Dat blijkt uit een minionderzoek van Marike de Reuver-Schuurman, oud-redacteur van de website kinderbijbels.nl. Zij onderzocht hoe gezinnen omgaan met kinderbijbels, met het oog op de toekomst van het boek in de breedste zin des woords. Ze presenteerde de uitkomsten van haar onderzoek zaterdag tijdens een symposium over kinderbijbels in de evangelisch-lutherse kerk te Den Haag.

Via het netwerk van de redactie van de site kinderbijbels.nl, een nieuwsbrief en de IZB/Ark-boekhandel werd per e-mail een korte vragenlijst verspreid. Daarop reageerden 178 mensen.

Volgens De Reuver kunnen er aan het onderzoek geen wetenschappelijk verantwoorde conclusies worden verbonden. Wel geven de uitkomsten enig inzicht in het kinderbijbelgebruik onder een deelgroep van de protestants-christelijke bevolking in Nederland.

Wat onder meer blijkt, is dat de meeste ouders elke dag uit de kinderbijbel lezen. Een op de vijf ouders leest zelfs twee of drie keer per dag uit de kinderbijbel. In de meeste gezinnen wordt na de avondmaaltijd uit de kinderbijbel gelezen.

De Reuver: „Dit sluit aan bij de eeuwenoude traditie die wij in ons land kennen om na het eten uit de Bijbel of de kinderbijbel te lezen. Het tweede veelgebruikte moment hiervoor is voor het slapen gaan.”

Wanneer ouders de kinderbijbel bij de middagmaaltijd voorlezen, dan zijn hun kinderen vaak nog klein: tot ongeveer 5 jaar. Er wordt gemiddeld 6 tot 7 keer per week uit de kinderbijbel voorgelezen; dus gemiddeld één keer per dag.

Volgens De Reuver is er veel behoefte aan dvd’s met Bijbelverhalen. Op dit gebied bestaan nog niet veel uitgaven.