Muziek

Viooldocent: Laat die toon maar een beetje grommen

„Laten we beginnen met dat vrolijke rondo. One, two...” Maurits Wijzenbeek uit Hilversum en zijn leerling Janna Greving starten de les met samenspel. Ook nu telt kwaliteit. „Daar zat een foutje. We beginnen opnieuw en dan in een hoger tempo.”

22 April 2011 22:52Gewijzigd op 14 November 2020 14:40
Maurits Wijzenbeek laat Janna Greving horen wat hij bedoelt. Foto RD.
Maurits Wijzenbeek laat Janna Greving horen wat hij bedoelt. Foto RD.

Na het warmdraaien krijgt Bachs tweede cellosuite een plek op de lessenaar. Het werk is oorspronkelijk voor cello geschreven, maar valt ook prima op altviool te spelen, aldus Greving.

Als ze de eerste noten van de Prélude laat horen, gaat Wijzenbeek zitten. Na ruim drie minuten staat hij weer op. „Ik ben niet helemaal zeker van je tempo. Het lijkt mij wat te langzaam. De Prélude opent het stuk. Begin daarom iets forser en pas op dat je niet inzakt bij de lange noten.” Greving doet een poging. Al na drie tonen legt de docent zijn eigen instrument onder de kin om te laten horen wat hij precies bedoelt: „Je deed het mooi, maar net iets te klein. Ik zou de eerste pagina’s even lekker uitzingen. Laat het maar een beetje grommen. Oké, geef hem van jetje.”

De beginmaten worden verschillende keren herhaald. Wijzenbeek schaaft steeds verder bij. „Beter zo. Alleen gaf je nu bijna een soort natrap. Pam, tam, tie, jádada. Dat hoeft nu ook weer niet.”

Wijzenbeek, broer van de bekende vioolpedagoge Coosje Wijzenbeek, is tweede soloaltist in de Radio Kamer Filharmonie. Hij maakt sinds 1979 deel uit van dit orkest, dat in verschillende bezettingen optreedt, variërend van barokensemble tot gezelschap voor hedendaagse muziek. Over de waarde van Bach hoeft hij niet lang na te denken: „Zijn muziek reinigt en schoont je gedachten op.”

De docent staat het grootste deel van het lesuur naast Greving. Hij gebruikt zijn strijkstok ook als aanwijsstok, zingt passages voor en zet zijn muzikale bedoelingen regelmatig met armgebaren kracht bij. Hij toont zich niet snel tevreden. „Zorg daar voor de cadens en de articulatie van de nootjes.” Zijn opmerkingen hebben niets met slecht spel te maken. Greving grossiert niet in valse tonen en zorgt ervoor dat haar leermeester slechts een enkel fout nootje kan aanwijzen. Het tweetal houdt zich voornamelijk bezig met het maken van muziek achter de noten. Interpretatie krijgt het volle pond.

Wijzenbeek blijkt overigens niet te beroerd om complimenten uit te delen. „Hier doe je het onwaarschijnlijk prachtig mooi door zachter te worden.” „Daar keert in een lage ligging terug waarmee Bach begon. Laat dat horen door iets als: weet je nog wel van het begin?”

De docent gebruikt regelmatig beelden: „Hier ”Weint es ein bisschen”. Laat maar huilen dus.” „Ik wil daar een snufje horen.” „Ik vind die bes nog niet pijnlijk genoeg van schoonheid.” Eind goed, al goed: „Je articulatie is ernstig verbeterd.”

Dit is deel 4 in een serie. Over twee weken deel 5.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer