Het OM onderzoekt de zaak.

Dat meldde de commissie-Deetman dinsdagmorgen.

In de jaren 1952 tot 1954 zijn in de toenmalige psychiatrische instelling Sint Joseph in Heel

34 verstandelijk gehandicapte jongens onder de 18 jaar overleden. Dat aantal sterfgevallen is aanzienlijk hoger dan het gemiddelde in de Limburgse instelling.

De commissie-Deetman neemt voor haar onderzoek naar het seksueel misbruik binnen de Rooms-Katholieke Kerk in de periode 1945-2010 onder andere archieven van bisdommen, ordes en congregaties door. Ze stuitte daarbij op de verdachte sterf­gevallen. Volgens de commissie was de informatie hierover eind jaren vijftig bekend, niet alleen bij het bisdom Roermond, maar ook bij Arbeidsinspectie, het toenmalige katholieke Vverbond van de kinderbescherming en vermoedelijk ook bij een inspecteur van de volksgezondheid.

De commissie-Deetman lichtte eind mei het OM in. Dat stelde vervolgens een feitenonderzoek in. Het OM liet vanmorgen weten dat, als blijkt dat er in de jaren vijftig strafbare feiten zijn gepleegd in Heel, die verjaard zijn. Toch acht het OM, „gelet op de omvang en de impact op de samenleving, een strafrechtelijk onderzoek relevant.”

Het onderzoek richtte zich allereerst op het achterhalen van de nabestaanden van de overledenen. Tot nu toe zijn zo’n dertig nabestaanden van de jongens gevonden, meest broers of zussen. Het OM gaat ervan uit dat alle levende nabestaanden zijn getraceerd. Het verdere onderzoek zal zich richten op het horen van betrokkenen. Afhankelijk van de uitkomst zal worden besloten of breder onderzoek nodig is.

Tot 1969 waren de broeders van de Heilige Joseph verantwoordelijk voor de zorg voor zwakzinnigen. Sint Joseph maakt sinds 1969 deel uit van de stichting Daelzicht. Die heeft verklaard mee te werken aan het onderzoek. Ook het bisdom Roermond heeft aangegeven het toe te juichen dat de commissie-Deetman zo nodig zaken bij het OM meldt.