Bij democratie hoort gekozen staatshoofd
Als koningin Beatrix aftreedt, is dat een goed moment om te breken met de ondemocratische traditie van een staatshoofd dat niet door het volk is gekozen, meent Jack Jan Wirken.
De discussie over de wenselijkheid van een verandering van ons regeringsbestel is een heikele. In het algemeen vindt de Haagse politiek deze discussie niet relevant, strijdig met de traditie of electoraal te risicovol. Beatrix wordt als zeer professioneel omschreven, als iemand die het vertrouwen geniet van heel veel mensen, die bovenpartijdig is en in het buitenland bewondering afdwingt. Het is moeilijk om voor een fundamentele herbezinning de handen op elkaar te krijgen.Toch is daar alle aanleiding voor. Want ondanks de fraaie formuleringen in de staatsrechtelijke handboeken over de inbedding van het koningschap in de constitutie is de monarchie in wezen niet verenigbaar met democratische uitgangspunten. In een democratie is de vervulling van elke politieke functie immers te herleiden tot een verkiezingsuitslag. Iedere persoon met politieke macht dient ter verantwoording geroepen te kunnen worden. Aan deze verantwoordingsplicht onttrekt het niet-gekozen staatshoofd zich ten enen male.
Hier wordt vaak tegen ingebracht dat het staatshoofd slechts een beperkte rol heeft. Tal van gebeurtenissen wijzen echter in de richting van een forse invloed van de koningin, maar door de ondoorzichtige verhoudingen tasten we wat dat betreft in het duister. En dat is iets waarmee iemand die zich een betrokken burger voelt en die het democratische besluitvormingsproces aan het hart gaat, geen vrede kan hebben.
Hoe moet de steun voor de monarchie, in weerwil van deze bezwaren, dan geduid worden? De traditionele steun op de grondslag van de eenheid God, Nederland en Oranje is slechts voor een klein deel van de bevolking leidend. En het is de vraag of degenen die dit uitgangspunt thans aanhangen in de huidige troonpretendent nog iets van het Bijbelse karakter van de monarchie herkennen. De koning van de Psalmen is een koning die rechtvaardig is, zuiver rechtspreekt en de armen hun recht geeft. Het is de vraag of in de levensstijl van de huidige troonpretendent –zijn oriëntatie op snelle auto’s, vliegtuigen, het IOC– de koning van de Psalmen nog wel herkenbaar is.
Symboolfunctie
Voor de meeste mensen is de eerder genoemde drie-eenheid als grondslag voor hun monarchale gezindheid iets van het verleden. Wat ervoor in de plaats is gekomen is een mengsel van noties als traditie, identiteit en symboolfunctie. En juist op deze zaken valt behoorlijk wat af te dingen.
De symboolfunctie bijvoorbeeld. Wat symboliseren de Oranjes bij hun jaarlijkse fotosessie op het Noordzeestrand? En is dit beeld verenigbaar met de korte tijd later opduikende beelden van een kroonprins die in augustus met zijn gezin aan het skiën is in een Argentijns wintersportoord? De halsstarrige houding in de kwestie rond het Mozambikaanse vakantiehuis en het uitblijven van een aanbod tot bevriezing van de koninklijke toelagen maken de mogelijkheid tot identificatie niet bepaald groter.
De troonswisseling is hét moment om te breken met de traditie dat het hoogste ambt in het land vervuld wordt op basis van erfelijkheid. En de mondige burger krijgt vervolgens een bestel waarin democratische legitimiteit op elk niveau een vanzelfsprekendheid is; ook waar het de vervulling van de functie van staatshoofd betreft.
De auteur is oud-voorzitter van het Nieuw Republikeins Genootschap.