„Laat de kerk een etalage zijn”
„Laten we de sleutels van de monumentale kerken aan een grote sleutelbos doen en op het Binnenhof overhandigen aan minister Plasterk van Cultuur. Dan mag hij zelf uitzoeken wat er met onze monumentale kerkgebouwen gebeurt. Onze portemonnee is leeg.”
Dit voorstel van een „religieus erfgoed minnend Nederlander” kreeg gisteren een hartelijk applaus van de bezoekers die het Nationaal Symposium Toekomst Onroerend Religieus Erfgoed bijwoonden. De historische Jacobikerk in Utrecht vormde gisteren het decor van een ontmoeting tussen ongeveer 160 vertegenwoordigers van overheid, kerken en belangenorganisaties. Het gespreksonderwerp was de toekomst van het religieuze erfgoed in Nederland.Het „jaren zeventig voorstel” van de bezorgde bezoeker staat niet op zichzelf. Veel kerkbestuurders zitten met de handen in het haar: het aantal kerkgangers loopt terug; het kerkgebouw blijft. De onderhoudskosten van het -vaak monumentale- godshuis worden door steeds minder schouders gedragen. Of erger: het kerkgebouw is overbodig geworden.
De ontwikkelingen in kerkenland worden inzichtelijk gemaakt door prof. dr. N. Nelissen. In zijn lezing laat de emeritus hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen zien dat er sinds 1975 1340 kerkgebouwen zijn afgestoten. En het houdt nog geen halt. Naar verwachting zijn er de komende tien jaar nog 1000 kerkgebouwen die hun oorspronkelijk functie verliezen.
Wat te doen met al deze lege gebouwen? In zijn referaat laat prof. dr. T. Coomans, hoogleraar architectuurgeschiedenis en monumentenzorg aan de Vrije Universiteit te Brussel, zien wat er met de gebouwen kan gebeuren. Het is een lange lijst: een kerk als theater, sporthal, bibliotheek, woonhuis, appartementencomplex, winkel of circusschool. Mocht er geen geschikte optie, zijn dan rest sloop van het gebouw. „Zoiets betekent een diep trauma voor de huidige generatie. Het levert latere archeologen en historici nieuw studiemateriaal op.”
Het is de wens van de meeste bezoekers van het symposium dat de kerkgebouwen behouden blijven. Tijdens een rondetafelgesprek onder leiding van presentatrice en theologe Jacobine Geel komen enkele originele voorstellen naar voren.
Drs. A. J. C. van Leeuwen, beleidsmedewerker bij de Directie Sociale en Culturele Ontwikkeling van de provincie Noord-Brabant, ziet oude tijden herleven. „Waarom zetten de kerken hun deuren niet open. Net als vroeger: in de kerk was ruimte voor gesprek, muziek en handel. Zelfs een hond kon in de kerk zijn poot lichten bij een pilaar. Zo maak je de kerk opnieuw tot het centrum van de buurt.”
Prof. drs. A. L. L. M. Asselbergs, rijksadviseur voor het cultureel erfgoed, kiest voor een „missiologische” aanpak. „Als mensen winkelen, kijken ze in de etalage wat er te koop is. Zo moet ook de kerk een etalage zijn. De kerk communiceert niet. Religie leeft weer, juist de kerken hebben wat te bieden. Laat je boodschap zien, laat die horen. Als je dat niet doet, is leegstand onafwendbaar.”
De overheid zou ook een oplossing kunnen bieden, betogen verschillende sprekers. Een van hen is ds. T. van der Lingen. De predikant van de Waalse kerk in Den Haag vindt dat de kerk haar hand maar eens moet ophouden bij de overheid. „Kerken zijn daar vaak terughoudend in. Maar als je bedenkt hoeveel maatschappelijke diensten de kerk levert! Deze sociale dienstverlening door de kerken bespaart de overheid jaarlijkse vele miljarden euro’s.”
Ontwijding
Uiteindelijk is de meerderheid van de deelnemers aan het rondetafelgesprek er toch van overtuigd dat een begin van een oplossing ligt in het gesprek met de overheid. Belangrijk is hierbij het moment. Prof. Asselbergs: „Ga vroegtijdig praten, dus voordat een kerk wordt afgestoten. Dit voorkomt ’ontwijding’: de frustraties lopen hoog op. Ook wordt langdurige leegstand en verloedering vermeden.”
Overigens is er van de kant van de overheid niet altijd begrip voor de situatie. De scheiding van kerk en staat is in Nederland rigide, zo ervaart mening kerkvoogd. „We moeten niet bang zijn om dat eens te doorbreken. Laten we als kerk en overheid samen gaan zoeken naar een oplossing voor ons religieus erfgoed”, benadrukt dagvoorzitter Peter Breukink.
Iemand die daadwerkelijk invloed heeft op de toekomst van het religieus erfgoed, is prof. Nelissen. De emeritus hoogleraar heeft als taak het Strategische Plan Religieus Erfgoed 2008 samen te stellen. In september moet een conceptversie van het rapport klaar zijn. Op 11 december zal het rapport aan minister Plasterk worden aangeboden.
Of met dit rapport de toekomst van het Nederlandse Religieuze erfgoed is gewaarborgd? Dagvoorzitter Peter Breukink: „Dit jaar moeten we overheid en de kerken op één lijn krijgen. Het is nu of nooit.”