Ds. G. de Fijter: Met verdeeldheid onder christenen verspilt de kerk de komende generatie
Met de verdeeldheid onder christenen verspilt de kerk de komende generatie, aldus ds. G. de Fijter. „De tijd is voorbij dat we elkaar aan het uitzuiveren zijn.”
In Dordrecht wordt zaterdag de derde nationale synode gehouden. Een duidelijke knipoog naar de befaamde Synode van Dordrecht uit 1618-1619. „Dat was een synode die de eenheid zocht in de politieke en kerkelijke verwarring van het zich ontwikkelende Nederland”, stelt ds. De Fijter.
Vanwege de nood der tijden zoekt ook de stuurgroep de eenheid van christenen en hoopt hij dat er geen mensen afhaken. „Sinds de eerste synode in 2010 is er voortdurend gewerkt aan eenheid van en verstandhouding tussen protestantse kerken, met als doel dat –als wij er niet meer zijn– ook de komende generatie Christus zal kennen.”
Geloofsgesprekken
In 2011 werd in goed overleg met de stuurgroep Nationale Synode het Nederlands Christelijk Forum (NCF) opgericht om de geloofsgesprekken onder kerkleiders te stimuleren. In 2013 volgde een verdieping door de notitie ”Is Christus gedeeld” van prof. dr. A. van de Beek, waarin hij betoogt dat eenheid op veel meer moet neerkomen dan enkel een organisatorische aanpak. Om ook de vele migrantenkerken en de evangelische en pinkstergemeenten te kunnen bereiken, werd de stuurgroep met vertegenwoordigers van deze kerken uitgebreid.
Tijdens de tweede nationale synode in 2013 kwamen meer dan 700 christenen uit ruim 35 kerkgenootschappen bijeen. In 2014 werd er nagedacht over een ”verbond van kerken”. Het plan hiervoor werd aangeboden aan een breed scala van kerken en geloofsgemeenschappen. In 2015 volgde de oprichting van de Stichting Geloofsgesprekken om gesprekken over geloof in plaatselijke gemeenten te stimuleren. In datzelfde jaar ging naar alle kerken een brief uit met de oproep een verbond te sluiten. Dit jaar is in besloten kring daarover met de kerkleiders gesproken.
Droom
Op de komende nationale synode wordt dat plan van ”een federatief verbond van protestantse kerken en geloofsgemeenschappen” gepresenteerd, „aan ieder die het maar horen wil”, om de doelgroep zo breed mogelijk te maken. Uiteindelijk, zo is de droom van ds. De Fijter, moet dit alles uitmonden in de totstandkoming van een ”Protestantse Katholieke Kerk in Nederland”. „Maar dat zal pas ná 2018/2019 kunnen, na de herdenking van 400 jaar Synode van Dordt. Want eerst gaat het om het verbond van kerken.”
Is dat niet erg hoog gegrepen? Hoe stelt u zich deze kerk voor?
„Het zijn kerken die samenkomen in één Protestantse Kerk en die náást de Rooms-Katholieke Kerk bestaat. We praten nu niet over de relatie met de Rooms-Katholieke Kerk. We noemen ons Protestants Forum. Het gaat ons om samenwerking en eenheid tussen protestantse kerken zoals die zijn ontstaan uit de Reformatie. Deze kerken zijn nu zwaar versnipperd. Er zijn komende zaterdag wel katholieke waarnemers, zoals bisschop De Korte. Die was er de laatste keer ook bij. In het verbond dat wij voorstellen, kan elke kerk zichzelf blijven. Het idee heeft dan ook niets te maken met een organisatorische federatie of fusie. De basis ligt in het vertrouwen dat je in elkaar hebt en de ruimte die je in zo’n verbond aan elkaar geeft. Daarbij zijn we aanspreekbaar op de belijdenis van Nicea-Constantinopel. De Credotekst van 2009 is geen belijdenis, maar wel een tekst waarin je elkaar als kerken van de Reformatie herkent.”
Wat voor de een genoeg is, is voor de ander te vaag. Er wordt zelfs gesproken van een „bleke Christus.”
„Als je spreekt over een bleke Christus, dan moet je de tekst wel slecht gelezen hebben. We geloven dat de kerk in al haar diversiteit het lichaam van Christus is. Paulus spreekt in zijn brief aan Korinthe over de leden die het minste geacht worden, maar die er toch helemaal bij horen. We willen niet alleen een eenheid van gereformeerde belijders. De eenheid moet breder om elkaar tot zegen te kunnen zijn. Als Christus Zelf bidt voor de eenheid, wat is er dan teerder dan Zijn gebed? Als ik recent lees dat ds. A. A. Egas oproept tot een gezamenlijke bidstond van reformatorische kerken, dan heb ik de neiging te zeggen: doe dat na afloop van de nationale synode en laten we dat dan samen doen.”
Maar diezelfde ds. Egas wees tijdens de laatste synode van de CGK de nationale synode af omdat de remonstranten ook meedoen…
„Ik ben ook zelf niet gelukkig met de reclamespotjes van de remonstranten. Maar als zij spreken over de levende God, Vader, Zoon en Heilige Geest, hoe zij dat ook interpreteren, heb ik niet de vrijmoedigheid om ze af te schrijven. Dat deden we ook nooit met de vrijzinnigen in de vroegere Nederlandse Hervormde Kerk. Daar scherpten we elkaar in het theologische gesprek. Ik zou die vrijzinnige mensen niet graag verliezen. Ik zou het geweldig vinden dat mensen op de een of andere wijze van Christus horen. De tijd is voorbij dat we elkaar uit kunnen zuiveren. In mijn kerk ben ik altijd teruggevallen op het Woord, Schrift en belijdenis. Het is prima als je een credo wilt aanscherpen met bijvoorbeeld de Drie Formulieren van Enigheid, dus met de verwerping van de remonstranten, maar dan red je het niet om een gezamenlijk forum van protestanten te krijgen.”
Menigeen denkt wellicht: Het is allemaal goedbedoeld, maar ds. De Fijter werkt aan iets wat volkomen onrealiseerbaar is.
„Wat als we niet meer hopen en verwachten? Dan hebben we helemaal geen toekomst meer. Het wordt zo gemakkelijk gezegd dat we als kerken in Nederland schouder aan schouder moeten staan, maar doen we dat werkelijk? In niet-kerkelijke verbanden is er volop samenwerking. Ik heb jaren in het kerkelijk overleg met de overheid opgetrokken met vertegenwoordigers van alle kleinere reformatorische kerken. Daar viel wat voor hen te halen, met betrekking tot de politieke belangen van de kerk. We werken ook volop samen op het gebied van onderwijs en maatschappelijk werk. Waarom dan niet met de kerken schouder aan schouder?”
Wat zou uw antwoord zijn op die vraag? Komt het dan wellicht te dichtbij?
„Ik denk dat kerken bang zijn om de eigen kerkelijke structuren en de eigen identiteit los te laten. Deze identiteitskenmerken hebben meer invloed dan wij voor waar willen houden. Ik wil niet zeggen dat het om machtsposities gaat, maar als we de gereformeerde geloofstraditie niet inbrengen in de werkelijke ontmoeting met de ander, raken we ons erfgoed kwijt of wordt dat in een museum bijgezet.”
Is de neiging niet om zich maar bij de verdeeldheid neer te leggen?
„Maar dat is juist iets wat niet te accepteren valt. Ik ben blij met wat wel de oecumene van het hart wordt genoemd. Mensen zijn enthousiast over wat er mogelijk is tijdens vakantiediensten of een gezamenlijke activiteit in een verzorgingstehuis. Zeker bij het ouder worden komt de fundamentele vraag op: wat is uw enige troost? Dan vallen kerkmuren weg en gaat het om de eigenlijke dingen. De oecumene van het hart is echter niet genoeg. Er moet iets gedaan worden aan de repeterende breuk, die een aanklacht is tegen de kerk als het lichaam van Christus.”
De nationale synode wijst institutionele eenwording af. Hoe moet eenheid dan gestalte krijgen?
„We verwachten het niet alleen van de landelijke organen, maar primair van het grondvlak, bij plaatselijke gemeenschappen. Daar willen wij ook het geloofsgesprek stimuleren. We zijn een aantal jaren geleden begonnen met twee vragen voor dit geloofsgesprek: Hoe ben je tot het geloof gekomen? en: Wat betekent dat voor jou? Het was verrassend en ontroerend om te zien welke reacties er loskwamen. Het grondvlak is de verdeeldheid van christenen beu.”
Greep in geloof
De leden van de stuurgroep hebben in geloof een greep gedaan om te komen tot een verbond van kerken, aldus ds. De Fijter. „Bij de vierhonderdste verjaardag van de Dordtse Synode maakt de nationale synode zich weer overbodig. We heffen ons dan op en hopen dat de kerken de gedachten van een verbond overnemen. Wij geloven dat het de Geest is Die mensen bij elkaar brengt. We moeten niet meer een proces zoals Samen op Weg hebben, dat rond de veertig jaar heeft geduurd. Dat eindeloos geknutsel is niet meer van deze tijd. Bovendien, jongeren binden zich nauwelijks nog aan instituten. Ik hoop en bid dat onder de generaties na ons, bij mijn kinderen en klein- en achterkleinkinderen, er nog een volk is dat de Heere kent. In de allerbeste gezinnen zie je tegenwoordig dat kinderen zeggen: Goed moeder dat je gelooft, dat moet je vooral ook blijven doen, maar ik ga mijn eigen weg. De kerkelijke verdeeldheid is iets waar we onze toekomende generaties mee verspillen.”
Ds. G. de Fijter
Ds. G. (Gerrit) de Fijter (Andel, 20 augustus 1945) studeerde theologie aan de Rijksuniversiteit in Utrecht, waar hij naast de pastoraal-psychologische leergang ook de lerarenopleiding volgde. Na zijn vicariaat bij ds. C. A. Korevaar te Rotterdam werd hij parttimepredikant te Sebaldeburen (Groningen). Vervolgens diende hij de gecombineerde gemeenten Siddeburen-Wagenborgen-Tjuchem en Steendam. Later volgden gemeenten in Vriezenveen (1993) en Kampen (1999). Ds. De Fijter nam in 2003 zitting in het moderamen van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Van 2007 tot 2009 was hij preses. Vanuit deze functie was ds. De Fijter de initiator van de nationale synode. Na zijn emeritaat bleef ds. De Fijter in Kampen wonen. Hij is als pastor verbonden aan het verzorgings- en verpleeghuis De Amandelboom. In die periode vroeg de landelijke kerk hem voor het maken van de opzet voor een nieuw te bouwen F. D. Roosevelthuis, in combinatie met het seminarium van de kerk op Nieuw Hydepark in Doorn. Momenteel is hij lid van het bestuur van de Stichting Kerkelijke Goederen en Administraties te Amersfoort en lid van de ledenraad van het Nederlands Bijbelgenootschap. Ds. De Fijter is gehuwd en vader van zes kinderen.