De kerk op Facebook en Twitter
UTRECHT – Wat moet de kerk met sociale media als Twitter en Facebook? Informatiewetenschapper Eric van den Berg schreef er een boek over. Een handboek noemt hij het. Het ”Handboek kerk en internet” werd maandag gepromoot met een symposium.
Even raakt de 41-jarige rooms-katholieke schrijver emotioneel als hij voor het eerst zijn boek in handen houdt. Zijn stem breekt, hij valt stil. Dan herpakt hij zich. „Ik heb het handboek opgedragen aan mijn petekind. Hij, Thomas, zal dit boek in ieder geval niet nodig hebben.”
De eerste exemplaren werden in een van de gebouwen van de universiteit van Utrecht door de uitgever overhandigd aan Van den Berg en de pr-managers van de Rooms-Katholieke Kerk en de Protestantse Kerk in Nederland: Bert Elbertse en ds. Jan-Gerd Heetderks. Beiden maakten bekend de websites van hun kerken op de schop te nemen. Bij de website rkk.nl zal de nieuwsdienst Katholiek Nederland worden losgekoppeld van een webstek voor de Nederlandse bisschoppenconferentie. De site pkn.nl krijgt een makeover.
Van den Berg schreef het boek van bijna 200 bladzijden afgelopen zomer in het karmelietessenklooster in Sittard. Het biedt praktisch materiaal voor aantrekkelijke aanwezigheid van kerken op het web. Ook zijn interviews opgenomen met theologen en filosofen over hoe het Evangelie een plaats kan krijgen op internet.
Het symposium droeg de naam ”Gods geest waait over het internet”. De hashtag werd het prikkelende #godsgeest. Die tag stond maandagmiddag –niet heel verwonderlijk– in de top tien van trending topics op Twitter. Alle tweets met die hashtag werden geprojecteerd op een scherm in de zaal: een ‘backchannel’. De inhoud van de tweets was nogal eens hilarisch. „Op het podium zitten is ook niet alles. Ik krijg een stijve nek van het achterom kijken”, twitterde panellid dr. ir. Jan van der Stoep over het beamerscherm achter zich. Blasfemische tweets kwamen ook voorbij, maar de zaal gaf geen krimp.
Kerken kunnen veel meer dan een YouTube-filmpje op internet zetten, Facebook gebruiken of gaan twitteren, maakt het symposium duidelijk. In rap tempo komen allerlei sites op de proppen waarmee informatie kan worden gedeeld zoals Vimeo, Technorati en StumbleUpon. En zoals luisteraars aan de kerktelefoon worden welkom geheten in de zondagse dienst, zo sprak Van den Berg enkele begroetingswoorden tegen zo’n dertig bezoekers die verbonden waren via Ustream, een live videoverbinding.
Gelijkwaardig
Een kerkgemeenschap kan zich vormen zonder instituut, zegt Van den Berg uitdagend. „De macht van instituten neemt af en de kracht van virtuele gemeenschappen neemt toe. Zo ontstaat een steeds gelijkwaardiger relatie tussen instituut en individu. Al blijft altijd wel een instituut nodig om de eeuwenoude boodschap van de kerk met kracht over te brengen.”
Frank Bosman, werkzaam bij de Faculteit Katholieke Theologie, legt uit dat de kerk sociale media niet moet zien als een digitaal uithangbord. „Ik moet dan denken aan een café, waar ik ’s avonds een biertje drink en een sigaret opsteek. Het zou totaal niet passen als daar iemand binnen komt stampen en begint te schreeuwen: „Jezus leeft, geloof in Hem.””
Bosman pleit voor een luisterhouding van kerken die zich gaan bewegen op het gebied van nieuwe media. Daarin is de kerk zender en ontvanger gelijk. „Het doel is om je leven met elkaar te delen. Vervolgens kun je, als de situatie erom vraagt, een spiritueel moment leveren. Denk maar aan de actie van vorig jaar om de kerkklokken te luiden als Oranje zou winnen.”
Durftevragen
Ds. Tom Mikkers, secretaris van de Remonstrantse Broederschap, vindt dat sociale media, ondanks dat niet elke doelgroep eraan toe is, iets toevoegen aan de kerk. „Het is niet oppervlakkig. Door weblinks aan tweets toe te voegen en elkaar langdurig te volgen, kun je met Twitter veel waardevolle dingen delen. ”
Ds. Fred Omvlee, organisator van twitterdiensten, is het met hem eens. Hij ziet een christelijke gemeenschap oplichten in de hashtag #durftevragen. „Door te reageren, kan christelijke naastenliefde opbloeien met een hashtag. Zo overstijgen sociale media de lokale gemeenschap.”
Van der Stoep, lector aan de Christelijke Hogeschool Ede, ziet voordelen in nieuwe media, maar blijft kritisch. „Uiteindelijk draait het om de lokale gemeenschap waarbij je betrokken bent. Het verzorgen van de zieken of fysiek aanwezig zijn waar nood en pijn is, kan niet via het digitale circuit.”
Ook ds. Heetderks staat ambivalent tegenover sociale media. „Als protestanten aan de kerk denken, denken ze in eerste instantie aan de plaatselijke gemeente. Die grenzen zijn door internet weggevallen. De vraag voor de kerk is: wat moeten we met nieuwe media? We willen dit goed doordenken voordat we gelijk allerlei Twitteraccounts gaan aanmaken.”