Taalkwestie zet verhoudingen in synode GKSA op scherp
De synode in Potchefstroom is nog maar net begonnen of de eerste steen is in de vijver gegooid. Het probleem in de kerk, zo stelt een zwarte afgevaardigde, is niet de positie van vrouwen maar de overheersing door de blanken in de kerk.
Dat het een bijzondere dag zou worden, stond bij voorbaat vast. Voor het eerst in de recente geschiedenis begon dinsdag in Potchefstroom een bijzondere algemene synode van de Gereformeerde Kerken in Suid-Afrika (GKSA). De zogeheten Dopperkerk heeft een zusterkerkrelatie met de CGK, de GKV en de NGK in Nederland. De centrale vraag –of vrouwen kunnen dienen in de ambten– kwam gisteren nog niet ter tafel. Eerst moest de kerkvergadering nog andere hobbels overwinnen.
„De vergadering valt uiteen in twee delen”, zei ds. C. A. Jansen, voorzitter van het deputaatschap dat zich had gebogen over de bezwaarschriften die de synode behandelde. „Allereerst zijn er de ingediende bezwaren tegen het samenroepen van een bijzondere algemene synode, waartoe de reguliere synode in 2015 besloot.”
Ds. Jansen, tevens tweede scriba van de kerkvergadering, legde uit dat de vraag of de synode op kerkrechtelijke wijze bijeengeroepen is, beantwoord moest worden voordat de afgevaardigden kunnen spreken over de eigenlijke zaak: een aantal bezwaarschriften tegen de besluiten van de synode van 2009, die oordeelde dat vrouwen niet kunnen dienen in de ambten van ouderling en predikant. Voor het diakenenambt ligt het anders: in 2003 baande de GKSA al de weg voor vrouwelijke diakenen.
De synode besloot uiteindelijk om geen commissie samen te stellen over de kerkrechtelijke vraag, maar tijdens de vergadering van vandaag te beoordelen of de buitengewone algemene synode rechtmatig bijeengeroepen is. De kerkenraden die bezwaar hebben tegen het bijeenroepen van de synode krijgen de gelegenheid om de zaak toe te lichten.
Als deze bezwaarschriften verworpen worden, komen ter sprake de bezwaarschriften die in 2012 en 2015 ter tafel zijn geweest maar niet afgehandeld zijn, over de vrouw in het ambt. Zover kwam het gisteren niet, omdat de synode zich eerst moest buigen over een verzoek van een niet-Afrikaanstalige afgevaardigde om de kerkvergadering in het Engels voort te zetten.
De ‘taalkwestie’ zou zo gevoelig niet zijn als de huidige voertaal op de synode, het aan de Nederlandse taal verwante Afrikaans, niet door dezelfde afgevaardigde werd neergezet als een symbool van dominantie door blanken. Die suggestie raakte niet alleen een gevoelige snaar in het Zuid-Afrika van na de apartheid, maar deed veel GKSA-afgevaardigden zichtbaar pijn.
Zeker driekwart van de GKSA-gemeenten is Afrikaanstalig en in meerderheid blank, hoewel in een aantal plaatselijke kerken rond Johannesburg de Engelstalige diensten terrein winnen. De meeste anderstalige gemeenten zijn overwegend zwart en voor een deel ontstaan uit zendingsactiviteiten.
Eenheid
Het zijn niet alleen taal en huidskleur die in deze gemeenten verschillen van de Afrikaanstalige kerken. Bijna altijd is er ook een cultuurkloof en, niet onbelangrijk: ‘zwarte’ plattelandsgemeenten hebben vaak een veel lager welvaartsniveau dan hun ‘blanke’ evenknieën.
Ondanks alle verschillen slaagt de GKSA er tot nu toe in om, met vallen en opstaan, de eenheid tussen blank en zwart in de kerk te behouden. „Onze kerk heeft de afgelopen jaren betoond om vér te willen gaan bij het zoeken naar eenheid tussen vanouds zwarte en blanke gemeenten. Bij de overgrote meerderheid van de leden leeft de overtuiging dat ieder van ons bereid moet zijn om de minste te willen zijn. Blank en zwart moeten samen buigen voor de Heere”, aldus een predikant.
De opmerking over blanke overheersing komt bovendien op een moment dat oude tegenstellingen in het land opnieuw aangescherpt zijn. Een week geleden maakte een blanke makelaar in Durban op Facebook zijn zwarte landgenoten uit voor apen. Dat kwam hem op een storm van kritiek te staan. Dit weekend streek president Zuma blanken tegen de haren in door te stellen dat de overheid land moet terugvorderen dat „gestolen” is, een opmerking die gericht was aan het adres van blanke boeren.
Voor de GKSA-synode was de taalkwestie reden om gisteren de hele avond achter gesloten deuren door te spreken over de vraag of blanken werkelijk dominant zijn in de kerk, of dat blanke en zwarte GKSA-broeders ruim twintig jaar na het afschaffen van de apartheid, ondanks allerlei verschillen, samen door één deur kunnen.
Als de afgevaardigden ’s avonds na negenen zich van de synodezaal naar de nabijgelegen groepsaccommodatie Denneheuvel spoeden, is het inmiddels donker. De hevige regenbui die een uur eerder viel, is opgehouden. In de verte flitsen bliksemschichten door de lucht. De atmosfeer in Potchefstroom is merkbaar afgekoeld.
GKSA-synode kiest ds. De Beer tot voorzitter
POTCHEFSTROOM. Ds. H. J. P. de Beer (Lephalale) is dinsdag gekozen tot voorzitter van de buitengewone algemene synode van de Gereformeerde Kerken in Suid-Afrika (GKSA).
Tot tweede voorzitter koos de kerkvergadering ds. C. Aucamp (Andeon/Bergsig). Tot scriba werd gekozen ds. D. Lartz (Edenvale), tot tweede scriba ds. C. A. Jansen (Secunda). Ds. M. A. Modise (Kwa-Thema) werd notulist.
Tot het samenroepen van de buitengewone algemene synode werd in 2015 besloten op de reguliere synode van de GKSA, die om de drie jaar wordt gehouden.
De buitengewone synode heeft een beperkte agenda: de vraag of vrouwen kunnen dienen in de ambten van predikant en ouderling.
Opening: Uitzien uit de diepten
Alleen de Heere kan de GKSA als kerk en Zuid-Afrika als land redden uit de diepten. Dat zei ds. H. F. Coetzee (Potchefstroom-Die Bult) gisteren bij de opening van de bijzondere algemene synode van de Gereformeerde Kerken in Suid-Afrika.
Een synode weet uit zichzelf niet de juiste weg uit te stippelen, stelde ds. Coetzee, in zijn openingswoord naar aanleiding van Psalm 130. „In die diepten: zoekt de Heere! Kennis, positie of titel helpen niet. Uit de diepte roept de dichter tot de Heere. Als er niets overblijft, dan is daar de Heere.”
Het is een voorrecht om tot de Heere te mogen naderen, op grond van Gods genade, aldus ds. Coetzee. „De dichter weet: Als God mijn ongerechtigheid aanziet, kan ik niet bestaan. Maar bij U, Heere, is vergeving.”
Klik hier voor een video.