Binnenland

„Platteland moet terug naar plattelanders”

DEN HAAG – Boeren moeten een eerlijke prijs voor hun product krijgen. En het platteland moet weer worden terug­gegeven aan de plattelander.

6 December 2011 11:58Gewijzigd op 14 November 2020 18:03
Foto ANP
Foto ANP

Dat zijn belangrijke doelstellingen van LTO Nederland, zegt voorzitter Albert Jan Maat. Het zou hem dan ook veel waard zijn als politieke partijen, die vandaag en donderdag met staatssecretaris Bleker debatteren over de landbouwbegroting, hier aandacht aan schenken.

Een eerlijke prijs voor het product; in sommige deel­sectoren is het hier ver vandaan, stelt Maat. „In de groente- en fruitsector bijvoorbeeld is er momenteel geen enkele logische relatie tussen wat het product akkerbouwers en tuinders kost en de prijs die de consument ervoor betaalt. De supermarkt verdient er wel aan, maar de agrariër legt er vaak op toe.”

Soms gaat het hierbij om tijdelijke problemen, geeft de LTO-voorzitter toe. „Voor aardappelen krijgen akkerbouwers momenteel bijna niets. Maar dat heeft duidelijk conjuncturele oorzaken. Het grote aanbod leidt soms tot zeer lage prijzen. Tot op zekere hoogte moeten boeren dat incalculeren. Zij zijn ondernemers, en we moeten hen niet als zielig voorstellen.”

In andere gevallen, zoals in de varkenssector, zou de situatie voor boeren wel degelijk een stuk gunstiger kunnen zijn als de totale sector zich beter had georganiseerd. „Dat daar in het verleden weinig aandacht aan is besteed, komt onder meer doordat Nederland altijd sterk heeft geleund op de export. Daardoor zijn we vooral bezig geweest met het drukken van de kostprijs en met het produceren van grote hoeveelheden standaardgoederen. Van die lijn van denken moeten we af. LTO pleit er al een tijd voor om als landbouwsector weer onderscheidend te zijn. We moeten op een duurzame manier produceren en oog hebben voor natuur en landschap. Maar dan hoort daar vervolgens ook een goede, eerlijke prijs voor de boer bij. Om dat te bereiken heb je binnen een deelsector, bijvoorbeeld de varkenshouderij, de medewerking van alle onderdelen van de keten nodig.”

Dat deze aanpak perspectief biedt, toont volgens Maat de zuivelsector. „Hier krijgen boeren momenteel een goede prijs voor hun product, mede doordat men het in de totale keten, boeren, zuivelfabrieken en supermarkten, goed georganiseerd heeft. Er draait daar een project ”Duurzame zuivel­keten”, dat zich onder meer richt op het weer standaard in de wei laten lopen van koeien en op het zelfvoorzienend worden qua mestbehoefte. Dat alles werpt zichbaar vruchten af. In de zuivelsector zien we dat als de prijs per liter melk met 5 cent omhooggaat, er al veel gedaan kan worden op het gebied van milieu en dierenwelzijn.”

Zo zou er ook in de varkenssector meer te bereiken zijn als alle betrokken de handen ineenslaan, denkt Maat. „Ook de politiek kan haar steentje bijdragen door het aanpassen van het huidige mededingingsbeleid. Nu is dat er nog veel te eenzijdig op gericht de prijs voor de consument zo laag mogelijk te houden. In Engeland bijvoorbeeld kent men een zogeheten marktmeester, die erop toeziet dat bij fusies ieder onderdeel van de productieketen zijn faire deel krijgt. Nederland kan daar iets van leren.”

Waar Maat tevens op hoopt, is dat de politiek deze week serieus aandacht besteedt aan de voor veel boeren zo knellende natuurwetgeving. „Ik ken vele normale gezinsbedrijven die bijvoorbeeld 15 kilometer van een natuurgebied liggen, maar die door de hoge eisen voor de stikstofuitstoot helemaal op slot zitten. Dat moet en kan anders. Laten we het platteland toch vooral weer teruggeven aan de plattelanders.”

Dit is het zevende deel in een serie waarin betrokkenen vooruit­blikken op een begrotingsdebat 
in de Tweede Kamer.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer