Hoe begrijpelijk ook, de euforie die zich gisteren van de Amerikanen meester maakte, wekte de indruk dat er een oorlog was gewonnen. Zowel in New York als Washington gingen de mensen uitgelaten de straat op. Het monsterlijk brein dat achter ”nine-eleven” zat had immers zijn verdiende loon gekregen. Wie zou niet feesten?

Ofschoon veel regeringsleiders president Obama feliciteerden met het uitschakelen van de superterrorist, blijkt wel uit de reacties van fanatieke moslims dat zij de VS de actie zeer kwalijk nemen. De moslimbroederschap sprak van een „regelrechte moordaanslag” en de radicale islamitische geestelijke Omar Bakri zei dat Osama een martelaarsdood is gestorven. Hamaspremier Ismail Hania noemde de operatie „tekenend voor de voortzetting van Amerikaanse onderdrukking en het bloedvergieten van moslims.” Duidelijk is dat de strengislamitische wereld de vreugde over de dood van Osama niet deelt.

Dat de leden van al-Qaida meer dan verbolgen zijn, laat zich raden. Zij zinnen op wraak, dat is helder. Het is alleen de vraag hoe, waar en wanneer zij dit werkelijk omzetten in daden.

Gevangenen in Guantanamo Bay hebben bij herhaling verklaard dat het uitschakelen van de al-Qaidaleider „verschrikkelijke” gevolgen zal hebben in Europa en Amerika. Een hoge leider van de terreurorganisatie heeft recent tegenover zijn ondervragers gezegd dat de arrestatie of liquidatie van Osama bin Laden gewroken zal worden door het laten ontploffen van een nucleaire bom die „ergens in Europa” verstopt is. Anderen hebben voorspeld dat er aanslagen met biologische en chemische wapens zullen worden gepleegd. „Er komt een nucleaire hel,” zo zeiden topleiders van het terreurnetwerk nog heel onlangs.

Of dat werkelijk zal gebeuren, zal de toekomst uitwijzen. Het is vanzelfsprekend dat de leden van al-Qaida tijd nodig hebben om zich te herpakken. De dood van Bin Laden is een psychologische klap, die echter ook weer niet moet worden overschat. Weliswaar hebben de Amerikanen het boegbeeld van de terreurorganisatie uitgeschakeld, maar dat heeft vooral symbolische betekenis. Osama hield zich al lange tijd niet meer bezig met het aansturen van operationele zaken. Dat gebeurde door anderen. En die zijn nog springlevend.

De Amerikanen hebben met hun actie schade toegebracht aan het imago dat al-Qaida ongrijpbaar en onaantastbaar zou zijn. Dat moet worden hersteld. Daar komt bij dat moslims de dood van martelaren niet ongewroken kunnen laten. Osama is nu voor veel islamieten martelaar.

Zaak is in ieder geval dat met name westerse landen bijzonder op hun hoede zijn. In dat licht bezien is het merkwaardig dat de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding, Akerboom, gisteren nog zei „vooralsnog geen reden te zien om het dreigingsniveau aan te passen.” Dat klinkt naïef. Uiterste alertheid is nodig, want de wereld is bepaald niet veiliger geworden.