Meditatie: Echte troost
„Welgelukzalig is hij dien Gij verkiest en doet naderen, dat hij wone in Uw voorhoven.”
Psalm 65:5a
Waarin bestaat dit verkiezen anders dan dat God u, die op duizend vragen er niet één antwoorden kunt en dus ontelbaar veel schulden hebt, uit de hoop van alle in eigen oog brave mensen neemt? En dat Hij tot u zegt: „Ik delg uw overtredingen uit als een nevel, en uw zonden als een wolk”? Is dat niet een heerlijk „welgelukzalig”?
Vlees en bloed kunnen toch geen rust verschaffen. De overtreding drukt zwaar, het geweten is met schrik bevangen, Gods toorn bezwaart u. Dan is er niets wat u gelukkig maken kan, behalve dat God u verkiest uit het midden van de brave mensen en u als een goddeloze rechtvaardig verklaart in het bloed van Jezus Christus. Niets kan een geweten stillen, een hart bevredigen, dan alleen Christus’ gerechtigheid.
Voorzeker, dan is het voor de mens goed, wanneer God hem zó verkiest, dat hij de kwitantie lezen mag, waaruit blijkt dat de schuld betaald is. Dan is het de mens goed, wanneer hij te allen tijde met Gods Benjamin tot het altaar van God toegang hebben kan, om daar eeuwig te blijven en te wonen.
Ja, waar moet troost vandaan komen, dan alleen daarvandaan? Hebt u gezondheid, goed en bloed verloren? Het kan u droevig stemmen, jawel, een droefheid naar de wereld. Maar de enige troost in leven en sterven, die moet u echt hebben!
H.F. Kohlbrugge,
predikant te Elberfeld
(”Van oorlog en vrede”, 1870)