Politiek

VVD en SGP in debat over scheiding kerk en staat

Een debat tussen staatkundig gereformeerden en liberalen over de scheiding tussen kerk en staat. Waar dat toe leidt? Tot een SGP’er die zijn VVD-collega in het nauw drijft. En omgekeerd.

31 March 2015 13:11Gewijzigd op 15 November 2020 17:49
VVD-Kamerlid Taverne (links) en zijn SGP-collega Van der Staaij debatteerden gisteren over de scheiding tussen kerk en staat. beeld Jan Schippers
VVD-Kamerlid Taverne (links) en zijn SGP-collega Van der Staaij debatteerden gisteren over de scheiding tussen kerk en staat. beeld Jan Schippers

De Gertrudiskapel in Utrecht zit tjokvol tijdens een debat dat de wetenschappelijke instituten van VVD en SGP maandag samen organiseerden. Vogels van divers pluimage zijn bijeen in de rooms-katholieke schuilkerk die in 1645 ontstond door de samenvoeging van diverse woonhuizen.

Voor de twee kemphanen van SGP en VVD, respectievelijk fractieleider Van der Staaij en Kamerlid Taverne, met elkaar in debat mogen, maken prof. dr. mr. Sophie van Bijsterveld (hoogleraar religie, recht en samenleving in Nijmegen) en prof. Afshin Ellian (hoogleraar encyclopedie van de rechtswetenschap in Leiden) twee statements. Die laten aan duidelijkheid niets te wensen over.

Tegen de heersende opvatting in betoogt Van Bijsterveld dat kerk en staat helemaal niet gescheiden zijn. „Distantie staat niet centraal, maar betrokkenheid. En de drive voor die betrokkenheid gaat uit van de overheid.” De hoogleraar, die ook Eerste Kamerlid is voor het CDA, ziet dat er een heel andere relatie is tussen kerk en staat dan veertig, vijftig jaar geleden. Toen was er afstand. Nu zoekt de overheid kerken en moskeeën op. Als voorbeeld noemt ze de Wet maatschappelijke ondersteuning, de gezamenlijke verantwoordelijkheid om kerkelijke monumenten in stand te houden en de contacten tussen overheid en imams om radicalisering tegen te gaan.

Ellian legt uit dat het christendom de scheiding tussen kerk en staat heeft aangebracht. „Jezus heeft scheiding aangebracht tussen twee werelden. Dat was misschien wel de grootste revolutie van de oudheid.” De uitwerking was volgens Ellian wel problematisch, gezien de vele godsdienstoorlogen die door de eeuwen heen plaatsvonden.

De Leidse hoogleraar keert zich tegen de komst van megamoskeeën in ons land. Hij wil moslims geen godsdienstvrijheid ontzeggen, maar is tegen grote gebedsruimten waarin duizenden islamieten samenkomen. Volgens hem willen de meeste moslims helemaal niet zo’n moskee. „Gouda is geen Mekka.” Hij vrees dat –al dan niet onder invloed van buitenlandse geldschieters– salafisten de ruimte krijgen. Deze extremisten „gebruiken de godsdienstvrijheid om de godsdienstvrijheid op te heffen.” Volgens Elian moeten „niet de staten, maar de goden de godsdiensten beschermen en subsidiëren.”

Welzijnswerk

De eerste debatronde tussen Van der Staaij en Taverne wordt ingeleid door een video waaruit blijkt dat kerken zich volop bezighouden met welzijnswerk. Van der Staaij glundert. Taverne is gereserveerder: „Prima die hulp van kerken, maar ik verwacht het van mensen en niet van organisaties.” De liberaal heeft er moeite mee als een geloofsgemeenschap een maatschappelijke taak vervult vanuit een bepaalde geloofsovertuiging: „Dat is een hellend vlak.” Hij vreest bekeringsdrang. Van der Staaij wijst zijn collega op een VNG-beleidslijn die gemeenten de ruimte geeft om maatschappelijk werk dat wordt verricht vanuit een christelijke levensovertuiging te subsidiëren.

Dan komt Taverne met een opmerkelijk uitgangspunt. Hij zegt dat de organisaties die subsidie krijgen van de overheid „een gemiddelde waarde van de samenleving moeten representeren.” Van der Staaij moet erkennen dat hij zo’n gemiddelde waarde niet representeert, maar zegt dat hij zijn waarden niet wil opleggen en dat hij geen geweld zal gebruiken.

Een van de aanwezigen staat op en zegt dat de SGP niet verdraagzaam is omdat de partij op plaatsen waar ze macht heeft, de zondagsrust oplegt en het euthanasiedebat over een zelfgekozen einde blokkeert.

Volgens Van der Staaij legt ook de VVD standpunten op. Als voorbeeld noemt hij het homo­huwelijk. „In 1998 was de VVD nog verdeeld hierover. Nu word je bijna het land uitgezet als je ruimte vraagt voor trouwambtenaren die gewetensbezwaren hebben tegen het sluiten van homohuwelijken. Bovendien mag iedereen in het politieke debat een eigen uitgangspunt kiezen: „Liberalen willen een liberaal reveil, ik een christelijk.”

Artikel 36

Tijdens de tweede debatronde, over religie in het publieke domein, pakt Taverne het SGP-beginselprogramma erbij en citeert artikel 1 waarin staat dat de SGP „streeft naar een regering van ons volk geheel op de grondslag van de in de Heilige Schrift geopenbaarde ordening Gods en staat mitsdien voor de handhaving van het onverkorte artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis.” Taverne: „Hoe verhoudt dit zich tot pluriformiteit?”

Van der Staaij grijpt terug naar Groen van Prinsterer, die erop wees dat de gereformeerde vaderen geen inquisitie voerden en brandstapels oprichten: „Vanuit die traditie moet je dit zien.”

Een rooms-katholieke diaken die SGP stemt, hekelt de manier waarop roomsen en protestanten elkaar bejegenden en hoe dat in het onderwijs tot uitdrukking komt. De protestanten horen van de ketterverbrandingen en de roomsen over de gruweldaden van de geuzen. Volgens de diaken moeten én protestanten én rooms-katholieken „in de leer bij kerkvader Augustinus, die heeft gezegd dat elk christen de vijand in zichzelf moet overwinnen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer