Prof. Kennedy bij jaaropening TU Kampen: Ook student-zijn is een roeping
Studenten hebben een roeping: om zich niet alleen te verdiepen in hun eigen vakgebied, maar in een breed aantal onderwerpen, „en het daarmee gepaard gaande inzicht dat een universitaire opleiding niet in de eerste plaats een voorbereiding is op een carrière.”
Historicus prof. dr. J. C. Kennedy zei dit maandag bij de opening van het academisch jaar van de Theologische Universiteit Kampen (TUK) van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, in zijn rede ”Theologie als vormingswerk.”
Kennedy, dean (leidinggevende) van het Utrecht University College, ging in op drie actuele thema’s rond het doel van onderwijs die zich concentreren rond het begrip vorming. Hij beschreef in de eerste plaats de toegenomen aandacht voor het begrip Bildung, ten tweede het belang van een brede academische vorming, die ten slotte plaatsheeft binnen een gemeenschap waarin er aandacht is voor academische vriendschappen.
Roeping
Onderwijs wordt volgens Kennedy steeds minder gevolgd vanwege een hoogstaande motivatie, maar soms puur vanwege het zicht op een goede baan met een bijbehorend salaris. Het besef van roeping –en dat hoeft nog niet eens een geestelijk karakter te hebben– verschuift naar de achtergrond.
„In het algemeen kunnen we stellen dat lange tijd de notie zegevierde dat dé roeping voor studenten van een theologische universiteit in dienst van de kerken is om dominee, of misschien zendeling te worden”, aldus de hoogleraar. Als er van zo’n roeping geen sprake is, voelt de gemiddelde Nederlandse student zich volgens Kennedy wellicht persoonlijk geroepen om een taak op zich te nemen. Maar een roeping tot bijdragen aan een gemeenschap of aan de maatschappij, is naar de achtergrond gedrongen, constateert hij.
Kennedy pleit voor verandering, te beginnen bij de opzet van academische instellingen. Zijn voorbeeld zijn christelijke universiteiten in de Verenigde Staten, waar theologie en andere studierichtingen soms moeiteloos gemengd worden. Bovendien ontvangen theologiestudenten daar vaak een brede, niet-theologische vooropleiding. Die aanpak zorgt ervoor dat er ruimte ontstaat om de grote vragen van het leven van verschillende kanten te belichten.
De Utrechtse hoogleraar bepleit aandacht voor klassieke deugden in een academisch klimaat waarin mentoren en anderen bijdragen aan de vorming van studenten. „Dat geldt ook voor wat we in de VS ”civic engagement” noemen, een soort van betrokkenheid bij de samenleving, waarin studenten tijdens hun studie tijd nemen om anderen te dienen, ook buiten de universiteit. Dit is dan niet deel van de voorbereiding op je beroep, maar als herinnering dat wij niet in de eerste plaats voor onszelf gevormd worden, maar voor anderen.”
De universiteit van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt werkt noest verder aan de plannen voor de vorming van de Gereformeerde Theologische Universiteit (GTU). De rector van de TUK, prof. dr. R. Kuiper, lichtte toe dat de plannen na de nodige vertraging dit najaar gereed moeten zijn. Die timing is belangrijk, omdat volgend jaar de synodes van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Nederlands Gereformeerde Kerken bijeen komen om over de GTU te spreken.
Volgens Kuiper wordt er gewerkt aan „een gemeenschappelijke bachelor met daarbovenop de predikantsopleidingen van de verschillende kerken, en dit alles onder één dak op een nieuwe locatie.”
Stijging
De TUK heeft bij aanvang van het academisch jaar 145 studenten, 10 meer dan vorig jaar, aldus Kuiper. Er zijn 48 nieuwe inschrijvingen. Daarvan starten 8 studenten in het eerste jaar van de bachelor. Van de 26 nieuwe masterstudenten volgen er 5 –mogelijk komt er nog een zesde bij– de predikantsmaster. De Engelstalige master ”intercultural reformed theology” trekt 12 –deels buitenlandse– studenten. Dit jaar start ook de meer maatschappelijk gerichte master identiteit, ethiek en samenleving.
De TUK benoemde twee nieuwe docenten: dr. C. van den Broeke (kerkrecht) en drs. W. A. E. Brink-Blijdorp (Grieks).