Maak 1 juni Dag van de Poolse arbeider
Oost-Europese werknemers kunnen sinds 1 mei 2007 makkelijker aan de slag in Nederland. Een jaar later constateert Margriet Kraamwinkel dat er nog veel te verbeteren valt aan de arbeidsomstandigheden van Poolse arbeiders.
In de 19e eeuw werd de strijd van de vakbeweging voor de achturige werkdag het symbool van de strijd tegen uitbuiting van arbeiders. Na een staking met dodelijke slachtoffers in Chicago werd 1 mei de herdenkingsdag én de feestdag van de arbeidersbeweging. De achturige werkdag is pas in de 20e eeuw binnengehaald, maar in de 21e eeuw is deze voor sommige werknemers in Nederland weer een droom en wordt er gewerkt onder erbarmelijke omstandigheden.Op 1 mei 2007 is de werkvergunning voor werknemers uit de Oost-Europese landen afgeschaft. Daarmee leek dat de Dag van de Poolse arbeider te worden, die nu makkelijker in Nederland aan de slag kon. Polen oogsten champignons, werken als lasser in de metaal en als uitbener in de vleessector. In veel gevallen hebben ze recht op loon en arbeidstijden volgens de geldende cao en doen ze werk waarvoor in Nederland moeilijk mensen te vinden zijn.
FNV Bondgenoten treft echter ook een minder mooie werkelijkheid aan: soms worden er heel lange dagen gemaakt, in strijd met de arbeidstijdenwetgeving. Het loon is lager dan het cao-loon en soms ook dan het wettelijk minimumloon. Daarvan worden hoge kosten voor huisvesting afgetrokken. Soms wordt alleen in voorschotten uitbetaald en nooit afgerekend. Vakantiedagen worden niet uitbetaald en vakantiegeld al helemaal niet. Vooral Polen die via malafide uitzendbureaus werken zitten in een slechte positie.
Dit kan worden aangepakt door goede handhaving van wet en cao. Dat is in ieders belang: werkgevers hebben er belang bij dat hun collega’s dezelfde lonen betalen als zij; werknemers hebben belang bij handhaving van de cao en vakbonden vinden hun oorsprong in de strijd tegen uitbuiting. En in een bevoorrechte samenleving als de Nederlandse kunnen we uitbuiting en onderbetaling niet toestaan.
Handhaving
Toen de werkvergunning nog bestond, controleerde het CWI of de werkgever voor goede huisvesting had gezorgd en wist de overheid waar Polen aan het werk waren. Afschaffing maakte handhaven lastiger en er bestonden ook een jaar geleden al misstanden. FNV Bondgenoten vindt daarom dat er gezocht moet worden naar andere middelen om te handhaven.
Het grootste probleem ligt bij werkgevers die bewust misbruik maken van de ontstane situatie. Ze nemen een malafide uitzendbureau in de arm, waarachter ze zich kunnen verschuilen als de Arbeidsinspectie aanklopt. Ze betalen een laag tarief, waardoor ze hun producten goedkoop kunnen verkopen en een voordeel behalen op andere werkgevers. Bij problemen gaat het uitzendbureau failliet, de Arbeidsinspectie kan de boetes niet innen en de werknemers krijgen niet het loon dat ze verdiend hebben.
De oplossing voor dit probleem is heel simpel: maak de werkgever aansprakelijk voor de lonen die uitbetaald moeten worden. FNV Bondgenoten pleit al langer voor deze inlenersaansprakelijkheid, omdat het de verantwoordelijkheden legt waar die behoren te liggen: bij de werkgever die bewust misbruik maakt van de situatie. Daarmee wordt handhaving van de cao een stuk makkelijker.
Op dit moment wordt de afschaffing van de werkvergunning geëvalueerd. Laten we die gelegenheid aangrijpen om bijvoorbeeld per 1 juni 2008 inlenersaansprakelijkheid voor loonbetaling in te voeren en die dag uit te roepen tot de Dag van de Poolse arbeider: de dag dat iedereen die in handen valt van malafide uitzendbureaus recht kan doen gelden op het loon dat hij of zij verdiend heeft.
De auteur is adviseur arbeidsvoorwaarden bij FNV Bondgenoten.