„Preken van puriteinen: praktisch, pastoraal en concreet”
EDE. Er is nog steeds belangstelling voor geschriften van puriteinen. „Dat heeft te maken met de praktisch-pastorale toonzetting en de concreetheid waarmee ze spraken over zondekennis, kennis van Christus, zekerheid van het geloof en heiliging van het leven.”
Dat stelde dr. M. van Campen donderdagavond in Ede aan de Theologische Hogeschool van de Gereformeerde Bond (THGB). De THGB houdt een serie lezingen over de prediking. Dr. Van Campen sprak over de prediking van de puriteinen.
Het puritanisme in Engeland en Schotland was een reactie op de hoofdstroom van de Anglicaanse Kerk, vergelijkbaar met de Nadere Reformatie in Nederland. Dr. Van Campen noemde als hoofdkenmerken van de puriteinse prediking dat God in het middelpunt staat, dat het Christusprediking is, dat de prediking een eschatologische gerichtheid heeft en dat ze een praktisch-pastorale toonzetting heeft.
De preek waarin God centraal staat, kan tegenwicht bieden aan het centraal stellen van de behoeften van de mens in onze tijd. „In de puriteinse prediking staat niet de mens, ook niet de vrome mens, centraal maar de levende God”, aldus de hervormde emeritus predikant.
De prediking van de puriteinen wordt in hoge mate getypeerd door het heenwijzen naar Christus en het aanprijzen van Hem als de enige weg van behoud, stelde Dr. Van Campen. Hij citeerde Richard Sibbes, die zei: „Alles wat wij prediken, heeft betrekking op Christus, opdat mensen mogen wandelen op een wijze die Christus waardig is.” Ook noemde dr. Van Campen ”Het zien op Jezus” van Isaäc Ambrosius, een boek dat tot op de dag van vandaag gelezen wordt.
De eschatologische spits in de puriteinse prediking ziet dr. Van Campen niet alleen bij de aandacht voor de wederkomst, het laatste oordeel, de opstanding der doden en het eeuwige leven, maar ook in de aandacht voor de eindtijd. Hij wees daarbij op de belangstelling voor Israël bij de puriteinen.
De grote aandacht voor de persoonlijke beleving van het geloof bracht met zich mee dat de puriteinen zich in prediking en pastoraat veel bezighielden met de praktische aspecten van het geestelijk leven. Als onderdeel van de praktijk der godzaligheid noemde dr. Van Campen de kennis en de doorleving van zonde en schuld. „Opmerkelijk is dat de zonde in de puriteinse prediking niet in het algemeen wordt aangewezen, maar een zeer concrete invulling krijgt.”
Dat er vandaag nog steeds puriteinse geschriften in Nederland gelezen worden, heeft volgens de predikant te maken met de praktisch-pastorale toonzetting daarvan en de concreetheid waarmee de puriteinen spraken over zondekennis, kennis van Christus, de zekerheid van het geloof en de heiliging van het leven.
Tijdens de vragenbeantwoording vroeg hij zich wel af of een puriteinse preek nu in een Nederlandse kerkdienst zou landen. „Het gaat erom dezelfde boodschap in de taal en cultuur van nu te verkondigen. Daarom moeten we weten wat de jongeren van nu bezighoudt, zodat we hun wereld begrijpen.”
Volgens prof. dr. J. Hoek, directeur van de THGB, kenden de puriteinse predikers de aanvechtingen van hun tijd, maar spelen er nu andere concrete vragen.