misselijk.
Hoe het komt dat een thuisontbijt zo totaal anders is als een hotelontbijt? Ik zou het eerlijk niet weten. Juist omdat ik mezelf in vakanties, genietend van het ontbijt, altijd vast voorneem om de goede ontbijttraditie thuis voort te zetten. Want een ei bakken is natuurlijk niet zo moeilijk. En vers geperste sinaasappelsap kun je in iedere supermarkt kopen.
Voeg daarbij het dringende advies van voedseldeskundigen dat je ’s ochtends echt stevig moet ontbijten, zeker als je graag wat zou afvallen, en de noodzaak lijkt me duidelijk.
Ja, ik ga het allemaal anders doen, straks, denk ik als ik m’n kopje nog eens volschenk met koffie en het zoveelste bolletje besmeer met roomboter terwijl de zonnestralen over de vakantieontbijttafel dartelen. Want die bolletjes doe je dan eerst eventjes in de oven en roerei maken is natuurlijk maar een fluitje van een cent. En die worstjes hoef ik toch niet op m’n nuchtere maag. De pannenkoeken met stroop of pasta evenmin. Maar een warm croissantje gaat er natuurlijk ook in weken dat er gewerkt moet worden best in.
Thuis houd ik de goede voornemens een klein weekje vol. Maar dan kom ik er op een grijze ochtend ineens achter dat er geen eieren meer zijn. En de dag erop blijken de bolletjes toch echt te oud. En croissantjes? Die liggen vast in de winkel, maar ik moet er niet aan denken om die nu te moeten gaan halen.
Dus rest er niets anders dan een sterke kop koffie. En nog één en nog één…
En de vakantie? Die lijkt inmiddels zo lang geleden dat zelfs de herinnering is vervaagd. Om over die gedekte ontbijttafel maar niet te spreken.