Dat stelt de Tilburgse hoogleraar bankwezen en financiering Harald Benink. Volgens hem is de eurozone niet klaar voor een Griekse uittreding. „Europa zegt dat als de Grieken hun beloften niet nakomen, ze het zelf moeten weten. Maar weet wat je wenst”, waarschuwt Benink.„Griekenland is geen geïsoleerd geval, als zij vallen dan komt Spanje onder grote druk.”

Bij een Griekse exit zullen Europese belastingbetalers volgens Benink het geld dat aan Griekenland is geleend niet terugkrijgen. De kosten lopen echter nog verder op, benadrukt hij. „Het Europese noodfonds moet dan drastisch worden vergroot, om ervoor te zorgen dat Portugal, Spanje en Italië kunnen worden gered. Het fonds moet dan van 700 miljard naar bijvoorbeeld 2500 miljard euro. Dat betekent dat Nederland nog eens zo’n 100 miljard euro moet ophoesten aan garanties.”

Beter is het, aldus Benink, dat overheden besluiten tot een even grote afschrijving op hun Griekse vorderingen als eerder van banken en pensioenfondsen werd gevraagd. Zij streepten de helft van hun obligaties weg en accepteerden een lagere rente en langere looptijd op overgebleven leningen.

Dat besluit zou al voor de Griekse verkiezingen van 17 juni moeten worden genomen. Benink: „Het geeft Griekenland wat lucht en haalt de wind uit de zeilen van de radicale partijen.”

Een andere optie als een dergelijke schuldverlichting ziet hij niet. „Griekenland is al failliet. Dat politici de verliezen niet willen erkennen, betekent niet dat ze er niet aankomen.”

In een gisteren gepubliceerd interview met de Duitse krant Frankfurter Allgemeine Zeitung neemt de Duitse centralebankpresident Jens Weidmann echter een geheel andere stellingname in. Volgens hem moeten Europese centrale banken de steun aan Griekenland en zijn zwakke bankensector beperken totdat er een nieuwe Griekse regering is.

Als Griekenland de eurozone verlaat loopt ook de ECB, die voor ongeveer 100 miljard euro aan vorderingen heeft uitstaan op Griekenland, grote financiële risico’s. Maar die verliezen mogen volgens Weidmann geen grote rol spelen bij de vraag of Griekenland binnen de muntunie moet blijven. „Dat is een fundamentele beslissing.”