Kerst werpt licht over schietpartij in Newtown
Kindermoord is een satanische daad, schrijft dr. Russell D. Moore. Satan haat kinderen, omdat hij in hen het beeld van Jezus ziet.
Amerika kijkt met afgrijzen en walging naar het nieuws uit Connecticut: een vreselijke daad van geweld tegen een basisschool vol weerloze kinderen. Nu moet elke moordpartij ons met afschuw vervullen, maar kindermoord verdient wel heel in het bijzonder onze veroordeling. Ik denk dat daar een reden voor is.
In de uren na de schietpartij vroeg John Podhoretz, een Joodse politieke en culturele commentator, aandacht voor een concept waaraan de meeste Amerikanen niet graag denken in de tijd rond Kerst: de hel. Podhoretz legde de vinger bij de wijze waarop de Hebreeuwse geschriften de kinderoffers aan de god Moloch sterk afkeuren. De vallei waar deze gruweldaden plaatsvonden werd Gehenna genoemd. Jezus verwees naar Gehenna toen Hij ons vertelde over de hel.
In heel de geschiedenis van hemel en aarde heeft het kwaad zich gemanifesteerd in een duistere vorm van geweld tegen met name kinderen. De Bijbel laat zien dat de machten van het kwaad kinderen er woest van langs gaven bij keerpunten in Gods verlossingsplan. Zo zag Farao een vloek in Gods zegen over de kinderen van de Israëlieten. Hij verordende dat zijn gewapende bandieten een eind aan hun leven moesten maken. En natuurlijk moeten we in deze tijd van het jaar ook denken aan het kerstverhaal. Het wordt overschaduwd door een afschrikwekkende massamoord op kinderen. Koning Herodes, die zijn troon bedreigd voelde, eiste dat onschuldige kinderen werden afgeslacht.
Jezus werd niet geboren in een dromerig, sentimenteel winters wonderlandschap met zoetjes zingende engelen en snuffelende rendieren aan Zijn kribbe. Hij werd geboren in oorlogsgebied. Op het eerste gehoor van Zijn komst zwoer Herodes Zijn dood, en daarbij die van duizenden van Zijn broeders. De geschiedenis in Bethlehem, evenals daarvoor en daarna, is bezaaid met de lichamen van vermoorde kinderen.
Waarom?
Er spelen hier meer factoren mee dan enkel onpersoonlijke psychologie en sociologie. De eeuw van deze wereld wordt beheerst door de overste van de macht der lucht (Efeze 2:2). En achter dat alles zit een bloedige strijd. Satan, vertelt Jezus ons, is een „mensenmoorder van den beginne” (Joh. 8:44). Hij haat het leven zelf. En hij haat het leven van kinderen in het bijzonder, want zij laten iets zien van Jezus van Nazareth.
Jezus liet aan Zijn discipel Johannes zien dat achter het historisch gebeuren een andere, duisterder geschiedenis zit. Hij toonde hem een vrouw die het leven gaf aan een kind. Er stond een draak voor haar om het kind te verslinden (Openb. 12:4). Toen de vrouw en haar kind ontsnapten, werd de draak woest en ging heen om oorlog te voeren tegen de rest van haar kinderen (Openb. 12:17). Dat heeft hij sindsdien inderdaad gedaan.
Satan haat kinderen omdat hij Jezus haat. Als het kwaad „een van deze minsten” vernietigt (Matth. 25:40 en 45), dat wil zeggen de meest kwetsbaren onder ons, vernietigt het een beeld van Jezus Zelf, van het kind dat door de vrouw werd gebaard en dat de kop vermorzelt van de slang (Gen. 3:15). De duivelse machten weten dat het mensdom wordt verlost en dat zij worden overwonnen door een kind dat uit een vrouw geboren is (Gal. 4:4 en 1 Tim. 2:15). Daarom haten zij kinderen die op Hem lijken.
Geweld tegen kinderen is zo bijzonder satanisch omdat het het beeld van nieuw leven en van afhankelijk vertrouwen vernietigt dat het leven binnen het Koninkrijk van God karakteriseert (Matth. 18:4). Kinderen zijn een zegen en dat roept de woede op van hen die slechts zoeken te slachten en te verderven (Joh. 10:10).
De satanische machten willen de koninkrijken van de aarde, maar een kind werpt hun rijk omver.
Laten we bij de treurende ouders en gemeenschappen in Connecticut niet aankomen met snelle en gemakkelijke antwoorden. Het mysterie van het kwaad is voor ons niet te bevatten. We weten niet waarom God niet tussenbeide kwam. Maar we weten wel wat dit voor daad is: satanisch. En dat moeten we zeggen.
Laten we wenen om de onschuldigen. Laten we roepen om recht voor de schuldigen. En laten we tekeergaan tegen de slang die erachter zit.
Als we dat doen, moeten we eraan denken dat Bethlehem een oorlogsdaad was. Laten we eraan denken dat Degene Die daar werd geboren de Vredevorst is Die de schedel zal vermorzelen van de oude moordenaar uit de hof van Eden. Laten we bidden om de tweede komst van Maria’s Zoon. En als we onze kerstliederen zingen, laten we satan dan in zijn spleetogen kijken als we hem aanzeggen dat zijn schedel werkelijk vermorzeld zal worden.
Het geheim van het kwaad is de oorlogsverklaring aan de vrede van Gods schepping. De oorlog duurt voort, maar niet lang meer. Soms is het meest krijgshaftige dat we in een zo onmenselijk moorddadige tijd als deze kunnen zeggen: „Het begint weer erg op Kerst te lijken.”
De auteur is decaan aan het Southern Baptist Theological Seminary in Louisville, Kentucky. Dit artikel is overgenomen van zijn weblog www.russellmoore.com .