Opvallende gastvrijheid bij geestverwanten in Engeland
De gastvrijheid onder strict baptists in Engeland is verrassend, is de ervaring van M. A. de Korte.
„Als u naar de kerk komt, zet dan uw fiets maar achter het huis. En mag ik jullie ook uitnodigen voor het eten na de dienst?” We waren op de fiets naar het kerkje gegaan. De vorige dag hadden we de route al verkend, want dat moet je op zondagmorgen niet meer doen. Dat geeft alleen maar stress en tien tegen één dat je te laat aankomt voor de morgendienst.
We zijn op vakantie in Engeland. De hele week al zitten we in de grensstrook tussen Engeland en Wales. Vrijdags hebben we Chester verkend –een mooie oude stad nog uit de Romeinse tijd, met veel vakwerkhuizen– en een stadswandeling gemaakt. De vraag doet zich voor waar we de volgende zondag naar de kerk zouden gaan.
Als we in Engeland zijn, proberen we zo veel mogelijk de diensten te bezoeken van de Gospel Standard Strict Baptists, omdat we ons daar het meest thuis voelen. Alles is er eenvoudig, zonder opsmuk. Ook de prediking, en dat spreekt ons aan. We vinden het een fijne bijkomstigheid dat je in Engeland zo goed naar de kerk kunt en dat je ook de preek kunt verstaan. Dat is in andere landen van Europa, voor ons althans, niet het geval.
In de Gospel Standard, het maandblad van de strict baptists, kwamen we de naam Birkenhead tegen. Ik vermoed dat we daar niet zo heel ver vandaan zijn. Als we in de atlas kijken, komen we erachter dat we er een kleine 50 kilometer vandaan zijn. Voor ons is het geen optie om dan maar op zondag vanuit Chester daarheen te rijden. We besluiten een camping in de buurt van Birkenhead te zoeken en daar het weekend door te brengen. Kunnen we ook nog wat van de omgeving zien.
Birkenhead ligt niet ver van Liverpool, maar is van deze stad gescheiden door water, waaronder overigens wel enkele tunnels liggen. Op zaterdagmorgen reizen we met onze camper naar een camping op een kilometer of 5 van Birkenhead. ’s Middags gaan we eropuit om de kerk te zoeken. We hebben echter nog maar enkele kilometers gefietst als we bij een vierbaansweg komen. Er mag gefietst worden, maar dat doen we liever niet. Al gauw zien we dat er een fietsroute loopt die ons ook een eind in de goede richting brengt.
We volgen deze route en een halfuur later zijn we bij het kerkje dat we zoeken. In totaal is het meer dan 10 kilometer, omdat we een grote omweg moeten maken om aan de andere kant van de snelweg te komen. Onderweg op het halfverharde pad leggen we een stuk boomstam dwars over een flinke plas, want met je zondagse kleren aan is het wel fijn dat je dat niet meer hoeft te doen. Diensten om elf en om drie uur.
Op zondagmorgen vertrekken we omstreeks tien uur naar de kerk. De regenpakken gaan mee, want zo heel gunstig zijn de weersvooruitzichten niet. We komen bij het kerkje aan. Twee auto’s. Er zal dus wel een dienst zijn. We nemen de fietsen mee naar de achterkant van de kerk, daar staan ze veiliger.
Kennelijk zijn we al opgemerkt, want de deur van het huis of de pastorie gaat open en een vrouwenstem vraagt: „Als u naar de kerk komt, zet dan uw fiets maar achter het huis. En mag ik jullie ook uitnodigen voor het eten na de dienst?” We antwoorden dat we de fietsen graag bij hen in de tuin zetten en wat de lunch betreft, kijken we elkaar aan en zeggen dat we de uitnodiging graag aannemen.
We zijn niet voor het eerst in Engeland en hebben al in diverse kerkjes gegeten, vaak samen met de dominee en zijn vrouw en nog een paar gemeenteleden die van ver komen. De tafel die voor de preekstoel staat wordt dan gauw gedekt voor het betreffende aantal, of we zitten gewoon in een van de banken en gebruiken onze lunch, soms aangevuld met een kop soep en in ieder geval met een kop thee. Maar in huis, gewoon in de eetkamer, dat hedden we nog niet eerder meegemaakt. Na vele bezoeken aan Engelse kerkjes verbaas je je niet zo gauw meer over de gastvrijheid, maar dit vinden we toch wel weer een mooie aanvulling.
Na de kerkdienst gebruiken we de maaltijd met de dominee en nog een paar mensen van de gemeente. Na de middagdienst blijkt het te regenen. We worden weer uitgenodigd om nog een ”cup of tea” te drinken. We maken tevens van de gelegenheid gebruik om ons wat te verkleden en onze regenkleding aan te trekken. Al fietsend genieten we nog na van de genoten gastvrijheid en vergelijken we deze met de situatie zoals we die in Nederland kennen.
De auteur is oud-docent Engels. Dit is het tweede artikel in een serie over ervaringen met christenen in het buitenland.