„Landbouw Suriname hollend achteruit”
De agrarische sector in Suriname dreigt geheel ten onder te gaan als gevolg van het ontbreken van een helder landbouwbeleid van de regering.
Dit stelt Iwan Wijngaarden, een van de meest vooraanstaande landbouwkundigen van het land. Hij verwijt vooral de minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) over onvoldoende kennis te beschikken. „Er zijn zo veel technocraten in dit land, dus ik had gehoopt dat ze een wijs persoon op dit ministerie zouden neerzetten. Ik sta er versteld van hoe amateuristisch deze man te werk gaat.”
Wijngaarden reageert op de aanhoudende problemen in met name de rijst- en bananensector in het land. Steeds meer rijstboeren kampen met ernstige financiële problemen omdat de opbrengsten van de rijstteelt niet meer opwegen tegen de oplopende kosten. „Op het gebied van de ontwikkeling van nieuwe rijstrassen waren wij dertig jaar geleden de beste in de wereld. Deskundigen uit andere landen kwamen naar ons toe om kennis te vergaren. Nu staan we op de onderste tree en kunnen we nauwelijks genoeg produceren om onze eigen bevolking te voeden.”
Ook de eens florerende bananenproductie en -export is de nek omgedraaid. Het staatsbedrijf Surland moest ruim een halfjaar geleden de deuren sluiten omdat een faillissement onafwendbaar bleek, ondanks het feit dat de 2000 werknemers er ieder jaar in slaagden de productie op te voeren. Onlangs is het bedrijf weer opgestart met 200 arbeiders. De overheid pompt de komende tijd miljoenen euro’s in het bedrijf, terwijl de eerste oogsten pas begin 2004 worden verwacht.
Wijngaarden heeft er een hard hoofd in dat het daadwerkelijk weer met Surland goed komt. „Als er geen vertrouwen is kun je investeren wat je wilt, maar je bereikt niets. Er is sprake van zware partijpolitiek, die het bedrijf kapot hebben gemaakt. Er is nooit gewerkt aan vertrouwen en transparantie, achter de schermen maakten de verschillende partijen elkaar en het bedrijf het leven zuur. Zolang Surland niet is geprivatiseerd heb ik er geen vertrouwen in dat het bedrijf kan overleven.”
Surland staat volgens Wijngaarden symbool voor de teloorgang van de agrarische sector. „We hebben de afgelopen tientallen jaren zitten slapen. We waren arrogant en dachten dat we niet met de ontwikkelingen in de wereld mee moesten gaan. Niets is op een hoger niveau gebracht of zelfs maar geconsolideerd. De hele infrastructuur is vernietigd. En dat doet pijn, want we hebben zo veel mogelijkheden.”
„Het is nu vooral de importhandel die floreert, vooral omdat de politiek daar ook wat aan verdient. Wij gooien een deel van onze bananen weg, in Trinidad maken ze er sappen van. Onze kippensector is op sterven na dood, want we halen kippenbouten uit Amerika. Met als gevolg dat er een tekort aan natuurlijke mest is ontstaan, waar de groententeelt weer onder lijdt. In de productiesector moet je hard werken, maar het is gezonder voor je economie. Men denkt in Suriname veel te kortzichtig. Het is uiteraard leuk om te importeren, maar men beseft niet dat er op een gegeven moment een tekort aan centen ontstaat.”