Meer mediterrane invloed in top ECB
Personele wijzigingen vergroten de mediterrane invloed in de top van de Europese Centrale Bank (ECB) en voeden de vrees dat dit instituut als inflatiebestrijder minder streng zal worden. Aan aankomend president Mario Draghi de taak om het tegendeel te bewijzen.
Over ruim een week, eind oktober, zwaait Jean-Claude Trichet af. Zijn termijn zit erop. Acht jaar lang stond de Fransman, die in 2003 het stokje overnam van Wim Duisenberg, aan het hoofd van de ECB. Hij slaagde erin zijn voornaamste missie, het handhaven van de prijsstabiliteit, succesvol uit te voeren. Met dat resultaat stutte hij de koopkracht van de burger.
De reputatie van de betrokken instelling dat zij op solide wijze waakt over de waardevastheid van onze munt, staat niettemin onder druk. Eerder dit jaar hielden twee Duitsers het voor gezien. In april stapte Alex Weber op als chef van de Bundesbank. Hij gold als favoriet om Trichet op te volgen. Vorige maand kondigde zijn landgenoot Jürgen Stark zijn voortijdig vertrek aan uit de directie van de ECB. Sommigen beschouwen het als signalen dat de onafhankelijke, strikte aanpak bij het monetaire beleid niet langer veilig is.
De ECB werd in de jaren negentig, in de aanloop naar het gemeenschappelijk betaalmiddel, opgetuigd naar de snit van de Bundesbank. Anders zouden onze oosterburen nooit hebben ingestemd met het inruilen van hun harde D-mark voor de euro. Zij zijn sinds zij omstreeks 1923 de prijzen schreven met vele nullen, zeer beducht voor het inflatiespook.
Het betekende dat de centrale bank volledige autonomie kreeg, met daarbij één opdracht: de geldontwaarding in toom houden. Die mag niet structureel boven de 2 procent uitkomen. De bestuurders opereren los van regering en parlement. Zij dienen zich bij hun beslissingen niets aan te trekken van de politici. Die zijn immers te veel uit op een lage rente om de kiezer te paaien.
Het Duitse accent werd nog versterkt door de ECB te vestigen in Frankfurt. De benoeming van Duisenberg tot eerste president –iemand uit Nederland, dat handelt vanuit dezelfde monetaire traditie– paste eveneens in dit beeld.
De zuidelijke partners nemen het minder nauw met de stabiliteitscultuur. Voor de oprichting van de eurozone zagen zij zich regelmatig genoodzaakt om, als gevolg van een te hoog inflatietempo, hun eigen valuta te devalueren. Er was bij hen voorheen ook geen sprake van een volledig onafhankelijke positie van de centrale bank tegenover de politiek.
De ECB kent een zeshoofdige directie. Het beleid, met als belangrijkste instrument het rentetarief dat commerciële banken betalen voor kredieten uit Frankfurt, wordt bepaald door de raad van bestuur. Daarin hebben ook de hoogste bazen van de zeventien nationale centrale banken zitting.
De vier grote eurolanden zijn op grond van een stilzwijgende afspraak altijd in de directie vertegenwoordigd. Het team bestaat momenteel uit de volgende personen: Trichet, de Portugees Constancio, de Italiaan Smaghi, de Spanjaard Gonzalez-Paramo, de Duitser Stark en de Belg Preat. Trichet ruimt het veld voor de Italiaan Draghi. Twee Italianen is te veel van het goede en dus wordt Smaghi waarschijnlijk binnenkort vervangen door een Fransman. De zetel van Stark zal toevallen aan diens landgenoot Asmussen.
De twee plaatsen voor de kleine landen werden in 2001 bezet door mensen uit Nederland (Duisenberg) en Finland. Vandaag de dag zitten er een Portugees en een Belg. Zoals gezegd haakte Weber, een havik op monetair gebied, af als kandidaat voor de hoogste post. Er treedt nu een Zuid-Europeaan aan. Vicepresident is Constancio, eveneens uit de regio. Bovendien verdwijnt Stark, die qua opvattingen naast Weber stond. Asmussen geniet bekendheid als meer een pragmaticus. Het terugtreden van Weber en Stark zou te maken hebben met het opkopen van staatsobligaties van zwakke eurolanden door de ECB. Die komt naar hun mening daardoor in politiek vaarwater terecht en financiert indirect begrotingstekorten. De transacties zijn inflatoir doordat zij meer geld in omloop brengen.
Al met al wordt de mediterrane aanwezigheid in de top van de centrale bank steeds prominenter. De noordelijke landen, die de Duitse lijn aanhangen, verliezen terrein. Draghi heeft vaker verklaard dat hij de opstelling van de ECB als strenge inflatietemmer wenst voort te zetten. Een Italiaan die een Duitser wil zijn. Maar hij moet zijn geloofwaardigheid op dit punt nog bewijzen.