De relatie met de kerken in Congo en Papua, ontstaan vanuit het zendingswerk van de GKV, staat „al heel wat jaren” onder druk, schrijven deputaten in een schriftelijke beantwoording van eerder gestelde vragen door synodeleden. Volgens hen is er hier sprake van een gemeenschappelijke, onderliggende problematiek: de spanning tussen de hulpverlening vanuit Nederland en de zelfstandigheid van de kerken. Bij gebrek aan materiële middelen blijken deze kerken vaak onvoldoende in staat zichzelf te besturen.Een voorstel van ds. H. Hoksbergen (Spakenburg-Zuid) en ouderling J. F. Walinga (Zoetermeer) om de uitgangspunten van de zending te evalueren, vond onvoldoende steun bij de synode.