Twee weken na hun plotselinge uitzetting uit Marokko zijn Herman en Jettie Boonstra weer in Nederland. Het christelijke echtpaar was vanmorgen in de Tweede Kamer om politieke steun te zoeken. In de hoop om uiteindelijk terug te mogen keren naar hun pleegkinderen, die ze in hun kindertehuis Village of Hope alleen moesten laten. Dat gebeurde nadat het echtpaar, samen met de overige medewerkers, werd verdacht van evangelisatieactiviteiten.„We hebben de kinderen echt niet bedolven onder christelijke lectuur”, aldus Jettie Boonstra vanmorgen in het gebouw van de Tweede Kamer. „Wat wij deden is bidden voor het eten en voor het slapen gaan, en af en toe bij het eten een verhaal uit de kinderbijbel voorlezen. We hebben gedaan wat ieder christelijk gezin doet. We waren de enige ouders voor hen.”

Minister Verhagen van Buitenlandse Zaken zal later deze week contact hebben met de Boonstra’s. Hij vindt dat Marokko bij de uitzetting inconsequent is geweest, liet hij de Kamer gisteren weten. Verhagen benadrukt dat de ouders toestemming hadden om de kinderen te vertellen over het christelijk geloof.

Sommige Kamerleden met Marokkaanse achtergrond vinden dat Marokko meer onder druk gezet moet worden. GroenLinks-Kamerlid Azough liet zich vanmorgen in het gebouw van de Tweede Kamer kritisch uit in de richting het land. „Mensenrechtenschendingen lijken zich helaas aaneen te rijgen in Marokko.”

Ze wees erop dat er meer slachtoffers zijn dan christenen. „Iedereen die afwijkt van de norm wordt aangepakt.”

Intussen is het terrein van Village of Hope nog altijd hermetisch afgegrendeld door de politie. Ook een nabijgelegen opvanghuis voor kinderen, dat gerund wordt door Amerikanen, ligt momenteel onder vuur.