Zoete én zoute Zeeuwse aardappelen
RILLAND – Water genoeg in Zeeland. Zowel zout als zoet. Voor de landbouw wordt vooral het zoete water gebruikt. Aardappelveredelingsbedrijf Meijer uit Rilland onderzoekt of de aardappel ook op zilte grond kan gedijen.
„De verzilting van gronden is een wereldwijd probleem”, legt Guus Heselmans, manager research en development bij Meijer uit. „Door kweldruk en ook door het onttrekken van zoet water aan de grond, komt het zoute water dat dieper zit omhoog. Binnen ons veredelingsprogramma willen wij een aardappel selecteren met een hoge zouttolerantie.”
Dit hoeft volgens Heselmans niet te betekenen dat de aardappel zout is van smaak. „Op Texel is men wel bezig met het telen van een zilt smakende aardappel. Dat is niet ons doel. Wij willen grond die op dit moment niet voor aardappelteelt geschikt is, toch beschikbaar maken voor het telen van een zouttolerante aardappel.”
Dit jaar wordt het vierde proefjaar bij Meijer. Om echt te kunnen bepalen of een aardappel op zoute grond gedijt is het van belang dat er ’s zomers weinig regen valt. Dan moet de plant zich vooral met zout grondwater voeden. Maar er is ook een andere oplossing. „Dit jaar gaan we voor het eerst een proefveld beginnen bij een teler die zoute grond in het gehele bodemprofiel heeft. Ook bij regen zal de plant dan zout water opnemen”, vertelt Heselmans.
Het gaat om een veld van Jean-Pierre van Wesemael uit Nieuw-Namen, in Zeeuws-Vlaanderen. Van Wesemael verbouwt zilte groenten, zoals zeekraal, zeeaster en zeekool. Zijn proefveld beslaat zo’n 30 hectare, met daarnaast een even groot „zoet” proefveld waarop dezelfde aardappelrassen zullen worden geplant. „Het is een mooi gewas om erbij te hebben”, aldus Van Wesemael. „Ik hoop zelf op een mooie zoute aardappel.”
De aardappel die het vooralsnog het beste lijkt te doen op zilte grond is het ras Melody. Een tafelaardappel, gekweekt door Meijer. „Naast opbrengstverlies vertoonden enkele rassen een raar beeld op zilte grond”, aldus Heselmans. „Ze zijn dan bijvoorbeeld kleiner, of misvormd. Door kennis van de genetica achter de zouttolerantie kun je een betere keuze van ‘ouders’ maken. Ouders met een hoge zouttolerantie krijgen ‘kinderen’ met een hoge zouttolerantie.”
Genetische manipulatie –of beter gezegd: modificatie– vindt in Rilland niet plaats. „In ons DNA-laboratorium kijken we alleen of we handvatten kunnen vinden ter verklaring van de genetische variatie. Dit levert een versnelling van het veredelingsprogramma op.” Voor de veredeling is het belangrijk dat het onderzoekscentrum vrij blijft van aardappelziekten. Het terrein is met een hek gescheiden van de rest van het bedrijf.
Het onderzoek bij Meijer, de enige Zeeuwse aardappelveredelaar, werd in de eerste drie jaar medegefinancieerd door de provincie Zeeland en de Zeeuwse Land- en Tuinbouworganisatie (ZLTO). Volgens Carla Michielse van de ZLTO is zo’n 3000 van de 140.000 hectare landbouwgrond in Zeeland niet geschikt door verzilting.
„Het is tijd om betere handvatten te vinden om met deze gronden om te gaan”, zegt Michielse. „Geschikte proefgronden vinden, bleek overigens nog niet gemakkelijk te zijn. Op de meeste plekken zit het zoute water namelijk niet in de wortelzone van de plant. Dat komt omdat Zeeland niet zo laag ligt als bijvoorbeeld Zuid-Holland.”
Naast de proeven met het kweken van aardappelen in zilte grond, worden er ook drainageproeven gedaan om het zoute water af te voeren, zegt Michielse. „Dat is voor de aardappel van belang, want op puur zout water groeit niet één pieper.” Misschien is een regenachtige zomer niet eens zo verkeerd? „Dat klopt”, antwoordt Heselmans. „De aardappel gedijt goed onder natte omstandigheden, en regenwater is nog altijd zoet.”
Dit is de derde aflevering in een serie over Zeeland en het water. De provincie heeft 2012 uitgeroepen tot Jaar van het Water.