Barak roept Olmert op terug te treden
JERUZALEM – De Israëlische minister van Defensie, Ehud Barak, heeft premier Ehud Olmert woensdagmiddag een ultimatum gesteld. Volgens hem moet Olmert aftreden of vervroegde verkiezingen uitschrijven, gezien de ontwikkelingen in een onderzoek naar ongeoorloofde giften aan de eerste minister.
Dat meldde de Israëlische legerradio woensdagmorgen. Volgens de zender heeft Barak zijn plan dinsdagavond met leden van de Arbeidspartij besproken en zou hij het later woensdagmiddag op een persconferentie openbaar maken. Barak meent dat Olmert moreel is beschadigd door de getuigenis die de Amerikaanse zakenman Morris Talansky dinsdag voor de rechter aflegde. Politiek waarnemer Ayala Hasson voorspelde woensdagmorgen dat hiermee de val van Olmert in gang wordt gezet.Barak wil voor de tweede keer premier worden. Baraks Arbeidspartij is naast de Kadimapartij van Olmert de grootste partij in de regering.
Talansky verklaarde dinsdag voor de rechter dat hij Olmert voor die in 2006 premier werd „puur uit bewondering” 150.000 dollar (95.000 euro) in etappes toestopte, zonder dat daar iets tegenover stond. Olmert was in die periode burgemeester van Jeruzalem en later minister van Handel. „Ik heb van deze relatie nooit enig persoonlijk voordeel gehad”, aldus de 75 jarige Talansky dinsdag in een verhoor.
Het verhoor had plaats in het kader van een onderzoek van de politie, die vermoedt dat Olmert voordat hij in 2006 premier werd van Talansky tot een half miljoen dollar (340.000 euro) aan illegale campagnebijdragen of steekpenningen heeft aangenomen. Volgens Olmert was er niets illegaals aan.
Talansky zei dat Olmert in zogenoemde „salongesprekken” in New York tot donateurs sprak, die bij het weggaan enveloppen met geld op hun stoelen achterlieten. Ook zei hij dat Olmerts assistent Shula Zaken dikwijls om contant geld kwam vragen voor persoonlijke uitgaven. Talansky zei niet te weten waaraan dit geld werd besteed. „Ik wist alleen dat hij van dure sigaren hield en dol was op pennen en horloges.” Hij zei dat Olmert liever cash dan cheques had vanwege regels voor fondsenwerving.